Woord vandaag

‘Maak jij je nooit zorgen? Ik wel. Als ik kijk naar de toestand in
de wereld en in mijn eigen leven, maak ik me zorgen.’

En? Wat kun je daarmee dan doen volgens de Bijbel?’

Nou ja, ik weet dat Petrus ergens zegt dat ik mijn zorgen op Hem, op
de Heer kan werpen.’

Ja, dat zegt Petrus in 1 Petrus 5:5-7 :

Evenzo gij, jongeren, onderwerp je aan de oudsten.
Omgordt jullie allen jegens elkander met nederigheid, want
God weerstaat de hoogmoedigen, maar de nederigen geeft Hij genade.

Verneder je dan onder de machtige hand van God, opdat Hij jullie
verhoogt te Zijner tijd.
Gooi heel je zorg op Hem, want Hij zorgt voor jullie.

Dit zijn goede woorden van de apostel van de besnijdenis, Petrus.
Het is bijzonder dat er staat, dat je heel je zorg op Hem kan gooien.
Dan is het van je af. Geweldig. Dat waar je steeds aan moet denken
en het houdt je zo bezig, het belast je. Je gooit het op Hem, zoals de
discipelen in Lucas 19:25 hun klederen op het lastdier gooiden.

‘Dat is maar mooi makkelijk! Anderen moeten wel de last dragen.’

Voor de gelovige is het: ..’want Hij zorgt voor je’.
Hij geeft je wat nodig is en Hij zal voor je zorgen.

‘Eigenlijk ervaar ik een enorme verlichting nu ik dat deed! Hij zorgt!’

Woord vandaag

‘Er komt nog een verschil naar voren als je naar 1 Johannes 3:2 kijkt.’

Geliefden, nu zijn wij kinderen Gods en het is nog niet geopenbaard,
wat wij zijn zullen; (maar) wij weten, dat, als Hij zal geopenbaard zijn,
wij Hem gelijk zullen wezen; want wij zullen Hem zien, gelijk Hij is.

We zijn ons ervan bewust, dat het hier om de gelovigen uit de besnijdenis
gaat; die verwachten Hem bij Zijn terugkeer op aarde. Dan zullen zij Hem
zien zoals Hij is; de zoon van Adam (de zoon des mensen). Zij zullen als
Hem
zijn. Dit is een andere heerlijkheid (vooralsnog) dan die de leden van
het lichaam van Christus wacht!

‘Wat is dan het verschil?
Wacht het lichaam van Christus hemelse heerlijkheid?’

Wanneer Christus, ons leven, openbaar gemaakt wordt, zullen ook
jullie met Hem openbaar gemaakt worden in heerlijkheid.

Deze fijne woorden uit Kolossenzen 3:4 spreken van onze toekomst.
Het is voor de leden van het lichaam van Christus een gezamenlijk met
(Grieks: sun) Hem
openbaar gemaakt worden in heerlijkheid.
Dit spreekt van een verbondenheid die nauwer is dan die van de zonen
van Israël op aarde. Dit is voor Zijn lichaam de openbaarmaking in
heerlijkheid! Denk aan de uitstraling van licht toen Hij Saulus
ontmoette op weg naar Damascus. Saulus was er drie dagen blind van.

‘Dat moet een enorme licht uitstraling in de schepping zijn!’

Ja, en bedenk daarbij hoeveel genade de Heer aan Saulus betoonde.
Het licht dat Hij uitstraalde op Saulus was tegelijk een beeld van de
genade die Hij aan Saulus schonk. Wat is dat toch geweldig he.

Dan zullen wij, als leden van Zijn (gezamenlijk) lichaam net zoveel
licht gaan uitstralen als Hij zelf, en dat betekent dat wij die grandioze
genade gaan tonen aan de hemelse machten en krachten (Efeziërs 2:6,7)!

Woord vandaag

‘Bij de gelovigen uit Israël wordt gezegd dat het nog niet helemaal
duidelijk is wat zij zullen zijn.’

