7 oktober 2017
‘We zijn erg rijk.’
De grote genade van God is dat elke
gelovige gezegend is met iedere gees-
telijke zegen te midden van de heme-
lingen, in Christus. Deze grote schatten
zijn weggelegd voor alle leden van het
lichaam van Christus. Gezegend in
Hem, te midden van de hemelingen.
‘Opmerkelijk, zo’n rijkdom.’
Hij werd arm, terwijl Hij rijk was, opdat
wij door Zijn armoede rijk zijn. En dat
is een geslaagde missie geweest. Daar
ging niets bij mis. God maakt geen fou-
ten. Hij schiet niet tekort. Hij werkt het
grote plan uit, óók door Zijn uitgeroe-
pen gemeente heen.
‘Wat een toekomst.’
Bijna niet te bedenken, dat wij, direct
onder het Hoofd, de hemelingen zullen
bereiken met genade en verzoening.
Christus is het Hoofd van alle overheid
en macht, Hij is vóór alles en Hij houdt
dat universum in stand. Onvoorstel-
baar groots als je daarover nadenkt.