Woord vandaag

‘De waarheid van de opstanding in de toekomst wordt ontkend?’

Ja, in het christendom zijn er heel wat, die sowieso niet in de lichamelijke
opstanding geloven. De meesten in de kerk denken dat als Jezus terugkomt
het gelijk het einde van alle tijden is en dat Hij dan komt om te oordelen de
levenden en de doden op de jongste dag. Zij erkennen niet: ‘de tijden en ge-
legenheden’ (1 Thessalonicenzen 5:1) waar Paulus naar verwijst. Het is al
ketters als je gelooft dat er voor de jongste dag nog opstandingen zullen
plaatsvinden.

‘Dus er zijn  mogelijk tijdschema’s te maken  over hoe Gods plan zich ont-
wikkelt.’

Jawel, sommigen serveren alle schema’s af met de schampere opmerking
dat het om ‘Grieks denken’ gaat. Anderen weten de weg niet meer, omdat
er al zoveel schema’s en tijdsindelingen zijn gemaakt. En weer anderen
zijn teleurgesteld omdat een tijdschema tot de wegrukking van de gemeen-
te niet bleek te kloppen; hun geloof schudde op zijn grondvesten. En weer
anderen hebben geleerd dat ‘de dag of uur’ niet uitgerekend mag volgens de
Bijbel.

‘Mag je je eigenlijk wel bezighouden met de toekomst? Soms hoor je mensen
zeggen: ‘hier en nu’ en dat je je maar niet zo moet bezighouden met de
profetieën.’

Ja, jammer he. We zouden ons wel degelijk verdiepen in de woorden van God,
in het bijzonder Paulus, maar ook met al de verdere Schriften. Ook daarin
openbaart God zich! Al de Schrift is door God geïnspireerd en nuttig tot……..
zegt de apostel Paulus, die zelf in Efeze ‘heel de raad van God’ verkondigde.

‘Het kan weleens zijn, dat Gods plannen heel anders zijn dan jouw eigen plan-
nen.’

Paulus’ leven getuigt ervan, dat hij in de dienst aan God wel plannen maakte,
maar dat God vaak anders beschikte. God trekt Zijn plan met deze wereld en
bij gelegenheid (boek Job) wordt duidelijk gemaakt, dat daar waar zelfs de
tegenstander zijn eigen plannen heeft, God hem de grens wijst. Tot zo ver mag
hij gaan, maar niet over de streep!
En bij ons, eigenwijze mensjes, is het zo: de mens wikt, maar God beschikt!

Woord vandaag

‘Zijn er meer voorbeelden van het woord waarheid?’

Ja, toen de Heer naar het dochtertje van Jaïrus ging, was de vrouw
in de menigte die al 12 jaar leed aan bloedvloeiingen. Zij raakte de
Heer aan, Hij merkte dat er kracht van Hem was uitgegaan.
Hij vroeg aan de menigte: ‘Wie heeft Mijn kleren aangeraakt?’
(Marcus 5:30). En de vrouw beleed het en vertelde Hem de volle
waarheid (vers 33). Zij vertelde Hem dat zij Hem had aangeraakt,
want dat was de waarheid, dat was het gebeurde feit.

‘Ja, dat is een goed voorbeeld. Eenvoudig. Heb je er nog meer?’

Hymeneüs en Filetus dwalen als het om de waarheid gaat: zij beweren
dat de opstanding al gebeurd is (2 Timotheüs 2:18) en helpen daarmee
sommigen van hun geloof af. Overigens woekert deze bewering nog
steeds flink door als koudvuur. Nogal wat theologen geloven al hele-
maal niet meer in de (lichamelijke) opstanding. De waarheid van de op-
standing werd weliswaar door Hymeneüs en Filetus niet ontkend, maar
toch waren zij afgedwaald van de waarheid, dat de opstanding nog toe-
komst is!

‘Dus én de opstanding zelf is een stuk waarheid én dat dat nog toekomst
is, ook?’

