Woord vandaag

‘Duidelijk wat gisteren naar voren kwam.’

Het blijft wat mij betreft toch voor een gelovige een vreemde opmerking
als het gaat om 
de hemelse bediening: ‘ik kan er niks mee’. Dat is het om-
draaien van hoe het is. Als je dat 
als gelovige zo zegt, dan stel je eigenlijk dat
God je iets onmogelijks geeft. Het criterium
voor een gelovige is niet ‘of je er
wel of niet wat mee kunt’. Het gaat erom dat een gelovige 
zich naar Zijn woord
ootmoedig opstelt. En als uit dat Woord blijkt, dat er voor jouw als lid 
van het
lichaam van Christus een hemelse bediening is weggelegd, dan past allereerst
ver
wondering en dankbaarheid. Als je je dan afvraagt wat voor praktische con-
sequenties dat 
voor jou heeft, dan is het zaak de brieven Efeziërs, Filippenzen
en Kolossenzen eens grondig 
te bestuderen en de Bijbelstudies erover na te luis-
teren. Terwijl je bidt of God je duidelijk
wil maken hoe die gevolgen voor jouw
dagelijks leven er uitzien.

‘Het is feitelijk een uiting van ongeloof als je zegt ‘dat je er niets mee kunt’?’

Misschien wel ja, het is in elk geval een recalcitrante houding ten opzichte van
wat  
God geeft. Jij als gelovige bent niet het ijkpunt om te bepalen of iets dat uit
Zijn
woord naar voren komt goed of niet goed is. De enorme heerlijkheid van de
hemelse
bediening van het lichaam van Christus is niet iets om door de gelovige
beoordeeld te
worden of het wel of niet praktisch is, of dat je er wel of niet iets
mee kunt. Het gaat om  
geloof in de uitspraken van God en op basis van dat
geloof in geloof handelen. Abraham
en Sarah waren hun hele leven ‘vreemdelin-
gen en bijwoners’, want zij verwachtten de
vervulling van Gods beloften en ke-
ken uit naar de stad met fundamenten. Daardoor
voelden zij zich niet meer thuis
in de huidige wereld. Dat is bij ons ook zo.

‘Fijn, ja het wordt me steeds duidelijker.’

Wij verwachten natuurlijk niet de stad met fundamenten voor onszelf, wij weten
uit 
Zijn woord dat die stad er gaat komen, maar dat is niet de kern van onze ver-
wachting. 
Wij verwachten bij de bazuin van God weggerukt te worden door Hem
en Hem daarna 
te ontmoeten in de lucht. Dan zullen wij altijd zo met Hem samen
zijn. Na de bema
begint onze hemelse bediening, die zo’n twee eonen duurt en een
geweldige impact, 
uitwerking gaat hebben in heel de schepping. De gemeente die
Zijn lichaam is heeft een
unieke toekomst en een geweldige functie tot in alle uit-
hoeken van heel de schepping.
Voor de hemelingen, maar zelfs ook voor Israël en
heel de mensheid!

Woord vandaag

‘Het blijft voor heel wat gelovigen wat moeilijk, die hemelse bediening.’

Ja, je hoort soms van gelovigen die daarvan horen de veelzeggende opmerking:
‘ik kan er niks mee’. Ze bedoelen dan kennelijk dat het niet praktisch is, omdat zij
hier en nu vandaag leven. En willen graag handvatten hoe zij kunnen leven, hoe
zij hun kinderen moeten opvoeden et cetera. Dan vinden zij een hemelse bediening
van het lichaam van Christus iets ‘waar zij niets mee kunnen’.

‘Ja dat soort dingen hoor je weleens’.

Het punt is, dat de Schrift geen boek is vol met praktische tips hoe je je kinderen
moet opvoeden. Er staan natuurlijk diverse aanwijzingen in die met de kinderen te
maken hebben, maar dat zijn geestelijke aanwijzingen, dat bijvoorbeeld de leden
van het volk Israël hun 
kinderen moesten bijbrengen in welk volk zij geboren waren
en dat zij dus anders 
waren dan alle andere volkeren omdat zij bij Ieue horen. Dat
maakt alles anders. Dat 
zouden zij hun kinderen voortdurend bijbrengen (Deutero-
nomium 6 o.a.).
Maar er staat bijvoorbeeld niet in detail in als je kind dit-of-dat-doet wat jij dan als
ouder in die situatie moet doen. Daar is de Schrift helemaal niet voor bedoeld!

‘Ja , duidelijk, geldt ongeveer hetzelfde voor ons?’

