‘Er staat nog meer in 1 Corinthiërs 6:1-3, ook dat wij engelen zullen
oordelen, wat heeft dat voor betekenis?’
Het gaat mogelijk daar om hemelse boodschappers. Het lijkt erop,
dat wij als de leden van Zijn lichaam de boodschappers zullen richten.
Als het lichaam bedoeld is om aan de soevereiniteiten en gevolmach-
tigden Gods veelvuldige wijsheid bekend te maken, dan is het logisch
dat het lichaam ook de hemelse boodschappers zullen richten.
‘Dat betreft een totaal andere roeping en opdracht dan Israël heeft!’
Ja, de verschillen zijn enorm, en uit wat we de laatste weken gezien
hebben, mag het duidelijk zijn dat er levensgrote verschillen tussen
Israël en het lichaam van Christus bestaan. Dat lichaam heeft een groter
en verder inzicht in Gods plannen dan Israël, werd ook al vóór de eonen
genade geschonken en vóór de nederwerping van de wereld uitgekozen
in Christus.
‘Dat wordt van Israël allemaal niet gezegd. Het lichaam van Christus moet
wel een heel bijzondere plaats hebben.’
Dat heeft het ook. Dat blijkt aan alle kanten in Paulus’ brieven. Israël staat
in heel opzichten los van de gemeente die het lichaam van Christus is.
Er zijn wel gelovigen uit Israël die deel hebben aan het lichaam van Christus.
Maar uit de andere periodes van beheer (vaak ‘bedelingen’ genoemd) horen
de gelovigen uit Israël bij de aardse roeping van dat volk, koninklijk priester-
schap. Het gezamenlijk-lichaam is bedoeld voor de hemelen en hemelingen!