‘Goed om zo de verschillen te zien tussen Zijn bediening op
aarde en die in hemel.’
De tegenwerker is er helemaal in geslaagd de focus van de mees-
te gelovigen op de aarde te richten. En dus ook op Zijn bediening
op aarde. Dit verhindert het zicht op de hemelse heerlijkheid van
Hem, die ons leven is. Je ziet waarom Paulus in 2 Corinthiërs 4 zegt,
dat de god van deze eon de mensen verblindt, zodat zij Hem niet
als verheerlijkt zien. De kracht die Hem op de troon van het univer-
sum zette is bijzonder groot.
‘Die kracht werkt dus ook in ons.’
Wij hebben deze kracht nodig tot alle volharding en geduld met
vreugde (Kolossenzen 1:9-11) in ons geloof. Ons geloof is dan ook
in Christus Jezus en niet in Jezus Christus. Deze kracht voor en in
ons is groter dan die voor de Besnijdenis. Zo is ook onze verbinding
met Christus nauwer en dieper dan de Besnijdenis. Zij zijn de bruid
straks en wij zijn Zijn lichaam nu. Het lichaam is voor de man iets
dat hem het meest nabij is. In tegenstelling daarmee is Israëls
relatie met Ieue een die wisselvallig is: verkoeling, verwerping,
echtscheiding, hereniging.
‘Als je het zo bekijkt is dat een grote tegenstelling.’
Omdat men daar in de christenheid niet zeker van is, er zijn zoveel
opvattingen, is men voortdurend in de war. Dat maakt onzeker en
brengt ook angst teweeg. Onderscheidend lezen maakt duidelijk
hoe het zit. Paulus accepteren als wat hij is: apostel, leraar van de
natiën in kennis en waarheid.
Paulus zegt in Efeziërs 1:22, dat Christus Jezus gegeven is als Hoofd
aan het lichaam, en dat houdt in dat Hij Zijn (op-)hemels Hoofd-zijn
uitvoeren zal door de gemeente die Zijn lichaam is. Hij zal samen
met ons de hemelen regeren en de hemelingen tot onderschikking
brengen!