Woord vandaag

‘We zijn blij met de waarheid.’

Het is Gods woord, dat tot ons hart spreekt. Hij staat garant, dat
alle beloften vervuld zullen worden. Daar is geen houden aan.
Wanneer Hij zegt –en Hij zegt het- dat Hij alles in allen zal zijn,
dan gaat dat gebeuren. Dat allen wordt in het tekstverband van
1 Corinthiërs 15:28 niet beperkt. Het gaat niet om allen, die nu
en ooit geloofden.

‘Wanneer je dat al jong kan geloven, ben je bevoorrecht.’

Sommigen komen pas later in hun leven tot dat besef, anderen
al heel jong. Dat is vanzelfsprekend Gods zaak. Als je lang gehin-
derd bent door de tradities van mensen, kost het je meer moeite
dan wanneer je van jongs het thuis hoort. God, als de grote pot-
tenbakker, gaat met ieder Zijn weg.

‘Hij heeft de touwtjes in handen.’

Gelukkig wel! De erkenning van God is waar het om draait in
het leven van een gelovige. Dat leidt tot onderschikking aan Hem.
In traditie hoor je nog wel spreken over ‘de Almachtige’, alleen is
dat een uitdrukking geworden voor een beeld van God, die ver,
afstandelijk en kil is. Maar God is liefde en het woord ‘almachtig’
is vanuit het Hebreeuws een begrip, dat algenoegzaam betekent.

‘Wat betekent algenoegzaam?’

Dat God voldoende vermogen heeft om Zijn plannen te realiseren,
om dat te doen wat Hij zegt. Wanneer wij ons onvermogen, ons te-
kort aan kracht beseffen, gaan we meer Zijn vermogen, Zijn kracht,
Zijn genoegzaamheid waarderen. Het woord sjaddai in Hebreeuws
heeft die betekenis. Het komt 48 keer voor, in slechts twee boeken
meer dan één keer. Morgen kijken we daar verder naar!

Woord vandaag

‘Het is werkelijk geweldig hoe profetie vervuld wordt.’

Alleen al het ontstaan van de Joodse staat is vervulling van pro-
fetie. En de hele setting in het Midden-Oosten is een kaart die
eerst zo moest ontstaan. Om verdere vervulling van de voorzeg-
gingen mogelijk te maken. En net zo zeker als profetie die al ver-
vuld is, zo zal de Zoon van Adam komen (Mattheüs 24:29-31).
Degenen die dat ontkennen, jokken.

‘Ja, God is waarachtig en elk mens leugenachtig.’

Dat is wat Romeinen 3 zegt. De apostel is daar weer vlijmscherp.
Wij zouden niets anders dan de Schrift alleen geloven, beamen.
Het andere blijkt vroeg of laat drijfzand.  We zijn begenadigd wan-
neer God het ons mogelijk maakt te geloven al wat staat geschre-
ven
. Hij geeft aan eenieder een mate van geloof. Hij zal al Zijn be-

loften vervullen. Daar is Hij God voor, Hij spreekt en doet het ook.
Allen die profetieën uitspreken uit eigen hart zijn valse profeten.

‘Dat is erg duidelijk. Israël blijft wel Gods volk.’

Je hoort regelmatig, dat de gemeente het volk is, of de bruid. Men
kan dat niet hard maken, want Israël is beide. Niet de uitgeroepen
gemeente. Wanneer men de gemeente met volk of bruid typeert,
weet je dat men lijnen aan het verwarren is. De Schrift houdt deze
uit elkaar. Israël en de gemeente zijn twee totaal verschillende
groepen in Zijn plan. Als je dat gaat zien, én het feit, dat de woorden
aioon (Grieks) en olam (Hebreeuws) beide altijd een tijdperk aan-
geven, heb je als het ware een nieuwe bijbel en wordt alles anders.

‘Nu geloof ik dat al jaren en ik ben er blij mee.’

Het is de waarheid, en die maakt vrij en dus ook blij. Dat geldt al-
tijd; wanneer de waarheid naar voren komt, wordt veel duidelijk.
De Heer Jezus zei zulke dingen in Johannes 8 tegen de geestelijke
leiders van het volk Israël. Zij hadden dat eigenlijk moeten weten.
Maar zij hadden liever de tradities van mensen. Daardoor raakte
de waarheid ondergesneeuwd. De Heer kwam om die te vertellen.
Dat werd Hem niet in dank afgenomen en Hij eindigde aan het
kruis, als afsluiting van Zijn aardse bediening toen.

Woord vandaag

‘Er gaat nog veel gebeuren.’