Precies ja. Je kunt wel de opstanding belijden, maar als je zegt dat er in de
toekomst geen opstanding is, ben je de beklagenswaardigste van alle men-
sen, bij wijze van spreken. Dan heb je geen verwachting, geen uitzicht, dan
gaat het alleen om hier en nu. Dan kun je alleen eten en drinken en vrolijk
zijn, want morgen sterf je, en daarna? Niets! Niets!

‘Dat lijkt mij ook een wat troosteloos gebeuren. Dan is het echt allemaal zin-
loos wat we doen hier.’

De waarheid van het evangelie is dan ook, dat er wel degelijk opstanding
van doden zal zijn. En dat is de zekere verwachting voor de toekomst.
De Opgestane zelf  staat daar garant voor. Hij gaat de gemeente, het lichaam
van Christus als eerste levendmaken als de bazuin van God klinkt. De doden
in Christus zullen opgewekt worden in onverderfelijkheid en onsterfelijk ge-
maakt worden als Hij spreekt en het lichaam van Christus wegrukt van de
aarde!

‘Zonder dat, zonder opstanding van doden, wat moet je dan?’

Niets. Dan kun je net zo goed stoppen. Dan heb je geen verwachting meer.
Dan leef je hooguit 90 a 100 jaar, en daarna…? Nee, laten we stoppen met dit
soort overwegingen en ons snel realiseren wat de waarheid is! Dát is het
evangelie van de waarheid van Paulus. Geen ander evangelie zit zo vol ver-
wachting van wat God gaat doen. Hij gaat ons levendmaken, daarna volgt
op Zijn tijd de rest! Alles zal delen in de heerlijkheid van God. Niemand valt
buiten de boot! God redt allen! Dát is de waarheid!

Woord vandaag

‘De waarheid, kom je dat begrip veel tegen in de Griekse Schrift?’

Jawel, bij Paulus regelmatig, maar ook bij de Heer tijdens Zijn gang te midden
van Israël, Zijn volk. Zoals we al zagen, bad Hij daarover met Vader.
In de machtige opening van Johannes lezen wij de woorden:

‘En het Woord werd vlees en tabernakelde onder ons, en wij zagen Zijn heerlijk-
heid, een heerlijkheid als van een eniggeborene van de Vader, vol van genade
en waarheid.’ (1:14)
‘De Thora is door Mozes gegeven,
de genade en de waarheid zijn door Jezus Christus geworden’ (1:18)

En waarheid is dat wat overeenstemt met de werkelijke feiten. Hij liet zien, of
Vader liet door Hem zien hoe het werkelijk zit. Terwijl de Thora een schaduw

heeft van de aanstaande goederen en niet het wezen van de zaken zelf
(Hebreeën 10:1), bleek Hij het wezen te zijn en dus te brengen. De Thora spreekt
wel van genade, maar steeds op voorwaarde. Toen de Heer kwam, ontvingen de
gelovigen uit de Besnijdenis uit Zijn volheid genade op genade (Johannes 1:16).

‘Als ik het goed zie, was er wel genade onder de Thora, alleen kon je die ont-
vangen als je eerst een voorwaarde vervulde?’

Jawel. Men kon vergeving van zonden ontvangen als men een offer bracht. Eerst
moest een dier geslacht worden en aangeboden bij de dienstdoende priester. Dan
kon de offeraar vergeving ontvangen. En doordat de hogepriester (naar de orde-
ning van Aäron) eenmaal per jaar op grote verzoendag bloed van een offerdier
sprenkelde in de het heilige der heiligen op de ark van het verbond, werden de
zonden van het volk ‘verzoend’, dat wil zeggen: er was weer bescherming tegen
het getuigenis van de 10 woorden op stenen (die in de ark lagen) gegrift. En dat
een jaar lang. Maar dat moest steeds herhaald worden.

‘Maar nu is het eenmaal gebeurd, de Heer stierf aan het kruis en werd opgewekt
uit de doden!’

