‘Zeg, die boodschap van gisteren, Naäman, sprak mij aan.’
Het is een aansprekende geschiedenis. Je denkt: een mooi verhaal, zo’n
Syrische legeroverste, die genezen werd van melaatsheid, maar er zit vaak
zoveel meer in. Dat is het woord van God. En Elisa sprak dat he. De mensen
kwamen naar hem toe, hij als de man van God, de profeet in Samaria. Je
leest maar weinig dat Elisa zelf op pad is. Er was later nog iemand die thuis
bleef zitten en op wie de mensen af kwamen.
‘Was dat de Heer Jezus in Bethanië?’
Nee, Paulus. Die huurde een eigen woning in Rome, het centrum en de
hoofdstad van het toenmalige Romeinse Rijk. Hij was gevangen, maar toch
kon hij thuis het woord van God uitdragen. Hij stond iedereen te woord en
ze kwamen naar hem toe. Zo in feite vandaag  nog steeds, hij spreekt een
evangelie waar iedereen, ongeacht wie het is, kan deelnemen in genade.
‘Maar hoe zat het nu met die knecht Gehazi?’
Die wilde er toch nog even een slaatje uit slaan. Hij is eigenlijk model of beeld
voor hen, die winst willen maken uit het woord van God. Paulus wijst op dat
soort mensen in 2 Corinthiërs 2:17. Zij houden misschien wel genezingsdien-
sten waar zij veel geld aan overhouden. Vaak worden collectes in zulke bijeen-
komsten uitgekiend gepland en vooral op een manier aangekondigd waardoor
de aanwezigen veel geld geven.
‘Het evangelie is juist om niet, toch, genade?’
Daarom werkte Paulus zelf om te leven. Zo was hij helemaal vrij en kon het
genade-evangelie ook om niet brengen. Ook in zijn tijd waren er kennelijk
al mensen die het als handelswaar beschouwden en zo er zelf flink ‘beter’ van
werden. Gehazi is daar een type van. Wilde er toch even handig aan verdienen.
Hij had er niet mee gerekend, dat Elisa hem helemaal door had!