Woord vandaag

‘Wat zal de vrucht qua kennis zijn van het werk dat door Israël en
het lichaam van Christus gedaan wordt in de komende eonen?’

De Tenach (OT) zegt daarvan in Habakuk 2:14 :

Want de aarde zal vol worden van de kennis van de heerlijkheid
van Jahweh, gelijk de wateren die de bodem der zee bedekken.

De heerlijkheid van Jahweh is de vrucht van de arbeid van de Messias,
Jezus Christus, Híj ís de heerlijkheid van God. Men zal naar Israël toe
gaan en vragen naar dat heil, die Heer, en het zal tot rijke zegen zijn.

‘Wel geweldig he, dat die genade en de barmhartigheid dan op aarde
verspreid zullen worden, vanuit Jeruzalem zal het licht van het Woord
schijnen.’

Dat is een van de grootste heerlijkheden die dan te zien en te horen zal
zijn; het Woord van Jahweh, van de Messias, zal uitgaan. Men zal Hem
op aarde overal aan het woord laten; hoe anders is dat nu!
Vandaag de dag praten heel veel mensen of door Hem heen of laten Hem
helemaal niet meer aan het woord komen. De slang gebruikt tegenwoor-
dig veel mensen om het woord van God te ontkrachten en te verdraaien.

Daarom is het juist zo geweldig dat dán in het koninkrijk van de Messias
het Woord overal zal doordringen en tot werkelijke kennis (da-ath) van
Jahweh zal leiden. Men zal dan overal op aarde Hém loven!

‘Wat een voorrecht dat wij nu al mogen toenemen in de kennis van Hem,
die ons zo onuitsprekelijk liefheeft!’

Woord vandaag

‘De bediening die het lichaam van Christus heeft, is in de hemelen en te
midden van de hemelingen?’

Het is een geweldige bediening die al onze verwachtingen gaat over-
treffen. Paulus mocht dat als unieke apostel van de natiën bekendmaken.

Gezegend zij de God en Vader van onze Heer Jezus Christus, die ons met alle
geestelijke zegen te midden van de hemelingen gezegend heeft in Christus.
Zoals Hij ons uitkiest in Hem vóór de nederwerping van de wereld, opdat wij
zijn heiligen en smettelozen voor zijn aangezicht……..
Efeziërs 1:3,4

‘Dit zijn wel bijzonder fijne woorden. Je wordt elke keer blij in je hart als je ze
leest. En dat is helemaal onverdiend, overstromende genade.’

Er is nog veel meer dat je vreugde geeft in je hart in deze Efezebrief:

en wekt ons gezamenlijk op en zet ons gezamenlijk te midden van de hemelingen
in Christus Jezus,
opdat Hij in de komende eonen tentoon zal spreiden de over-
stijgende rijkdom van Zijn genade in Zijn mildheid voor ons in Christus Jezus
Efeziërs 2:6,7

Dat is ons lotsdeel: boven, te midden van al die hemelingen, zal God door ons
heen die overstijgende rijkdom van Zijn genade tentoonspreiden.
De hemelingen zullen verbaasd staan over wat zij te zien krijgen: het lichaam
van Christus, stralend, zonder enige smet, hét grote toonbeeld van de kracht
van Gods genade en de vervulling
van Zijn wijsheid en heerlijkheid!

‘Daar kijken wij naar uit en verbonden met Christus Jezus, geweldig!’

Wij worden zelfs het complement (completering) van Christus genoemd; en Hij
maakt het al in allen compleet! Als je daar over probeert na te denken, wat dat
betekent…het is nauwelijks te beseffen, zo groots als het is!

Woord vandaag

‘Is het zo, dat allebei, Israël en het lichaam van Christus, een positie
in regering over anderen krijgen?’

Dat is voor Israël op aarde over de volkeren. Zij zijn een koninklijk priester-
schap voor de andere natiën op aarde. Israël heeft een aardse roeping.

