6 oktober 2017
‘Bijzonder, Vader en Zoon.’
De Vader is de Allerhoogste God, uit
Wie het al is. De Zoon van Zijn liefde is
door Hem voortgebracht als de Eerst-
geborene van heel de schepping. In
Hem en door Hem en tot Hem is het al.
Dat schrijft de apostel in die machtige
passage van Kolossenzen 1.
‘Vader is de Bron.’
En de Zoon is het kanaal waardoor de
Vader werkt. Hij is het, Die in Zijn lief-
de het al vasthoudt en draagt. Vader
maakt door Hem de eonen; Hij is ook
de Lotgenieter van het al. Dat zegt de
Hebreeënbrief in de eerste verzen.
Dat is nogal wat, wat we zo lezen.
‘Vader heeft het einde voor ogen.’
Vanaf het begin had Hij het hele plan
al ontworpen. Vader heeft alles in Zijn
liefde gemaakt en voert het naar Zijn
grote doel, dat Hij alles in allen zal zijn.
Hem loopt niets uit de hand. Hij ver-
kondigt Hij vanaf het begin het einde.
Daarom is Zijn woord zo belangrijk!