Wij zijn uiteraard niet Israël, maar het lichaam van Christus. Wij hebben geen
aardse, 
maar een hemelse toekomst. Dat zouden wij onze kinderen bijbrengen,
want lid zijn 
van het lichaam van Christus betekent, dat je er geestelijk gezien
niet bij hoort, je bent 
daardoor wezenlijk anders dan de anderen, net zoals Israël
anders is dan de andere
volkeren. Paulus geeft –bijna merkwaardig genoeg- maar
spaarzaam korte aanwijzingen 
als het om kinderen opvoeden en grootbrengen gaat.
Ouders zijn in hun gedrag een 
voorbeeld voor de kinderen. Die kijken daarnaar en
zien hoe het evangelie werkt in hun 
leven. Elk kind is anders. Daarom alleen al kan
de Schrift nooit een ethisch handboek zijn 
hoe je je kind(eren) moet opvoeden. Maar
in het evangelie van Paulus zitten genoeg  
‘handvatten’ hoe je je als ouders opstelt.
De grote kernwoorden als liefde, verzoening en 
genade –hemelse, geestelijke princi-
pes dus- kun je toepassen in het gezinsleven!

Woord vandaag

‘Het is zo waar, dat je als gelovige door je dagelijkse dingen het zicht op de hemelse
toekomst en bediening kwijtraakt.’

Er is veel wat ons daarvan probeert af te houden: de wereld, het vlees en de tegen-
werker. Drie krachten waar de gelovige mee te maken heeft. Daarentegen is de wa-
penrusting van God effectief. Een soms ondergesneeuwd maar zeer wezenlijk onder-
deel van die wapenrusting is gebed. Paulus schrijft dat in Efeziërs 6:18.
‘Bij ieder gebed en iedere smeekbede biddend bij iedere gelegenheid (in de geest
daartoe ook waakzaam met alle vasthoudendheid…)’
Geestelijke waakzaamheid is verbonden met voortdurend gebed. Dan blijf je als ge-
lovige geestelijk alert en zul je de geweldige hemelse positie, toekomst en bediening
niet uit het oog (en hart) verliezen.

‘Ja die drie krachten willen ook graag je gebedsleven verstoren.’

Zeer zeker, de geestelijke mens zal altijd in het Woord blijven, vasthoudendheid in
gebed met waakzaamheid hebben. De geestelijke kracht daarvoor is in ons als ge-
lovigen aanwezig: de geest van God, de geest van Christus – verbonden met de geest
van de gelovige. Het levende blijft als wij in Zijn woord blijven en het evangelie van
de verlaten apostel als krachtbron lezen en bestuderen en geloven. Dat is de prakti-
sche uitwerking: het aardse wordt relatief, het hemelse geldt voor ons als leidraad
in ons leven. Wees bedacht op wat boven is, waar Christus is, zittend aan Gods rech-
ter(hand).

‘De tegenwerker doet er alles aan om ons daarvan af te houden.’

Hij is zelf te midden van de hemelingen en weet dat zijn tijd kort is. Als wij wegge-
rukt worden, is het een kwestie van tijd dat er oorlog in de hemel komt (Openba-
ring 12) en hij op aarde geworpen wordt. Dat zal een van de eerste grote stappen
zijn, die gezet worden in het hemelse bereik om het koninkrijk van de Zoon van
Zijn liefde daar te vestigen en uit te breiden! Dat doet Vader door de gemeente
die Zijn lichaam is, met Christus als Hoofd. Wat een toekomst! 

Woord vandaag

‘En wat zijn precies die strategieën van de tegenwerker en zijn trawanten?’

De waarheid van God en Zijn woord verdraaien door middel van verkeerde (menselijke)
conclusies over Zijn woord. Formuleringen van mensen in geloofsbelijdenissen in plaats
van de uitspraken van God zelf als uitgangspunt van geloof. Verdeeldheid zaaien door ge-
lovigen aan te zetten tot het stug vasthouden aan eigen inzicht in plaats van te buigen voor
het Woord zelf. Door laster gelovigen willen beschadigen. Gelovigen aanzetten tot onder-
linge roddel. Tradities naast het woord van God doen ontwikkelen waardoor het Woord
in de praktijk krachteloos wordt.

‘Dat is allemaal erg herkenbaar.’