Jullie echter zijn een uitverkoren geslacht, een koninklijk priesterschap,
een heilige natie, een volk (God) tot eigendom…..
1 Petrus 2:9

maar jullie zullen priesters van Jahweh heten, dienaars van onze God
genoemd worden; jullie zullen het vermogen van de volken genieten en
u op hun heerlijkheid beroemen………
Jesaja 61:6


‘Dat zijn wel duidelijke teksten. Israël heeft een bediening op aarde in het
komende koninkrijk. Geen twijfel mogelijk.’

En in deze teksten is geen enkel spoor van het lichaam van Christus te
bekennen. Er bestaat dan ook geen reden aan te nemen, dat wij als leden
van Zijn lichaam op aarde in een ondergeschikte rol aan Israël zullen zijn.

‘Is helemaal helder. Paulus wijst ons een andere weg, lezen we morgen over?’

Dan lezen we weer van die overweldigende genade die het lichaam van
Christus heeft ontvangen en die zij zullen uitdragen in de toekomst!

Woord vandaag

‘Als de Heer komt voor Zijn volk, worden dan de gelovigen weggenomen
of ligt dat anders?’

Het ligt anders. Bij het aanbreken van het koninkrijk over Israël worden
de gelovigen juist achtergelaten. De ongelovigen worden dan weggenomen.
Dat blijkt uit Mattheüs 24:38-41 :

38 Want zoals zij in [die] dagen vóór de zondvloed waren, etende en drinkende,
huwende en ten huwelijk gevende, tot op de dag, waarop Noach in de ark ging,
39 en zij niets bemerkten, eer de zondvloed kwam en hen allen wegnam, zo zal
ook de komst van de Zoon des mensen zijn.
40 Dan zullen er twee in het veld zijn, één zal aangenomen worden en één
achtergelaten worden;
41 twee vrouwen zullen aan het malen zijn met de molen, één zal aangenomen
worden, en één achtergelaten worden.

Dat ‘aangenomen’ uit vers 40 en 41 kan ook met ‘weggenomen’ en ‘meegenomen’
vertaald worden. Het gaat dan om degenen, die het niet overleven van Israël. Zij,
die achtergelaten worden blijven in leven en gaan het koninkrijk in.

‘Dan is het precies andersom dan bij de komst voor het lichaam van Christus!’

De heerlijke verwachting die wij koesteren gaat aan Zijn komst voor Israël
vooraf en is alleen genade. Wij kijken ernaar uit!

Woord vandaag

‘Het verschil in de twee wederkomsten zit ook in wat er gebeurt,
niet alleen de tijdstippen waarop het gebeurt?’

Er bestaat een verschil in wie achterblijven en wie weggehaald worden.
Bij de bazuin van God (1 Thessalonicenzen 4:13-18) wordt heel het lichaam
van Christus weggerukt van de aarde en blijft de rest (ongelovigen) achter.

daarna zullen wij, levenden, die achterbleven, samen met hen op de wolken
in een oogwenk weggevoerd worden, de Here tegemoet in de lucht, en zó
zullen wij altijd met de Here wezen.
1 Thessalonicenzen 4:17

‘Het is genade, want in onszelf zijn wij niets beter dan de anderen. Het is dat
God ons Zijn geest gegeven heeft, anders zouden wij net als de rest zijn.’

God kiest het onedele, het zwakke en het door de wereld verachte uit, zegt
Paulus in 1 Corinthiërs 1:27-29. Er was in ons dan ook geen enkele reden om
ons uit te kiezen. ‘Opdat geen vlees zou roemen voor God’.
Maar op basis van Gods verkiezing vóór de nederwerping van de wereld van
het lichaam van Christus (Efeziërs 1:4) worden al die leden van dat lichaam
bij de bazuin weggerukt en de rest, al die andere mensen blijven op aarde
achter en gaan daarna de laatste jaarweek van Daniël 9:24-27 in.