Woord vandaag

‘Ernstige woorden gisteren, het was ook een ernstige Spreuk.’

De Spreuk 16:26 is er een die je zo uit het dagelijks leven terugziet:

de honger van de arbeider werkt ten behoeve van hemzelf,
want zijn mond dringt hem ertoe

Voor het woord ‘honger’ staat in feite: ziel. De strekking lijkt te zijn,
dat de ziel gebrek kan lijden en dat zet de mens in beweging. Hij gaat
aan het werk om zijn honger te stillen. Dat gebrek werkt als het ware
voor of in die arbeider. En het tweede deel van de Spreuk legt het
verder uit; zijn mond (hij heeft voedsel nodig) zet hem aan om iets
te gaan doen om het gebrek op te lossen.


‘Het is logisch; gebrek zet de mens in beweging.’

Geestelijk gebrek doet dat ook; mensen zijn op zoek naar hun
wortels, waar kom ik vandaan? Waarom ben ik hier? Waar ga
ik naartoe?  Als zij oprecht de waarheid zoeken, komen zij uit
bij Jezus Christus en Zijn woord. Dat kan niet anders.

Een gelovige die al jaren ‘op weg’  is, kan ook een periode mee-
maken van geestelijke droogte en/of  gebrek.
Dan is het zaak je opnieuw te vullen met dat ene woord van
Zijn genade, van Zijn liefde, en je veranderde leven zal weer
gaan stromen.

Woord vandaag

‘Mooie spreuk gisteren. Wat een bijzondere diepte, en wat is het
toch belangrijk wat ouders tegen kinderen zeggen!’

Ongelooflijk belangrijk. Maar ook in het dagelijkse omgaan met anderen. Als
je iets tegen iemand zegt, weet jij dan wat jouw kritische woorden doen in het
innerlijk van iemand? Mensen zijn wat dat betreft vaak aardig gevoelloos naar
elkaar in het ‘willen scoren’ of ‘de ander te kijk zetten’ of ‘je gelijk willen halen’.

‘Heel goed om over na te denken en je dat bewust te zijn. Wat is de spreuk vandaag?’

een weg, die er is, kan oprecht lijken voor het aangezicht van een man,
toch kan het laatste ervan wegen van de dood zijn.

Als we kijken in het leven van koning Jerobeam van Israël, hij werd koning
omdat het rijk na Salomo uiteenviel in twee rijken, een van 2 en een van 10
stammen, dan zien wij deze Spreuk voor ogen, we kunnen ook dezelfde woor-
den lezen in Spreuken 14:12. Wat koning Jerobeam deed, leek een rechte weg.
Hij plaatste gouden kalveren in Dan en Bethel (tegenwoordig worden die in
Nederland ook uitgereikt) en bracht daarmee het volk tot afgoderij.

‘Ja het leek hem een rechte weg, maar het eindigde met de dood, letterlijk.’

We kunnen het allemaal nalezen in 1 Koningen 12:25-33 en 1 Koningen 14:7-11.
De boeken Koningen lezen wij niet vaak, maar als je ze gaat bestuderen, blijken
ze allerminst saai te zijn. Voor de Joden gelden zij als profetische boeken, en dat
zijn ze ook!
De weg die Jerobeam insloeg als koning over Israël (de 10 stammen), leek hem
oprecht (hij wilde het volk het makkelijk maken), maar het was een weg zonder
Elohim, zonder Jahweh. Hij week af van de Thora.

‘Het leek een weg tot leven, maar bleek de dood te zijn.’

Dat is wat wij mensen doen: in onze eigenwijsheid (zie Spreuken 3:7) menen
wij dat een weg die wij zelf bedenken en misschien wel heel rationeel afwegen,
goed is, maar hoe het uitpakt kan op verschillende manieren flink fout zijn.
We zien het bij Jerobeam, maar ook bij Paulus, als je zijn eigen getuigenis
in Filippenzen 3:4-7 en 1 Timotheüs 1:13 leest.
Je kunt een voor jou geestelijk goed lijkende weg inslaan, terwijl je daardoor
anderen ernstig beschadigt. En waar zal die weg eindigen? Kijk naar koning
Jerobeam, en luister naar de profeet Ahia, die in zijn leven zo’n belangrijke
rol speelde!


