9 oktober 2019
‘Gods hand in de geschiedenis.’
Het is opdat wij door de volharding en
vertroosting van de Schriften, de ver-
wachting hebben. Zo zegt Romeinen
dat. Als het gaat om de verlossing van
het volk Israël uit Egypte, dan lees je:
Want de Schrift zegt tot Farao, dat:
hiertoe heb Ik jou verwekt, zodat Ik in
jou Mijn kracht zou tonen en zodat
Mijn Naam in heel de aarde verkon-
digd zou worden
Exodus 9:16; Romeinen 9:17
En Paulus trekt de conclusie:
dus Hij is barmhartig over wie Hij wil,
en Hij verhardt wie Hij wil
Romeinen 9:18
‘Dat is om goed mee te nemen.’
Paulus schrijft nergens, dat God diege-
ne verhardt die zich eerst verhardde.
En in de geschiedenis van de verlossing
van Israël werkte God in het hart van
de Farao tegen Zijn geopenbaarde wil.
En dat is wel overeenkomstig Zijn raad
en bedoeling. Niemand kan Zijn verbor-
gen bedoeling weerstaan. Uiteindelijk
was de bedoeling, dat Gods Naam ver-
heerlijkt zou worden. En dat gebeurde.
‘Wat lezen we nog meer?’
Bijvoorbeeld over de toekomst als het
volk het koninkrijk zal binnengaan. De
mensen lezen soms een voorwaarde in
de tekst, alsof Israël zich eerst moet be-
keren en God pas dan Zijn zegen zal ge-
ven. Het gaat om Deuteronomium:
Jahweh jullie Elohim/God zal jullie hart
en het hart van jullie zaad besnijden om
Jahweh jullie Elohim lief te hebben met
heel jullie hart en heel jullie ziel opdat
jullie in leven zullen blijven
Deuteronomium 30:6
Dit spreekt van Jahweh Die goed doet
in en voor Zijn volk. Zonder Zijn inwer-
king konden ze zich niet tot Hem beke-
ren. Dat geldt ook de volkeren na hen.