Het is er allemaal op gericht, de eenheid van de geest in de praktijk onzichbaar te maken.
De satan is een van de grootste theologen, die erin geslaagd is op alle belangrijke punten
als het gaat om het evangelie van Paulus, verwarring te zaaien. Zodat er oeverloos gedis-
cussieerd wordt en er veel kostbare tijd verspild wordt. Gelovigen komen daar geen stap
verder mee. Eén van de belangrijkste ‘overwinningen’ is, dat talloze gelovigen aards gezind
zijn doordat hij met meestertrucs hun aandacht op de aarde en aardse dingen richt.

‘Ook dat zie je en je leest al in Paulus’ brieven daarover.’

Daarom was het voor Paulus al een voortdurende strijd, de geweldige waarheden van zijn
evangelie te blijven verkondigen. De hemelse roeping en toekomst van het lichaam van
Christus, het  Efeze-geheimenis, de wederzijdse verzoening van het al, allemaal geeste-
lijke waarheden die voordurend aandacht gegeven moeten worden omdat ze heel erg
snel op de achtergrond raken door vleselijke instelling van gelovigen en de voortdurende
geestelijke druk van de machten van de boosheid in de lucht. Daardoor raken gelovigen
snel het zicht kwijt, als ze al ooit hoorden van een hemels lotdeel en een hemelse toe-
komst. De wapenrusting van God is daarom nodig, anders zullen de vlammende pijlen
ons treffen en ons verlammen in geestelijk opzicht.
We hébben een geweldige roeping boven, laten we ons daar niet van afhouden door
wat dan ook; wees bedacht op wat boven is, waar Christus Jezus is! 

Woord vandaag

‘Heerlijk, hoe wij geborgen zijn in Zijn liefde.’

Wij beseffen er iets van, maar wij zullen versteld staan als wij straks boven zullen
zien en ervaren hoe groots de liefde van God is. Die zal door ons heen naar de heme-
lingen doorstromen, en ook die vijandige machten en krachten zullen hun knieën
gaan buigen (figuurlijk gesproken) voor Christus Jezus. Hij zet Zijn lichaam in, boven,
waar Hij nu zelf is aan de rechter(hand) van de Vader. Die plaats hebben wij in feite
in genade al ontvangen, gezamenlijk met Hem. Van Hem en Zijn lichaam zal het evan-
gelie van de heerlijkheid van Christus uitgaan naar de uitersten van Zijn schepping.

‘En wij zijn nu al degenen naar wie de hemelse machten kijken?’

Paulus schrijft in 1 Corinthiërs 4:9, dat wij een schouwspel (theater) zijn voor de
wereld, voor boodschappers en voor mensen. Dat gold toen strikt genomen voor
de apostel en zijn medewerkers, maar ook voor de leden van het lichaam van
Christus. Veel kon hij daarover niet kwijt bij de Corinthiërs. Juist in Efeziërs onthult
Vader daar meer over. In 6:11,12 gaat het over ‘de strategieën van de Tegenwerker’,
dat wij standhouden ‘tegen de soevereiniteiten, tegen de gevolmachtigden, tegen
de wereldmachten van deze duisternis, tegen de geestelijke machten van de boos-
heid te midden van de hemelingen’.

‘Nou, dat is nogal wat.’

Ja, en in 6:16 spreekt Hij over ‘alle vlammende pijlen van de boze’. Je ziet dus
hoe enorm het verzet is van die machten die genoemd worden tegen het li-
chaam van Christus. Grote aanvallen –geestelijke- worden gedaan op Zijn hei-
ligen, net zoals grote aanvallen worden gedaan op aarde op het volk Israël.
Zij hebben een letterlijke uitrusting, wapentuig om zich te verdedigen tegen
de vijanden die hen omringen, wij hebben de wapenrusting van God, geeste-
lijk, die je niet kunt waarnemen met je oren en ogen. Die hebben wij nodig
tegen de geestelijke vijanden die ons omringen in het geestelijk bereik.

‘Wij hebben dus net zo hard verdedigingsmiddelen nodig als Israël’

Je ziet, dat alle vijandige geestelijke machten zich keren tegen Gods instru-
menten, die ingezet worden om het rijk van de tegenwerker af te breken
en Gods liefde te doen overwinnen. Als het om het lichaam van Christus
gaat, doet de satan zich nu voor als boodschapper van het licht, terwijl hij
verduistert. Vooral als het gaat om het evangelie van Paulus is hij bijzonder
actief dat te verhinderen, te dwarsbomen. Daarom hebben wij geestelijk
inzicht door de brieven van de apostel nodig om deze strategieën te door-
zien en zo effectief in de praktijk de aanvallen te weerstaan!