De wereld gaat maar door. Het ziet er nu uit zoals je dat 15
jaar geleden niet had kunnen denken. Laat staan, dat je tij-
dens de koude oorlog (periode 1945-1989) had kunnen ver-
moeden dat Europa er nu uitziet zoals het is. En dat geldt ook
voor het Midden-Oosten. Bijbeluitleggers zeiden 100 jaar ge-
leden op grond van bijbelse Profetie dat Babel herbouwd zou
worden, en dat gebeurde onder Saddam Hoessein zo’n 70 jaar
later. Degenen die beweerden dat alle profetie in het verle-
den al vervuld was, hadden opnieuw het nakijken.

‘De Heer Jezus en Paulus hielden vast aan Gods woord.’

Laten we hen dan navolgen! De Heer moest tegen de twee die
naar Emmaüs liepen, zeggen, dat zij onverstandig en traag van
hart waren om te geloven al wat de Schrift zegt. Zij geloofden
delen van de Schrift, kennelijk. Wij zouden Gods woord bloed-
serieus nemen en nauwgezet nagaan wat geschreven staat.
Mensen die uit eigen hart roepen: ‘zo spreekt de Heer’, zitten er
naast, dat blijkt steeds weer.

‘Wij kunnen Zijn bazuin niet berekenen.’

Nee, het tijdstip, de dag, de week, de maand, het jaar; wij weten
het niet. Velen volgen met argusogen de ontwikkelingen rond en
in Israël. Nochtans was en is er veel dreiging, maar tot een totale
oorlog is het daar nog niet gekomen. Dat zou een derde wereld-
oorlog tot gevolg kunnen hebben. Pas ná de bazuin van God zal
de wetteloze kunnen komen om te overwinnen (Openbaring 6:2).
En pas ná zijn zegetocht komt het tot een wereldwijde oorlog
volgens Openbaring 6:3,4. En komen verdere gerichten, die in dat
bijbelboek beschreven staan.  

Woord vandaag

‘Er zijn veel berekeningen gemaakt.’

Men rekent nogal eens vanaf 1948. Vanaf dat jaar rekent
men 
70 jaar tot 2017/18.
Maar de juiste onderbouwing uit de 
Schrift ontbreekt.
Zo kun je ook rekenen met de jubeljaren, 
steeds een cyclus
van 49/50 jaar; vanaf 1917 tot 1967, in 
beide jaren een vorm
van bevrijding van Jeruzalem.

‘Dan is er ook een jubeljaar in 2017, 50 jaar.’

Wat dan zou moeten gebeuren, is niet duidelijk. In een
jubeljaar valt het land vrij, en dat kan onmogelijk in 2017
gebeuren. Want dan moest de laatste jaarweek van Daniël
in 2010 beginnen en zouden we nu in de echte grote ver-
drukking
moeten zijn. Dus wat dat betreft loopt zo’n bere-
kening
verkeerd af. Nee, de bazuin van God (niet die van
de bood
schappers in Openbaring) moet eerst klinken.

‘En dan komt de 70e jaarweek?’

Die begint eerst na de bazuin van God. Eerst de gemeente
van de aarde weg, daarna kan door de wetteloze een ver-
bond met velen gesloten worden. Er wordt veel gespecu-
leerd, maar daar hebben we niet veel aan. Het gaat om de
feiten uit de Schrift zelf. Die zijn bepalend, ook niet aller-
lei gebeurtenissen die ophanden lijken te zijn. We zien uit
naar Zijn Zoon uit de hemelen. Hij rukt ons weg tot Zijn
ontmoeting 
in de lucht. Op Vaders tijd.
L
aten wij geestelijk wakker en nuchter zijn!

Woord vandaag

‘Wat een toekomst. Bijna niet te vatten.’

Wat we gisteren lazen, daardoor kom je onder de indruk,
hoeveel
genade van God de gemeente ontving om aan de
roeping
te kunnen beantwoorden. Een hele hoge roeping.
Al wat
we kunnen als gelovigen is uit Hem. Hij heeft het
alles be
werkt. Zelfs het willen én het werken wordt door
Hem ge
werkt. God geeft aan eenieder een mate van geloof.

‘Wat een genade, zo veel, zo rijk, heerlijk.’

Zoals Paulus in 1 Corinthiërs schrijft, dat de gemeente de
onder meer de wereld en de (hemelse) boodschappers zal
richten, is
de toekomst van het lichaam van Christus vast-
gelegd. Die 
is niet op aarde –zoals Israël- maar te midden
van de he
melingen, boven in de hemelen. Daar is ‘ons’
domein.
En velen vragen zich af, wanneer de ‘evacuatie’
gaat ge
beuren.

‘Afgelopen zondag ging het daarover.’

Ja, toen kregen we antwoord op de vraag wat er precies
met de overleden gelovigen gebeurt bij de bazuin. En wie
bij het lichaam van Christus horen. Ook daarop klonk ant-
woord uit 1 Thessalonicenzen 4:13-18. En wanneer dat ge-
beurt: wij worden door Jezus, de Zoon van God, geborgen
uit het komen van de verontwaardiging (van God)!