Opmerkelijk

‘Ja, Israël heeft een grote toekomst in Gods plan.
Maar mij verbaast het gemak waarmee veel gelovigen
het Joodse volk Juda(1), compleet Israël (2) en de nu
die naam dragende staat (3) door elkaar halen. Vooral
als ik – veelal door hen zelf aangedragen – Bijbelteksten
erop nasla.
Voor het in de Schrift glashelder uiteengezette verschil
tussen de twee stammen – Juda en Benjamin – en de
overige tien van Israël is in hun exegese geen plaats.
De hedendaagse Judaïstische staat, zoals de stichters die
terecht ook eerst wilden noemen, wordt vereenzelvigd
met héél Israël, dat ooit de volkeren alsnog Gods woord
zal brengen. Maar nú is het zonder Herder, want zonder
Christus.
Ik zal wel opnieuw te horen krijgen dat ik óf aanhanger
ben van de vervangingsleer óf van de Brits-Israël Beweging.
Of misschien een ander etiket opgeplakt krijgen.
Ten onrechte.
Maar dan ben je er af.’

Uit: Uitdaging, Maart 2012, Roeper.

Woord vandaag

‘Wat een bijzondere spreuk voor vandaag! En hoe waar is die!’

een raat van honing is aangenaam spreken
zoet voor de ziel, genezing voor het gebeente.

De eerste zin is hier in de Hebreeuwse volgorde gezet, waarmee het parallel
met de tweede beter naar voren komt. ‘Een raat van honing’ komt overeen
meet ‘zoet’. De aangename woorden wijzen naar de ziel en het gebeente.
Gods woord is als honing, dat blijkt uit verschillende Schriftplaatsen. Gods
woord kon voor de profeet zoet in de mond (gehemelte) zijn, maar bitter in
de buik.

‘Ja prima, en het gaat hiert toch ook om mensenwoorden?’

Jawel, wat een mens spreekt is zó belangrijk. Zoals een moeder tegen een kind
en een vader tegen zijn zoon/dochter spreekt is ongelooflijk van belang. Onaan-
gename woorden in de (jonge) jeugd tegen een kind gesproken, beschadigen
dat kind voor de rest van het leven. Daarmee worden diepe wonden in het leven
aangebracht. De ziel wordt ermee gekerfd, ingekrast.

‘Ja, daar zijn verschrikkelijke voorbeelden van bekend.’

En wat kan het genezend werken voor een mens als er aangename, opbouwende
woorden worden gesproken! Die zijn zoet voor de ziel en genezend voor het ge-
beente. Vooral als die woorden gedragen worden door de liefde van God. Die
liefde werkt werkelijk helend voor een mens. Dat gaat heel diep, en volgens deze
spreuk reikt de helende werking van die woorden tot in het gebeente, als metafoor
voor het diepste innerlijk van de mens.


Woord vandaag

‘Opnieuw gaat het vandaag over wat je mond uitgaat. Daar gaan veel uitspraken
over. Opmerkelijk.’

Het gaat om contact onderling tussen mensen. Daarin wordt veel gezegd, en welke
woorden wij spreken, dat is ontzettend van belang. Daarin gaat nogal wat mis. Laten
we kijken naar de Spreuk:

het hart van een wijze maakt zijn mond verstandig,
en zullen zijn lippen de invloed vermeerderen (Spreuken 16:23)

Het gaat om het hart van de wijze. Wijsheid komt met de jaren zegt men weleens,
maar dat is relatief. Er is ook het gezegde: ‘hoe ouder hoe gekker’. Gods wijsheid
is niet iets wat je zomaar even koopt. Het wordt geschonken doordat het Woord
in werkt in je leven en je eruit leeft. Paulus bidt om de geest van wijsheid en ont-
hulling in erkenning van Hem. Dat is een bijzondere toedeling van Zijn geest,
voor ons.

‘Daar wordt maar weinig over gesproken, als je zo je oor te luister legt in de chris-
lijke wereld.’

Het heeft dan ook te maken met de bijzondere boodschap die hij bracht. Het evan-
gelie van de onnaspeurlijke rijkdom van Christus, met een bijzondere plaats en
roeping voor het lichaam van Christus. Kijk, als je hart dáármee gevuld is, dan is
wat je mond uitkomt: verstandig, en spreek je met intelligentie over de dingen van
Hem. De bijzondere genade, die nu aan de gemeente die Zijn lichaam is, heeft te
maken met de wijsheid van God van vóór de eonen (1 Corinthiërs 2:7-9).

‘Maar, het gaat toch ook om hoe je dagelijks met allerlei grote en kleine praktische
zaken bezig bent?

Ja natuurlijk! Het gaat om met wijsheid spreken in allerlei situaties. Als je hart
gevuld is met Zijn wijsheid (voor vandaag), dan zul je juiste koers houden in je
leven van alledag. Ook in je praten en spreken. Je kunt veel woorden uiten, maar
niets zeggen. Je kunt weinig woorden gebruiken op een dag, maar wel veel (tot
opbouw) zeggen. Dat gaat eigenlijk automatisch als je een wijs hart hebt. Dan zal
door wat je mond uitgaat, je invloed groter worden.