Woord vandaag

30 april 2020

‘We leven in vrijheid.’

Ja, en gericht op de dag van Christus.
Die zit eraan te komen, en kan niet ver
weg meer zijn. Niet omdat er nu crisis
is, want die was er ruim 10 jaar gele-
den ook – om andere redenen. Er zijn
veel grotere crises geweest, de eerste
en tweede wereldoorlog bijvoorbeeld.
Waar je naar kijkt, vanuit wat in Open-
baring staat, is naar ontwikkelingen op
wereldwijd niveau.

‘Steeds dichterbij komend?’

Stapje voor stapje zie je lijnen die uit
zullen komen bij wat in Openbaring
staat. Veel gebeurt ook niet zichtbaar,
op topniveau. Later zie je daarvan de
uitwerking. We leven niettemin nog
steeds in wat Paulus benoemt als het
beheer van de genade van God, of
het beheer van het geheimenis. Ter-
wijl we ook gewezen worden op het
geheim van de wetteloosheid.

‘Het is niet meer ver weg.’

Hij gaat komen! Dag aan dag leven we
in die verwachting van Zijn roepen. En
het ligt niet aan/in ons, maar wel in Zijn
hand. Gód werkt, ook in deze tijd zet Hij
de instrumenten in die Hij nodig heeft.
Om daar te komen waar Hij de wereld,
de mensheid hebben wil. Ja, door grote
druk heen zal Israël nog moeten; de na-
tiën eveneens. De heerlijkheid van het
koninkrijk van Christus op aarde zal ze-
ker komen
.

Woord vandaag

29 april 2020

‘De toekomst is in Zijn hand.’

We zien uit naar de bazuin van God. In
ons leven is dat de constante verwach-
ting. Die dag, dat zal iets bijzonders zijn.
Dan blijkt, dat wij in genade geredden
zijn. Paulus kon in zijn brief schrijven:

hetzij wij waken, hetzij wij dommelen,
gelijktijdig tezamen met Hem leven
                     1 Thessalonicenzen 5:10

Die redding is óók door onze Heer Je-
zus Christus,
en niet door iets dat van
ons verwacht zou worden.

‘Ja, wat is dat geweldig he.’

We staan -door Zijn genade- in de ge-
nade van God. Niet uit werken blijft te
allen tijde voor ons als gemeenteleden
staan. Dat kan en zal nooit veranderen.
In Paulus’ dagen was dit genade- evan-
gelie een ware ommekeer. Religieuze
mensen konden dat niet verteren. In
Jeruzalem was in Handelingen 15 het
onderwerp, of men al dan niet besne-
den moest worden.

‘Dat was toen al gevoelig punt.’

Petrus kreeg ook het woord en zei:

maar wij geloven door de genade van
de Heer Jezus Christus, gered te wor-
den op dezelfde wijze als ook zij
                             Handelingen 15:11

Daarmee gaf Petrus antwoord aan de
sekte van de farizeeën, waarvan zelfs
degenen die tot geloof waren gekom-
en, zeggen dat de gelovigen uit de na-
tiën besneden moeten worden en de
wet van Mozes moeten houden (Han-
delingen 15:5).

Woord vandaag

28 april 2020

‘God werkt door.’

God is steeds bezig, via Zijn instrumen-
ten, Zijn voornemen uit te werken. Te
beginnen met de belangrijkste: Zijn ge-
liefde Zoon. Verder via mensen die Hij
riep, zoals Noach, Abraham, Jozef, Mo-
zes en Aäron, profeten, Paulus. Maar
ook via groepen, zoals Zijn volk Israël,
de uitgeroepen gemeente: lichaam van
Christus. Zolang we beseffen, dat God
het is, Die werkt
, bewaart ons dat.

‘Waarvoor?’

Snel kan de gedachte bij ons mensen
insluipen, dat er iets van onszelf bij is.
Oftewel, menselijke trots. De geschie-
denis uit Tenach van Abel en Kaïn on-
derwijst ons een belangrijke les. Jah-
weh
(Ik ben) sloeg acht op Abels offer
en dat van Kaïn niet. Hoogstwaarschijn-
lijk doordat Jahweh Zelf Abels offer aan-
stak en dat van Kaïn niet. De waarheid
ervan ligt niet zo ver weg.

