Woord vandaag

‘De grote opdracht, dat is Mattheüs 28:18-20?’

Ja, dat is hun bezigheid in de 1000 jaren. Al de volkeren tot discipelen
maken en hen te leren onderhouden wat Hij gezegd heeft. Daarvan
zou je kunnen zeggen: de bergrede. Daarin tref je de grondwet voor het
Koninkrijk op aarde aan. Zeker is, dat deze rede niet voor vandaag, niet
voor het lichaam van Christus bedoeld is. De Heer sprak toen tot en
voor Zijn volk Israël. 

‘Dat kun je op zoveel plaatsen niet zeggen. Men leeft bij de bergrede.’

Daarmee mist men de overweldigende rijkdom van Gods genade in het
evangelie dat aan Paulus toevertrouwd was. Dat evangelie legt geen
voorwaarden bij de mens neer. Het spreekt van de totale overwinning
die God behaalde via en door Zijn geliefde Zoon. Deze werd weliswaar
aan het kruis genageld, maar die schijnbare nederlaag bleek de aller-
grootste en definitieve overwinning.

‘We denken er volgende week vrijdag weer extra aan.’

Dan gedenken wij weer de 14e nisan, de dag waarop de Heer Jezus ge-
kruisigd werd. Hij stierf, werd in een nieuw graf in de tuin van Jozef van
Arimathea gelegd, en werd op de derde dag, de 16e nisan, opgewekt uit
de doden. De diverse verslagen van het leven van onze Heer getuigen
daarvan. Net zoals Jona in de buik van de grote vis was, drie dagen en
drie nachten, was de Zoon van Adam drie dagen en drie nachten in het
graf en werd daaruit opgewekt! 

Woord vandaag

‘Boeiend. Jozef van Maria kende dus wel vrees. Een gewoon mens.’

Opmerkelijk, dat Jozef een zoon van David was. Hij komt dus uit de ko-
ningslijn, zoals ook door Lucas 3:31 bevestigd wordt. Na David worden
nog een stuk of 3 Jozefs genoemd en daarmee wordt toch een nadruk
op Jozef gelegd. Elke zoon van David is een type van de grote Zoon van
David. De grote Jozef uit Genesis echter, zet in feite een andere lijn in.

‘Hoe zit dat dan?’

Dat is de lijn naar het koningschap over de 10 stammen van Israël. Later
zouden de 10 stammen zelfs aangeduid worden met Efraïm, en dat was
één van de beide zoons van Jozef, de andere was Manasse. In de profe-
ten lezen we over dat wat specifiek Efraïm geldt. In Hosea wordt de naam
Israël afwisselend met Efraïm gebruikt voor de 10 stammen.
Naast de naam Juda, dat is aanduiding van de 2 stammen.

‘Jakob verwisselde zijn handen toen hij Manasse en Efraïm zegende.’

Dat was een daad van geloof van Jakob. En hij wist door geloof, dat de
zegen naar Efraïm moest gaan. Dat liep dus door, later toen het land ver-
deeld was onder de 2 en de 10 stammen. Uiteindelijk zal het wel 1 kudde
zijn met 1 grote Herder; de huizen Juda en Israël zullen samengevoegd
worden onder de Messias Jezus en zo hun grote opdracht gaan vervullen.
Het zal voor hen zijn: leven uit de doden!

Woord vandaag

‘We leven weer toe naar Pasen.’

Nou……nee. Eigenlijk niet. Misschien wat vreemd om dat zo te stellen,
maar we leven elke dag uit de opstanding van Christus. Dat is voor elke
gelovige een grondwaarheid. Voor Mirjam in de hof was dat nog niet zo
duidelijk. Net zoals Jozef, Mirjam en de Heer bij elkaar waren bij Zijn ge-
boorte, zo was het ook in Zijn opstanding. Hij was in de hof van Jozef
van Arimatea en Mirjam kwam daar ook.

‘Mirjam is de eigenlijke naam van Maria?’

Strikt genomen staat in het Grieks Mariam, dat laat zien, dat haar He-
breeuwse naam eigenlijk Mirjam is. Toch eigenaardig, dat zowel bij
Zijn geboorte, wat een type van Zijn opstanding is, als in Zijn opstanding
Hij bij of in zekere zin onder Jozef was. De grote Jozef, die uit Genesis,
is een machtig type van de Heer Jezus Christus. Die Jozef heeft geen
angst gekend. Nou ja, misschien wel, maar het staat nergens van hem.