In 1 Johannes 3:2 staat daar iets over. Laten we er naar kijken:

Geliefden, nu zijn wij kinderen Gods en het is nog niet geopenbaard,
wat wij zijn zullen; (maar) wij weten, dat, als Hij zal geopenbaard zijn,
wij Hem gelijk zullen zijn; want wij zullen Hem zien, gelijk Hij is.

‘Hieruit blijkt, dat het niet helder is wat de gelovige van de besnijdenis zal
zijn, vooral de heerlijkheid die ontvangen zal worden.’

Voor de gelovige in Christus Jezus gaat het van heerlijkheid tot heerlijkheid.
Paulus maakte een toenemende heerlijkheid bekend, die door de gelovige
in Christus Jezus gezien wordt. Je hebt het in Hem alles al ontvangen! Het is
slechts een kwestie van tijd, dat het ook zichtbaar wordt. De heerlijkheid die
in en door het lichaam van Christus zichtbaar zal worden, zal groter zijn dan
de heerlijkheid die de besnijdenis en de volkeren ontvangen in de komende
eonen.

‘Langzaam maar zeker begin je iets te beseffen van de grote rijkdom die wij
in Christus Jezus ontvangen hebben.’

Het zal al onze verwachtingen vér overtreffen als wij na de bazuin de Heer
ontmoeten in de lucht. Daar kijken we met groot verlangen naar uit!

Woord vandaag

‘Nu komt het volgende punt aan de orde. Er is genade beloofd aan Israël
in 1 Petrus 1:13 voor in de toekomst bij de openbaring van Jezus Christus.’

Er staat in 1 Petrus 1:13 :

Omgordt dus de lendenen van uw verstand, weest nuchter, en vestigt uw
hoop volkomen op de genade, die u gebracht wordt door de openbaring
van Jezus Christus.

Het is een toekomstverwachting voor Israël, als de Messias Jezus komt.
Dan zal Israël in de verlossing en de wedergeboorte grote zegen en genade
van Hem ontvangen. Het overgrote deel van de voor hen bestemde genade
moeten zij nog ontvangen.

‘Maar hoe is het dan bij het lichaam van Christus? Kun je uit de brieven van
Paulus iets opmaken over de genade die ontvangen zal worden?’

Paulus schrijft er zo over, dat al de genade in Christus Jezus al ontvangen is.
In Romeinen 5:2 wordt gezegd, dat de gelovige staat in de genade:

Wij dan, gerechtvaardigd uit het geloof, hebben vrede met God door onze
Heer Jezus Christus, door wie wij ook de toegang hebben verkregen in het
geloof tot deze genade, waarin wij staan, en roemen in de verwachting op
de heerlijkheid van God.

Het betreft een groot verschil met de besnijdenis, die de genade vooral
toekomstig zien, en de gelovige in Christus Jezus staat nu, vandaag in de
genade en de vrijheid. Dat geeft een vreugde en een zekerheid, die ongekend
is. De heerlijkheid van Gods genade, die aan de gelovige van het lichaam van
Christus geschonken is, is veel groter dan die aan de besnijdenis gegeven is!

 

Woord vandaag

‘We gaan nu kijken naar Efeziërs 4:30-32?’

Dat had zeker gekund, maar laten we nu eens Kolossenzen 3 opslaan,
vers 13:

Verdraagt elkaar en schenkt elkaar genade, indien de een tegen de ander
een grief heeft; zoals ook de Heer jullie genade schenkt, zo ook jullie

Vooral in de tweede regel zegt de apostel, dat de volgorde is: je ontvangt van
de Heer genade, en schenkt elkaar dan genade. Het een is het gevolg van het
ander. Dat is dus net andersom dan we gisteren zagen.

‘Paulus gebruikt ook een ander woord. Genade schenken is iets anders dan
vergeven?’

Ja, bij elkaar genade schenken, gaat zoiets vanzelf en op voorhand. Je komt er
daarna ook niet meer terug, in de kern kán dat ook niet. Eens genade geschon-
ken, altijd genade geschonken! Zo gaat de Heer met ons om, en dat geven we
door aan elkaar! Geweldig he!