Breng dit in herinnering,
betuigend voor het aangezicht
van de Heer niet met woorden
te strijden, die tot niets
bruikbaar zijn, dan tot
ontzetting van hen die horen
2 Timotheüs 2:14
Timotheüs zou zich dit alles
herinneren, wat hij in deze
brief leest. Om in het hart,
en dus voor in de gedachten,
te hebben. Het spreken uit
Zijn woord; dat gebeurt voor
ogen en oren van de gelovigen.
Sprekers zouden zich bewust
zijn: voor Zijn aangezicht te
spreken.
Het gaat niet aan een zinloze
woordenstrijd te voeren.
Het gaat wél aan te blijven bij
wat wij via Paulus horen. Dat
is de waarheid voor vandaag.
Vader, dank U wel voor Uw
rijke genade.