Woord vandaag

‘Wat een rijkdom aan heerlijkheid is ons geschonken in Christus Jezus!’

Wanneer we kijken naar de diepte van de liefde van Christus die de basis is
van het Efeze-geheimenis, dan duizelt het ons. Wij kunnen dat in ons eentje
niet bevatten of beseffen. Samen met al de heiligen wel. Dat zal dus na de ba-
zuin van God volkomen zijn. Want dan zijn we verenigd met al de heiligen.
Paulus spreekt over de breedte en lengte en hoogte en diepte van Gods hele
plan en de functie van de gemeente met Christus als Gods complement.

‘Ja, wat betekent dan de breedte ervan? Hoe breed is dat?’

Dat kun je natuurlijk niet in centimeters of kilometers uitdrukken. Het gaat
om de geestelijke betekenis. Wanneer we de tabernakel nemen, dan was de
breedte van de ingang gemarkeerd met het getal 100 (20×5). En 100 heeft
weer te maken met geloof. Aan de andere kant typeerde deze breedte die
ruimte van het evangelie in de tijd waarnaar de tabernakel verwijst. Dat is
volgens Hebreeën de Handelingentijd. In die tijd was het besnijdenisevan-
gelie voor Israël. De apostelen spraken alleen tot de Joden.

‘We weten deze dingen gelukkig doordat anderen zo diep de Schrift hebben
bestudeerd.’

Ja, dat is zo, de broeders die door God geroepen werden om via de concor-
dante methode de Schrift te bestuderen, hebben ons veel aangereikt.
De toegang tot de voorhof van de tabernakel was alleen voor de zonen van
Israël. Zo was later de deur van het koninkrijk opengezet door sleutelhouder
Petrus. Dat was de eerste periode van Handelingen. Slechts proselieten zoals
Cornelius konden naderen. Maar nu is het evangelie van de voorhuid voor
allen. In feite bleek de toegangspoort tot de voorhof van de tabernakel
slechts een hindernis. Want de hele muur rondom het tabernakelterrein is
nu neergehaald. Toegang tot God is nu ongehinderd mogelijk. Zonder voor-
waarden! Genade

Woord vandaag

‘We kunnen er zelf niets verdienen in het evangelie van de verlaten apostel.’

Het is de overstromende rijkdom van Gods genade, die voortkomt uit Zijn heer-
lijkheid en Zijn liefde, die ons overkomt. We hebben er zelf niet om gevraagd.
Hij had ons al heel lang geleden, vóór de eonen, op het oog. De roeping gebeur-
de in de tijd. Hij rechtvaardigt ons door het geloof van Christus. Hij schenkt ons
Zijn naderingsgave: Christus. Het gaat alles van God uit. Paulus bidt voor de ge-
roepen heiligen, dat zij uitermate sterk zullen zijn om de dimensies van de lief-
de van de Christus te beseffen.

‘Het gaat in wezen niet om de dimensies, maar om de liefde van de Vader en
de Zoon.’

Ja het draait om de diepe liefde van de Vader, die we ook zien in de weergalo-
ze liefde van de Christus. Geen ander heeft zo de liefde van de Vader laten
zien en laat die zien. Dat is wat de apostel Paulus noemt:

de kennis overstijgende liefde van de Christus  (Efeziërs 3:19).

Het gaat erom, dat de heiligen (wij, u, jij en ik dus) deze liefde kennen. Dat
‘kennen’ is dan niet een stukje opgeslagen kennis zoals veel anders wat je
weet. Het is een helemaal doordrongen zijn van die liefde. Ongelooflijk veel
is dat. Deze liefde bepaalt de afmetingen, de dimensies van het geheimenis
waar het lichaam van Christus bij betrokken is.

‘Wat ongelooflijk, als je daar al iets van gaat beseffen, word je heel erg dank-
baar van binnen.’

Daarom wil je niets anders meer, als je dit eenmaal met je hart hebt kunnen
verstaan en het je wezen gaat doordringen. Dan besef je, dat dit boven al het
andere uitgaat. Dan besef je, dat dit de top is. Hij, Christus Jezus, staat aan
de top van de nieuwe schepping. En nu komt het duizelingwekkende: wij met
Hem! In Efeziërs 1:10 werd al gezegd, dat Hij als Hoofd boven alles uit zal zijn.
De rest van de brief maakt duidelijk, dat Zijn lichaam daar dus ook is, uiteinde-
lijk. Wie had ooit zoiets ook maar in de verste verte kunnen vermoeden? Dit
is de allesoverstijgende rijkdom van de heerlijkheid van Zijn genade voor ons!

Woord vandaag

‘Toch een heel bijzonder gebed in Efeziërs 3.’

Nadat de apostel in Efeziërs 1 God heeft gebeden om een geest van wijsheid
en onthulling in erkenning van Hem, bidt hij in Efeziërs 3 Vader om kracht.
En dat om heel diep te verstaan wat de liefde is die de basis vormt van de
laatste onthullingen van de overstromende toegenegenheid van God. En die
zien wij in het Efeze-geheimenis naar voren komen.
Meestal zien we dat kracht van God komt. Maar hier bidt Paulus de Vader om
kracht. Waarom is dat zo?

‘Weet je, hier heb ik nog nooit bij stil gestaan.’

Je moet erop gewezen worden. God geeft mensen die dat mogen ontdekken
en we mogen zeer dankbaar zijn voor het vele materiaal van de broeders in
Amerika (concordant.org), Engeland (concordantbiblesociety.org.uk) en Duits-
land (konkordanterverlag.de). En zo komen we gezamenlijk dieper in de waar-
heid van Zijn woord. Wij hebben geen andere bron dan dat ene Woord van God.
Zoals er in de ekklesia van Antiochië meerdere leraren actief waren, zo is dat
vandaag de dag ook in het lichaam van Christus.

