Woord vandaag

‘Ook vandaag leven wij in genade die God geeft!’

Ja, zo is het elke dag weer. Wat geweldig is dat, te leven
onder die machtige liefdevolle hand van onze God en
Vader. Dat geeft rust in je hart. Als je gedachten met je
op de loop gaan, is dit een geweldige verzekering:

‘Wij dan, gerechtvaardigd uit het geloof, hebben vrede bij
God, door onze Heer Jezus Christus.’


En dan wandel je, als je verder leest, dat geweldige hoofd-
stuk van de vrede binnen. Want niet alleen dit is zo, maar
wij hebben door Hem ook de toeleiding tot in deze genade
waarin wij staan en wij roemen in de verwachting van
de heerlijkheid van God.

‘Heerlijk toch, dat wij dit telkens weer beseffen en voor ogen
hebben en in ons hart meedragen.’

Bijzonder, er wordt maar weinig gepredikt uit Romeinen 5.
En misschien weten de predikers wel weg in vers 1-11, maar
vers 12-21 levert teveel problemen op, omdat dat gedeelte
botst met de gangbare kerkelijke en evangelische leer van de
eeuwige verlorenheid van de zondaar die ongelovig sterft.
Die kerken en groepen zouden eens een paar jaar niet de 52
zondagen uit de catechismus moeten behandelen, maar pre-
dikanten zouden de leerdiensten ’s middags aan de hand van
het boek (van wijlen ds. Jan Bonda): Het ene doel van God
aan Romeinen moeten besteden.

‘Na verloop van tijd lopen ze vast in Romeinen 5!’

Misschien al eerder, als ze echt de genade die in Romeinen
naar voren komt, gaan prediken. Overigens denk ik, dat na
verloop van de tijd de middagdiensten beter bezocht zullen
worden dan de ochtenddiensten -mits de dominee écht Ro-
meinen aan het woord laat! Want het wonderlijke is: het
woord trekt mensen, waar echt voedsel is, komen gelovigen
op af. Daarom dromden de mensen rondom Jezus en zagen
de schriftgeleerden en de farizeeën hun gehoor slinken.

Want de mensen stonden versteld over Zijn leer; zo zullen
zij ook versteld staan, als in kerk en vrije groep écht Ro-
meinen gepredikt wordt!

Woord vandaag

‘We zijn erg ver gekomen in het boek Daniël, die loop-
baan van de koning van het noorden boeit!’

Het blijft een heel bijzonder boek, dat Daniël. Met name dat
11e hoofdstuk over deze koning, van wie we aannemen dat hij
de wetteloze uit 2 Thessalonicenzen 2 is, wordt maar weinig
besproken in allerlei bijbelstudies. Het is ook een lastig hoofd-
stuk omdat er een deel nog toekomst is. Het zal pas blijken als
die dingen gebeuren, hoe het zit, wie die koning is. Maar: we
zitten qua tijd er niet heel ver meer van af!

‘Ja, en het boek Openbaring is voor velen een moeilijk te begrij-
pen boek.’

Ja, en we zagen gisteravond ook iets uit de hoofdstukken 13 en 17.
De eindtijd voor het volk Israël zal inhouden, dat er een beest uit
de (volkeren)zee oprijst met zeven koppen en tien hoorns. Dat zal
de laatste grote wereldmacht zijn, en die zal Israël bedreigen en zelfs
zal de wetteloze het lukken dat kleine volk van God te overwinnen.
Maar uit eindelijke weten wij de uitkomst uit de Schrift: de Heer
Jezus Christus zal zelf komen de wetteloze overwinnen. Zo schrijft
de apostel dat en zo zal het zijn!

‘En andere profeten spreken daar ook van!’

Zeker, we zijn uitermate geboeid door wat ook andere profeten heb-
ben gezien en geschreven. Gisteravond hebben wij uit Jesaja 66 en 63
gelezen en daarin staan ook opvallende zaken, die onze aandacht heb-
ben gevraagd en vragen. Eigenlijk nauwelijks te bevatten, dat wij zo
uit Zijn woord nog toekomende gebeurtenissen geschreven zien staan,
en dat geldt ook voor Gods uiteindelijke doel, namelijk dat Hij uitein-
delijk alles in allen zal zijn!

Woord vandaag

‘Heel mooi wat we gisteren bespraken over Gods einddoel
met alles.’

Maar, zullen sommigen zeggen, is dat niet te theoretisch?
Het gaat toch om hier en nu, de praktijk van elke dag? Het
is toch een boodschap waar je mee moet kunnen leven?
Het antwoord is, dat het wellicht ver weg lijkt, maar dat het
grote praktische consequenties heeft. Het einddoel van God
kennen betekent: weten wie God is, dat Hij alles op Zijn
plaats zet en terechtbrengt.’

‘We zien wel, dat Hij heel anders is dan de meesten denken.’