‘Geen religie, geen eigen werk?’

Zeker. Dat zit al in de betekenis van de
namen; Kaïn betekent verkregen, dat
zei Eva bij zijn geboorte (Genesis 4:1):

Ik verkrijg een man, Jahweh!

De naam Abel echter, betekent ijdel,
leeg,
en wijst op het vruchteloze van
menselijke inspanningen. Hij was her-
der terwijl Kaïn de aardbodem diende.
Kaïn offerde van het werk van zijn han-
den; Abel gaf van de eerstgeborenen
van het vee, en hun vet. Dit alles leert
ons het totaal ontoereikende, vruchte-
loze, van werk van mensenhanden en
de alles bewerkende kracht van God
.

Woord vandaag

27 april 2020

‘De zonde was voorzien.’

En daarvoor was voorzien in de oplos-
sing van dat zonde-probleem. Het Lam
van God was tevoren gekend, vóór de
neerwerping van de wereld, schrijft Pe-
trus (1 Petrus 1:19,20). Voor God komt
de zonde niet plotseling als iets dat Hij
niet verwachtte. Daarom gaat bij God
niets mis. Al wat Hij onderneemt, lukt.
Zo is Hij ook in u, jou en mij begonnen.
En dat maakt Hij af ook.

‘Wat goed om dat te beseffen.’

Paulus spreekt daarvan in Filippenzen:

…hiervan overtuigd, dat Hij, Die onder
jullie een goed werk onderneemt, het
voltooien zal tot aan de dag van Jezus
Christus
                       Filippenzen 1:6

Dat zouden wij niet vergeten. Maar, in
de praktijk vergeten we dit weleens.
Het geweldige is dat God niets vergeet.
Dat is die grote, betrouwbare God en
Vader,
Die alles in Zijn hand heeft.

‘Heerlijk, die rust daarin.’

En dan kun je het heel druk hebben, el-
ke dag weer, maar je leeft uit die rust
en zekerheid. Niets kan je scheiden van
Zijn liefde in Christus Jezus. Wat betreft
onze wil en ons werk lezen we verder:

werkt je eigen redding met vrees en be-
ven uit, want God is het, Die in jullie zo-
wel het willen als het werken voor Zijn
welbehagen bewerkt
                         Filippenzen 2:12b, 13

Daar kun je niet omheen. God werkt.  

Woord vandaag

26 april 2020

‘Op weg naar kan moeilijk zijn.’

De lange weg die Adam en Eva gingen
na hun zondigen was bezaaid met dis-
tels en doorns, stekeligheden. De zoon
Abel werd smadelijk omgebracht door
broer Kaïn. Dat bracht veel lijden, ver-
driet met zich mee. Abel, zijn naam lijkt
op het woord dat in Prediker met ‘ijdel’,
‘leeg’, ‘vluchtig’ weergegeven is. Zijn le-
ven duurde veel korter dan dat van zijn
ouders of zijn broers.

‘Het leek vruchteloos.’

Dat is ook zo bij de inspanningen van
mensenhanden: vruchteloos. Religie
van Kaïn was, dat hij van zijn eigen in-
spanningen aan Jahweh offerde. Dat
werd niet aangenomen, het was op-
brengst van het land. Bij Abel was het
anders. Die bracht van de eerstgebo-
renen van zijn kleinvee, en van hun
vet
, offers aan God. Hij gaf het beste
van de dieren.

‘Dat was wat God wilde.’

Want het was een verwijzing naar die
grote Eerstgeborene. Hij kwam later,
als het Lam van God, dat de zonde van
de wereld wegdraagt (Johannes 1:29).
Hij zou intens lijden, om de wil van Zijn
Vader te doen. En om alles overstijgen-
de heerlijkheid te brengen aan heel de
schepping. Dat zal iedereen veel meer
dan verbaasd doen staan. In Christus
zijn wij deel van de nieuwe schepping!