Tijdens Zijn gang te midden van het volk Israël sprak Hij genadige woorden en
vergaf Hij zonden. Dat was nog nooit vertoond. Hij liet in Zijn aardse leven waar-
heid zien. ‘Ik ben de weg, de waarheid, en het leven’; een schitterende metafoor.
Hij is de waarheid van God in vlees. Hij liet zien, dat de woorden van God waar
en betrouwbaar zijn en toonde een genade die nog nooit vertoond was en wees
een hogere weg dan alleen het strikte houden van Thora.

‘Ja, Hij wees ook steeds op wat geschreven staat. En de evangelisten merkten in
hun verslagen steeds op: ‘opdat vervuld werd wat de profeet …. zei’.

Precies, zij hielden het bij wat werkelijk geschreven staat. Dat zijn de feiten
en dat is
waar. Niet onze interpretatie van of mening over die feiten  vormen
de waarheid; nee, de feiten zelf en al wat daar exact mee overeenstemt, dát is
de waarheid! Daarom is de waarheid van God absoluut, dat wil zeggen: het is
altijd waar ongeacht wat men ervan denkt of vindt.

‘Bijvoorbeeld: ‘In begin schiep Elohim de hemelen en de aarde.’ De waarheid
is: God is de Schepper van de hemelen en de aarde.’

Bedankt ja, een mooi voorbeeld. Dat is de waarheid waar Paulus het over heeft in
Romeinen 1. Deze waarheid wordt krachtig ontkend in de evolutietheorie. Dat
is dan ook een theorie die niet waar is, want is niet gebaseerd op de feiten van
Gods woord. De waarheid wordt op die wijze in ongerechtigheid neer gehouden!
God ís de Schepper van hemelen en aarde, Hij heeft die schitterend gecreëerd, ge-
maakt, geschapen, vorm gegeven. Het kwam allemaal voort uit Hem zelf.

Daniël – 1 – 1:1-21 water en zaden

Het Profetisch Woord.

In deze rubriek zullen audio bijbelstudies geplaatst worden, die in-
middels vanaf 20 april 2011 gehouden zijn. Dit gelet op het belang
van het kennen van de Profetische Woorden uit de Schriften, zoals
Paulus ze ook dringend onderwezen had aan de Thessalonicenzen:

‘……jullie weten zelf zeer goed, dat de dag van de Heer komt
als een dief in de nacht,…. maar jullie zijn niet in duisternis zodat
die dag jullie als een dief zou overvallen..’ (1 Thessalonicenzen 5:2,4)

Op de eerste avond inleiding vanuit Openbaring 1.
Wat is een profeet? Wat zijn de profetische boeken?
Wie wordt het eerst een profeet genoemd? Et cetera.
Klikt u hier voor het audio-bestand.

NB: U kunt aan deze avonden deelnemen. Neemt u contact met mij op
en u komt op de lijst van luisteraars die per e-mail uitgenodigd worden.

 

 

 

Opmerkelijk

‘Ik ontdekte dat er groepen mensen in de kerk waren, die
niet wilden dat ik de Bijbel het Woord van God, of Jezus de
Zoon van God noemde (…..).  En met de opstanding moest
ik al helemaal niet aankomen. Er waren mensen die mijn
intenties in twijfel trokken, de neiging hadden om te rodde-
len, of mij wilden afserveren als ‘fundamentalist’. Mondeling,
via de telefoon en mail hebben mensen allerlei vuil over mij
uitgestort.
Na een lezing in Amsterdam ben ik ooit door een kerkelijk
hoogleraar (…) letterlijk afgesnauwd: hoe ik het in mijn hóófd
haalde te beweren dat Jezus’ bloed ons reinigt van alle zonde…
…….” Maar uiteindelijk kon ik niet om de conclusie heen:
‘Ze willen Jezus niet!’ Dat die weerstand vanuit de kerk kwam,
vond ik het moeilijkst. Van ongelovigen verwacht je dit mis-
schien nog, niet van kerkmensen.”

Getuigenis van een predikante in de PKN, Visie nr. 16-2012, blz.12.