Hij is liefde, en dat blijkt in alles wat Hij doet. We gaan beter
beseffen, dat hij al onze onze familieleden naar het vlees redt,

ook al geloven zij nu, vandaag, niet. Dat verandert onze hou-
ding en maakt ons milder en zachtmoediger naar hen toe en
naar alle mensen toe. De geest van God is het, die vrucht zet
in ons leven en liefde doet groeien in ons. Dat die liefde zó
groot is, dat uiteindelijk alle mensen gered worden, is voor
ons nu wellicht onbegrijpelijk, maar we kijken met andere ogen
naar al die andere mensen.

‘Ja, zo wordt het me duidelijker, dat de boodschap van Gods
liefde voor alles en iedereen heel praktisch uitwerkt!’

En het gaat wel ver, want wij gaan steeds meer beseffen, dat die
grote God, die liefde is, alles bewerkt in overeenstemming met
de raad van Zijn wil. Dan is er niets meer wat buiten Hem om
gebeurt; dan blijkt, dat Hij de harten van alle mensen vormt
(zoals de Psalmist zegt) en dat elke gebeurtenis zo moet zijn, om-
dat Gods bedoeling er achter zit. Dat zien wij vaak pas achteraf,
maar het is waar: God doet alles samenwerken ten goede voor hen
die God liefhebben en naar Zijn voornemen geroepenen zijn!

Woord vandaag

‘Het was heel fijn om weer Romeinen 8 te horen.’

Dat is puur het evangelie van genade. Er bestaat geen
enkele mogelijkheid van veroordeling meer voor hen
die in Christus Jezus zijn. Zij zijn volledig opgenomen
in en doordrenkt van Gods liefde. Die zal uiteindelijk
eenieder weten te bereiken. Ook de harten die nu ver
weg van Hem zijn.

‘En dus ook diegenen die nu fel vijandig tegen Hem zijn.’

Ook die zullen overwonnen worden door Zijn liefde. Zij
gaan beseffen voor de grote witte troon, dat, ondanks al
hun daden die daar aan de orde komen, zij nochtans door
God geliefd zijn. Daar kunnen zij niet tegenop. Voordat
zij in aanbidding aan de voeten van Christus zullen liggen,
gaan zij eerst de tweede dood in. Om kwijt te raken wie zij
in zichzelf zijn. Na een lange periode waarin zij van niets

weten en zich niets bewust zijn, worden zij levendgemaakt
uit de tweede dood en ontvangen zij onsterfelijkheid!

‘Jaa, wat is dat geweldig he, dat ook al die ongelovigen er
eens weer zullen zijn!’

En zij zijn dan geen ongelovigen meer. Allen zullen dan ver-
zoend met God zijn en gered in genade. Alles zal dan licht,
leven en liefde zijn. Alles doordrongen van Gods liefde. Ah
wat een eeuwigheid zal dat zijn! Nooit meer zonde, nooit
meer kwaad, nooit meer duisternis. Heerlijkheid! Alles is dan
volledig tot eer van God, de Vader. Uit Hem is dat alles voort-
gekomen en tot Hem is dan alles weer teruggekeerd.

‘Fantastisch! Dat wij zo’n God mogen kennen en belijden!’

Als je dit alles goed tot je door laat dringen, gaat het je duize-
len, want je kunt niet narekenen hoe groot Hij, God, is. In
Zijn geliefde Zoon zien wij wie de Vader is. En uiteindelijk
zal het hele heelal juichen en Hem aanbidden en in Hem de
Vader, die ons nu -vandaag- onuitsprekelijk liefheeft!

Woord vandaag

‘We kennen de boodschap al jaren, maar het lijkt wel, of het
nog geweldiger is dan toen.’

Je gaat het steeds dieper beseffen wat het werkelijk betekent.
Je besefte nog niet de diepte van dit unieke goede nieuws. En
wat we in Romeinen 8 ook lezen, na de rechtvaardiging klinkt,
dat wij verheerlijkt zullen worden. Net zo zeker als de eerste
vier aspecten, zal de verheerlijking van de zonen van God -dat
zijn wij- gaan plaatsvinden. De schepping wacht daarop.

‘Wij zijn de zonen van God, die geopenbaard zullen worden!’

Nauwelijks te bevatten. Grote heerlijkheid wacht ons en daar-
door uiteindelijk heel de schepping. God heeft dat niet voor
niets geschapen! De gemeente die het lichaam van Christus is
zal een essentiële plaats hebben in de verdere afwikkeling van
Gods voornemen van de eonen. De heerlijkheid, die aan dat
lichaam is toebedacht door God, overtreft al het andere.

‘Ja, wij zijn het, die Christus Jezus compleet maken.’

Als je daarover nadenkt, kom je vanzelf in verdere verwonde-
ring, want na de heerlijke genade die in Romeinen al klinkt,
gaat het in Efeziërs nóg verder en dieper, want daarin wordt
onthuld, dat wij het complement van de Christus zijn. Dat is

een duizelingwekkende heerlijkheid, licht! Wij horen bij Hem
als een twee-eenheid. Daarom zullen wij de hoogste plaats heb-
ben in de verder redding van heel Gods schepping, de zicht-
bare en de onzichtbare schepselen. Wonderlijk he!