‘En daarbij gaat het niet om meningen van mensen.’

Zo is het bij het materiaal van genoemde websites zeker! Dat leidt naar het
woord van God en niet er van af. En hier zien we, als we de fijne verschillen van
Gods woord willen onderscheiden, dat Paulus de Vader bidt om kracht. Dat is
in de Schrift ongewoon. Hij bidt Vader om kracht. De grootste tentoonspreiding
van kracht is niet verbonden met God als Schepper. Ook niet met de verzoening
van de zondaar, noch met de manifestatie van tekenen en wonderen. Er is blijk-
baar veel meer nodig om de heiligen te doen beseffen (neer-bevatten) wat de
fundamentele liefde is voor het uiten en tonen van Gods ongelooflijk diepe gene-
genheid in het Efeze-geheimenis! 

Woord vandaag

‘Wat een moeilijke ‘woord vandaag’ was het gisteren zeg!’

De hoge plaats van de gemeente die Zijn lichaam is wordt duidelijk uit het geheel
van Efeziërs. Als we de lijn van Paulus’ gebed in hoofdstuk 3 volgen, dan komt dit
naar voren:

Paulus bidt dat de Vader van onze Heer Jezus Christus aan de gelovigen geeft:

* standvastig gemaakt door Zijn geest in de innerlijke mens
* dat Christus door het geloof in de harten (neer-)woont
* opdat de gelovigen in liefde geworteld en gefundeerd worden
* en uitermate sterk zullen zijn om samen de omvang van het Efeze-geheimenis
   te beseffen
* opdat de gelovigen compleet gemaakt worden
* tot het volledige complement van God

We zien de stappen die in dit gebed naar voren komen. Alles is erop gericht,
dat de gelovigen samen groeien tot het volledige complement van God.

‘Ja fijn, ik ga er geloof ik iets meer van begrijpen. Ik dank Vader daarvoor!’

Dat diepe bevatten, het besef van de ware omvang van het Efeze-geheimenis
is absoluut niet een stukje kennis wat je in je hoofd opgeslagen hebt zoals je
ooit wiskunde of aardrijkskunde op school leerde. Het gaat hier om veel meer,
het gaat om ons hart, dat Christus daarin woont. Hij heeft het dan voor het
zeggen. Zijn liefde gaat vanuit ons hart ons hele zijn en bestaan doordringen.
Daarom de tussenzin in 3:19:

en daarnaast te kennen de kennis overstijgende liefde van de Christus

‘Ja heerlijk, het gaat mij steeds meer beheersen, ik ben er erg blij mee.’

Het gaat alles om de liefde van de Vader en de liefde van Christus. Dat gaat
uiteindelijk het universum, de nieuwe schepping doordringen. Van meet af
aan is Vader daar op uit geweest. Geen enkele andere apostel heeft ooit zo-
iets geschreven. Dit gaat uit boven al het andere. En omdat het lichaam van
Christus samen met Hem het complement van God is, moeten alle leden
van dat lichaam zelf eerst compleet gemaakt worden!  

Woord vandaag

‘Dat tezamen met al de heiligen beseffen, wanneer is dat?’

Nu nog niet. Paulus gebed is er wel op gericht, dat de heiligen nu al de om-
vang en dimensies van het Efeze-geheimenis kunnen beseffen. Het woord
beseffen heeft te maken met (be)vatten. Geestelijk iets kunnen aannemen
of (be)vatten. Dat is wat betreft Efeziërs heel moeilijk, omdat het vast voed-
sel is voor de gelovigen. Paulus kon dat in Korinthe niet kwijt, bijvoorbeeld.
Zij (de Korinthiërs) waren nog vleselijk.

‘Zij waren nog onmondigen in Christus, staat in 1 Korinthiërs 3.’

Daarom waren zij nog (lang) niet aan het vaste voedsel toe, dat in de latere
brieven met name te vinden is. Daarom is het goed, met Efeziërs bezig te zijn.
Dat is hét onderricht dat voor het gezamenlijk-lichaam bedoeld is. We kun-
nen misschien samen met anderen iets bevatten, doorgronden van deze gro-
te geestelijke waarheden. Die door de apostel van de liefde van God in liefde
worden neergelegd. Als wij dan ook wortelen en gronden in die liefde, dan
zijn wij ook uitermate sterk om dat geestelijk te verstaan.

‘Daar is Paulus’ gebed op gericht. Het verstaan met je hart en geest van de
dimensies van het Efeze-geheimenis?’

En dat niet alleen, maar ook de belangrijke, essentiële plaats die het lichaam
van Christus heeft in dat geheimenis. En dat op zich is juist een van de kernen
van dat geheimenis. Want het bevatten van de dimensies ervan is:

opdat jullie compleet gemaakt worden tot het volledige complement van God

Het gaat erom, dat de gelovigen compleet gemaakt worden. Wat ontbrak dan?
Hun bevatten van de dimensies van het Efeze-geheimenis en de plaats van het
lichaam van Christus daarin! Daar is Christus Jezus op uit, om dat in de harten
van de gelovigen neer te zetten, en Hij is daarin vanzelfsprekend zelf centraal:

en dat Christus door het geloof in jullie harten woont!

En dat is voorafgaand aan en leidt tot het wortelen en gronden in de liefde,
wat weer verder voert tot het uitermate sterk zijn om te bevatten wat de di-
mensies van het Efeze-geheimenis zijn!