‘Duidelijk wat betreft de goede werken. God heeft ons lief
en zet ons in in Zijn plan.’
Wij zijn Zijn maaksel, die geschapen worden in Christus Jezus
voor goede werken, die Hij van tevoren gereedmaakt opdat wij
daarin zullen wandelen. Wij zijn van Hem en Hij bepaalt wat
wij doen als leden van het lichaam van Christus. Dat is in over-
eenstemming met Zijn voornemen. Daarin doet Hij alles samen-
werken ten goede.
‘We zijn ervan overtuigd, dat we nooit buiten Zijn liefde kunnen
vallen, wat er ook gebeurt.’
Zo is God, de Vader van onze Heer Jezus Christus. Hij heeft ons
grenzeloos lief en draagt ons dag aan dag. We hebben nooit een
tekort aan Zijn liefde. Die blijkt altijd meer en dieper te zijn dan
wij ooit gedacht hadden. Ons verdriet en innerlijke pijn kan veel
en diep zijn, Hij weet ervan en troost ons met het heerlijke uit-
zicht, de grote verwachting waarin wij leven. Die ongelooflijke
openbaring van Zijn heerlijkheid, licht en liefde!
‘Ja, wat een dag zal dat zijn, als wij dat zien en meemaken!’
Een hemelse heerlijkheid die al onze vermoedens ver overtreft.
Geen gedachte kan daarin hoog genoeg zijn. Wij worden over-
laden met Zijn genade, zo onverdiend, zo zuiver, genade die
dieper gaat dan de diepst gevallen zondaar (zoals Judas, of
Saulus). Die heerlijkheid van Zijn genade zal blijken als Christus
Jezus afdaalt en ons wegrukt naar Hem toe; weg van de aarde,
ontmoeting met Hem in de lucht!