Woord vandaag

Weet je wat ik jammer vind?’

Nou?

‘Dat er zóveel verschillende meningen en visies zijn. Verdeeldheid.
In kerken en groepen is dat alom aanwezig.’

Welk onderwerp heb je dan in gedachten?

‘Eigenlijk maakt dat niet zoveel uit. Over veel onderwerpen bestaan
veel meningen.’

Daar moet toch wel uit te komen zijn?

‘Soms bekruipt me het gevoel, dat men er helemaal niet meer uit kán
komen. En ik heb weleens de indruk, dat men -óók in evangelische kringen-
als wijs wordt beschouwd als men aangeeft ‘het niet te weten’.’

Dat laatste lijkt mij niet uit Gods woord te komen. Dat is volgens mij wel
helder. Paulus is glashelder, die laat geen onduidelijkheid bestaan over
dingen.  Twijfel bemerk je bij Paulus niet. Hij spreekt wel over sommige
dingen van de praktijk en laat dan diverse kanten zien. Bijvoorbeeld bij
zaken rond het huwelijk en bijvoorbeeld eten van vlees, het houden van
dagen en dat soort dingen.

‘Je merkt, dat men allerlei visies heeft. De ene visie volgt de ander in hoog
tempo op. De gelovigen wordt de ene keer dit en de andere keer dat voor-
gehouden.’

Maar hoe houdt men dan bijbelkringen?

‘Men heeft gespreksgroepen. Dan bespreekt men allerlei onderwerpen.
Zoals abortus en euthanasie en dat soort dingen.’

En? Komt men daar verder mee?

‘Wat ik er van weet, is dat iedereen een eigen mening heeft en die naar
voren brengt. Er komt geen vaste, duidelijke lijn uit naar voren.’


In feite geen echte bijbelse onderwerpen, meer ethiek dus. Uit de Schrift
komt wel iets anders naar voren. Paulus hield -soms lange- spreekbeurten
en gaf dan aan wat de Schriften zeggen. Uit de toespraken in Handelingen
kun je opmaken, dat Paulus voortdurend Schriftplaatsen aanhaalde en de
betekenis ervan liet zien. Dit is hoe we ook bijbelstudie zouden doen.

Woord vandaag

‘Vreemd, dat men al die eeuwen in de kerken in het algemeen zo
weinig heeft verteld wat Paulus wérkelijk schreef.´

Je bedoelt dat God allen redt en alles in allen wordt?

‘Ja, en dat ‘allen’ gewoon echt allen is, en niet ‘allen, die geloven’.

Dat heeft diverse oorzaken. De leringen van mensen (en demonen)
hebben grote invloed gekregen, vooral toen de gemeente tot staats-
kerk werd gemaakt. Het ging om aardse macht en niet langer om het
als een vreemdeling op aarde zijn.
Daarbij wilde de tegenstander God van Zijn eer roven door allerlei
heidense leringen te doen insluipen in de kerk.

‘Zoals?’

Bijvoorbeeld dat dood eigenlijk leven is, de boodschap van de slang
in de hof die de dood ontkende. Dat vind je terug in de heidense leer
van Plato, de onsterfelijkheid van de ziel. In de kerk en in veel groepen
vandaag leert men dat de gelovige direct bij het sterven naar de hemel
gaat. Dat is gewoonweg niet waar.

‘We hebben daar niet zo lang geleden bij stilgestaan, ja. Toen werd voor
mij duidelijk, dat teksten verkeerd uitgelegd worden, onder andere onder
invloed van gebrekkige vertalingen.’

Mensen denken dat hun geliefden die geloofden nu bij de Heer zijn, maar in
dat geval is de hele verwachting van 1 Thessalonicenzen 4:13-18 onzinnig
geworden. Een ontmoeting met de Heer in de lucht van hen die in Christus
ontslapen zijn wordt dan overbodig, want zij waren allang bij de Heer.

‘Ja eigenlijk heel vreemd, dat gelovigen dat niet door hebben. Het is juist
een prachtige verwachting dat wij allemaal samen tegelijk de Heer ontmoeten
in de lucht, Hij wordt dan verenigd met Zijn lichaam. Mooi!’

Woord vandaag

‘Wel mooi, dat wij naar een toekomst leven, waarin al het lijden
en de dood definitief uitgebannen zal zijn.’

En het zal nooit meer terugkeren ook. Gods plan is erop gericht,
de schepselen door tegenstellingen te onderwijzen. Als de lessen
eenmaal geleerd zijn, valt de functie van dood, duisternis en het
kwaad weg. God heeft het dan getransformeerd tot leven, licht en
goedheid door middel van het kruis en de opstanding van Christus.

Bijzonder is ook, dat Paulus spreekt van de mens Christus Jezus in
1 Timotheüs 2:5,6 die zichzelf gaf tot een overeenkomstige losprijs
voor allen.

‘En daar gaat het opnieuw niet over geloof van de mens?’

In het tekstverband gaat het om Gods wil, Hij wil dat alle mensen gered
worden en tot erkenning van de waarheid komen. Men verandert dat in
de uitleg handig tot een
wens van God, maar dat staat er niet.
In de Griekse grondtekst staat
thelema en dat is de wil van God.

De vraag is: welke wil is sterker, die van God of die van de mens?

‘Ja dat lijkt mij duidelijk, die van God natuurlijk.’

Zoveel groter de Schepper dan het schepsel is, zoveel sterker is de
wil van God dan die van de mens. Als je in het dagelijks leven ziet,
hoe gemakkelijk de wil van de mens te beïnvloeden is, dan weet je
hoe zwak de leer van de vrije wil van de mens is.

‘Paulus zegt toch ook in 1 Timotheüs 4:9,10 dat God inzonderheid de
redder van de gelovigen is?’

Jawel, maar dat zegt hij na de mededeling, dat God de redder van alle
mensen ís. Dat blijkt nu, vandaag, in de gelovigen!