‘Dat is waar het om gaat, ja.’

Het gaat om wat het woord van God zegt. Daar staat niet in, dat Jozef
(uit Genesis) angst heeft gekend. Ook daarin is hij een type van Hem, die
komen zou. En de Jozef die naar de wet gerekend (Lucas 3:23) Zijn vader
was, daarvan lezen we dat hij wel bevreesd was. Want de boodschapper
van God zei tegen hem: Jozef, zoon van David (….) wees niet bevreesd
Maria, uw vrouw, bij u te nemen, want wat in haar verwekt is, is uit de
heilige geest
      (Mattheüs 1:20).

Net zoals Hij later door heilige geest van God uit de doden opgewekt zou
worden!

Woord vandaag

‘We zijn gezegend met het héle woord van God.’

We zijn blij met de Bijbel, met de Schriften, die ons uitzicht, licht,
troost, vaste verwachting geven. Wat wil je nog meer in eenw wereld
vol onzekerheid. Waar je niet weet wat morgen zal gebeuren. Mis-
schien klinkt morgen de bazuin van God wel. Weet jij veel. En dat te
denken, dat is geen overspannen verwachting, het is erkenning van
wat Hij zegt.

‘Vader weet het.’

Ja, en dat blijkt uit Zijn woord. Bijvoorbeeld: lang voordat hij gebo-
ren werd, werd het goede gedrag van Cyrus voorzegd. Hij was barm-
hartig naar Israël, het volk van Ieue, en hij had ontzag voor de ware
Alueim. Hij liet het volk los uit de ballingschap en bevorderde de
bouw van de tempel (Jesaja 44:28; 45:13; 2 Kronieken 36:22,23 en
Ezra 1:1-4).

‘Ja mooi, Hij doet wat Hij zegt.’

Terwijl we in Jesaja de profetie vinden, vinden we in Kronieken en
Ezra, dat Ieue zelf de geest van Kores wekt om het volk te laten gaan
en de bouw van Jeruzalem en de tempel daar te bevorderen. Het was
niet ‘de eigen vrije wil’ van Kores. Het was Ieue, die hem in zijn geest
gaf om dat te doen. Dat wordt duidelijk wanneer je de teksten leest.

‘Het hart van de koning is in de hand van Ieue als waterbeken?’

Dat is wat Spreuken 21 zegt, ja. Zo is het. Ook koningen hebben niets
te vertellen. Zij worden gestuurd door geestelijke machten. We lezen
in Daniël 10, dat Michaël 3 weken tegengehouden werd door de gees-
telijke vorst van Perzië. Daar zien we heel even dat het gordijn wegge-
trokken wordt. De geestelijke machten beheersen de gang van zaken
in de wereld. En deze geestelijke machten staan onder Ieue. 

Woord vandaag

‘De Vader wist tevoren, dat de Zoon die weg zou gaan.’

Het was een noodzakelijk kwaad, dat de Zoon in de handen van
zondaren zou komen. En dat Hij gekruisigd zou worden. Dat overkwam
Hem niet als een verrassing. In Lucas 12:50 beleed Hij, dat Hij in water
gedoopt was door Johannes, maar dat Hij met nóg een doop gedoopt
moest worden.
Dat beklemde Hem, het drukte Hem neer. Geen angst.

‘Ook hier geen woord voor angst, dus.’

Het is hetzelfde woord als in 2 Corinthiërs 5:14 waar staat: de liefde
van Christus dringt ons, die tot dit oordeel gekomen zijn, dat Eén voor
allen stierf en zij dus allen stierven. Omdat Hij wist, dat Vader alles in
handen heeft en tevoren weet wat gebeurt, daarom kon Hij in overga-
ve aan die Vader leven. De Heer Jezus Christus wist vooraf van lijden,
maar ook van de heerlijkheid daarna.

‘Vader weet alles tevoren en bestuurt ook de ontwikkelingen.’

Maar dat gold dan ook voor alles wat voor en rondom het kruis ge-
beurde, en daarna, toen Hij de Heer opwekte uit de dood. Dat blijkt
uit de profetieën, die eerder in onder meer de Psalmen zijn uitge-
sproken. Zijn kleding werd verdeeld, het lot werd er over geworpen
bij de soldaten. Dat stond geschreven. Vader wist het tevoren en
zorgde ervoor, dat dat gebeurde.