Woord vandaag

‘In mijn vertaling staat nu: ‘de liefde praalt niet’.’

Tsja, dat is nogal wat he. Pralen heeft te maken met opscheppen, snoeven,
pochen, bluffen. De liefde doet dat niet. De liefde gaat uit van echtheid, zon-
der een masker van zich beter voordoen. Bij pralen komt een stukje arro-
gantie om de hoek kijken. Zo iemand heeft last van superioriteitsgevoel.
De liefde van God is blij met de waarheid, daarom zal die niet leiden tot een
genoemd soort gevoel, maar het tegenovergestelde.

‘Wacht even, bedoel je nu de houding van Christus Jezus in Filippenzen 2?’

Dat is waar Paulus op wijst ja. Daar gaat het om: elkaar superieur aan
zichzelf achten. En net daarvoor zei hij:….’doordat jullie….dezelfde lief-
de hebben…’  Daar zou het om gaan bij gelovigen. Soms tref je bij kerken en
geloofsgroepen helaas wel zo’n superioriteitsgevoel, zo van: ‘wij hebben de
waarheid en daarom vinden wij onszelf beter dan de rest’. Dat zal nooit hard-
op gezegd worden, maar je proeft het soms wel.

‘En dat kan niet als je liefde van God in je hart hebt?’

Die liefde zal, in een proces wellicht, dit soort superioriteitsgevoelens uit-
bannen. We beseffen, dat al wat wij hebben, van Hem ontvangen is. Dat
besef zou ons ootmoedig maken. De liefde beseft, dat het niet om eigenbe-
lang gaat, maar om Zijn belang en dat van de ander, die God in je leven
geeft. Die je tegenkomt op je levensweg. De liefde van God geeft dat wat
voor de ander echt opbouwt naar God!

Woord vandaag

‘Zeg, dat 1 Corinthiërs 13:4 gaat wel diep zeg. Ik heb alvast zitten lezen,
maar de volgende is: ‘de liefde is niet afgunstig’. ‘

Ja, nu komen we aan iets, dat vaak voorkomt, ook in christelijke kring:
afgunst, jaloezie, streven. Het komt van een woord, dat letterlijk: koken
of zieden betekent. In Numeri 5 en 6 lezen wij over de wet of onderwijzing
aangaande de jaloersheid. Is in hoge mate typologie, maar moest onder
Israël wel toegepast worden, letterlijk. In de hoogste, geestelijke toepas-
sing gaat het om Jahweh met Zijn volk Israël.

‘Ok, en onder de mensen komt dit natuurlijk heel vaak voor, jaloersheid.’

Het is iets, dat niet in overeenstemming met de liefde is. Zieden of koken
(inwendig) van jaloezie, wie kent die emotie niet? Je wilt zo graag iets ook
hebben wat een ander heeft: auto, huis, et cetera. Daar kun je knap jaloers
op zijn. De liefde echter, is dat niet. Liefde van God geeft. En: je kunt tevre-
den zijn met wat je hebt, dat is vaak veel meer dan je beseft. En wat je hebt,
heb je in feite alles van God ontvangen.

‘In dat licht gezien, is het eigenlijk raar, dat je als gelovige jaloers of afgunstig
kunt zijn. Dan ga je streven om dat ook te hebben.’

En dan gaat het mis. Je kunt jaloers zijn op iemands positie en maar al te graag
zelf in die leidinggevende functie willen zitten, zodat jouw haan koning kraait.
En wat heb je dan bereikt? Stuk gegane relaties? Scherven? Was dat het dan alle-
maal waard? Vandaar dat Gods liefde hét tegenmiddel is tegen jaloezie. Vanuit
die liefde gun je iemand het geluk, gun je iemand wat ie heeft. Het houdt je niet
langer gevangen, je raakt ervan los, misschien na ernstig gebed.

‘Het licht van God valt zo wel op ons hart he.’

Gods woord werkt diep snijdend in ons, en het scheidt vaneen ziel en geest, ge-
voelens en gedachten van het hart. Dit hoofstuk van 1 Corinthiërs werkt diep
hoor. Als dat gaat functioneren in ons eigen en in het gemeentelijk leven. Oooh
wat zou het er dan anders uitzien in kerkelijk en evangelisch Nederland! Gelijk
geen vleselijke verdeeldheid meer, maar ieder schikt zich in wat God geeft. En
de praktijk….ach….God heeft wel veel geduld met ons, laat dit groeien in je hart!

Romeinen studie 2011

Ook op dinsdag 6 december 2011 kwam Romeinen 14 aan de orde,
nu de verzen 19 tot en met 21. Wat jagen wij na als gelovigen?
Dezelfde dingen als de wereld? En hoe gaat dat onderling, met sterk
en zwak? Eten en drinken, hoe ga je daarmee om?
De liefde van God doordringt dit hoofdstuk; luister hier voor en hier
na de pauze en klik hier voor de powerpoint.

Woord vandaag

‘Tsja, mooi hoor, dat geduld van God, het is een uiting van Zijn liefde!’

Als we toch in 1 Corinthiërs 13 bezig zijn, de volgende is: de liefde is goeder-
tieren, of mild. Dat is wel heel treffend in een wereld waarin o zo weinig
mildheid is. Waarom is God zo mild? Hij is het toonbeeld van mildheid.
Kijk maar eens naar wie je in jezelf bent. Dan zul je gelijk erkennen, dat
God in mildheid met je handelt. Er zit in dit woord ook iets van: bruikbaar
zijn. Voor Hem!

‘Weet je, dit klinkt als een verademing, het doet warm aan, die liefde van God.’

Het geweldige is, dat je iemand was die onbruikbaar was voor God, maar door
Zijn genade ben je nu bruikbaar voor Hem, in Zijn dienst. Prachtig, toch? En
in Zijn mildheid gebruikt Hij ons als een schouwspel nu en in de komende eo-
nen (Efeziërs 2:6,7). Ook in Efeziërs 2:7 gebruikt Paulus dit woord: mildheid.
Hij spreekt daar over de overstijgende rijkdom van Gods genade in Zijn mild-
heid over ons in Christus Jezus. Dat laat Hij aan de hemelingen zien!

‘Weer zo’n aspect van de liefde van God, waar je lang bij stil kunt staan.’

Als die liefde van God in ons doorwerkt, zullen wij ook mild naar de ander toe
zijn, juist diegene die misschien zijn stekels tegen ons of jou opzet. Kan zomaar
zijn in je gezin, op school, op je werk, in het verkeer, op de universiteit, je oplei-
ding: overal is het goed Zijn mildheid door je heen te laten werken. In plaats
van stekels mildheid. Welwillend zijn naar de ander, juist als die ander dat niet
verwacht. Dat werkt iets uit.

‘De praktijk is vaak weerbarstig.’

Mensen zijn vaak niet makkelijk. Geen van allen zijn wij dat. Maar door Gods
genade en liefde is er van binnen toch iets veranderd bij ons. En dat is wat God
geeft om ons te gebruiken om iets aan de ander duidelijk te maken. Niet dat
dat onze prestatie is, nee, het is Zijn krachtige hand op ons leven. Onesimus
was een een weggelopen slaaf, maar later toch bruikbaar, zo werkt God!