Woord vandaag

‘Fijn, dat wij nu in de genadetijd leven. Gods genade is het
grote principe voor vandaag, toch?’

Jawel, we leven onder de overstromende genade van God.
Zoals Romeinen 5:20,21 dat zegt: ‘waar de zonde toeneemt,
is de genade veel meer overvloedig’. Geen enkele andere
schrijver van de Schrift zegt zoiets. Het is louter een onthul-
ling, die Christus geeft in de blijde boodschap voor deze tijd.
Als deze genadetijd voorbij is, zullen de gerichten van God
over de aarde gaan.

‘Ja, de genadetijd eindigt met de wegrukking van het lichaam
van Christus.’

Exact. Dan begint de tijd van het gericht en dat begint volgens
Petrus bij het huis van God. Dat is: Israël. Eerst komt God met
Zijn eigen volk in het gericht en daarna met de volkeren. Dat
is de volgorde in het bijbelboek Openbaring van Jezus Christus.
Bij de Heer hoorde je al van ‘het aangename jaar van de Heer’
terwijl Hij in de synagoge las tot: ‘een dag van wraak van onze
God’, want die was toen nog niet aangebroken.

‘Zo zien we dat de Heer ook rekening houdt met de verschil-
lende
fasen en ontwikkelingen in Gods plan.’

God heeft Zijn eigen programma, dat Hij afwerkt. Een pro-
gramma voor heel de schepping, en dat kan Hij, omdat Hij
zelf de Schepper is. Niemand die dat tegenhoudt. Ook het
woeden van de volkeren in de eindtijd niet. Psalm 2 is daar
erg duidelijk over. God lacht erom. Al die kleine mensjes,
die zich erg druk maken en erg druk doen, vooral; het bete-
kent eigenlijk niet zoveel. Het laat we zien hoe ver de mens
wil gaan in zijn opstand tegen God, die liefde is. En Zijn lief-
de zal het uiteindelijk de mens overvleugelen en leiden naar
Zijn hart.

 

 

 

 

 

 

Woord vandaag

‘Het is zó belangrijk het verschil tussen Israël en de ge-
meente te zien!’

En tegelijk beseffen dat de roepingen verschillend zijn
bewaart
voor antisemitisme. De ekklesia die Zijn lichaam
is heeft een roeping boven, te midden van de hemelingen.
Israël heeft een roeping op aarde voor de volkeren, zij
zijn geroepen een licht voor de natiën te zijn. Dat zijn zij
nu niet, maar zullen dat in de toekomst zijn.

‘We worden overladen met Zijn genade in Christus Jezus!’

Ja mooi he, geen enkele veroordeling treft hen die in Chris-
tus Jezus zijn. Nu niet, morgen niet en straks bij de bema al
helemaal niet. Dus voor onze levenswandel vandaag geldt dit
machtige woord. Ongelooflijk he. We zijn zó bevoorrecht,
laten we dat niet van ons afnemen, maar God danken, dat wij
dit rekenen, juist als we beseffen dat we tekortschieten.

‘Als je zo rekent, blijft die vreugde in je hart en zing je lof-
liederen tot Zijn eer.’

Ja, met genade in je hart, tot God. Dat is wat Gods bevrijdende
kracht van Zijn genade bewerkt in je. Dan ervaar je iets van die
nieuwe schepping die je bent in Christus. Iets van de kracht van
Zijn opstanding. Dat kun je nooit zo ervaren zonder Zijn genade
en het diepe, geestelijke besef Zijn eigendom te zijn, waar je geen
enkele tegenprestatie voor hoeft neer te zetten.

Woord vandaag

‘De zevende bazuin is dus duidelijk een heel andere
dan de laatste bazuin van 1 Corinthiërs 15.’

Ja en dat zal blijken uit de volgende ‘geciteerd’, dat
binnenkort geplaatst wordt. De verschillen zijn gewoon
terug te voeren op de verschillende omstandigheden en
groepen die het betreft. Bij 1 Corinthiërs 15 gaat het om
het lichaam van Christus wanneer een bijzonder gehei-
menis onthuld wordt. Er staat: Hij zal bazuinen. Dat be-
tekent, dat de Heer zelf zal blazen.

‘Ja, bij Israël in Openbaring bazuint er steeds een bood-
schapper (engel).’

Dat komt, omdat er het in Openbaring om gerichten gaat,
en in Corinthiërs om een genade-moment. Omdat het om
Zijn lichaam gaat, wat Hem zo dierbaar is. En bij Israël
komt er eerst gericht en dan gaat het koninkrijk op aarde
voor hen aanbreken. Israël gaat door de grote verdrukking
op aarde, dat blijkt uit Daniël en Mattheüs 24:15. In die
gedeeltes draait het om het uitverkoren volk, en niet om
het lichaam van Christus.

‘Ja het kan ook niet anders, als je de Schriften bestudeert.’

Het is duidelijk, dat bij ‘de grote verdrukking’ steeds over
Israël wordt gesproken, bijvoorbeeld in Jeremia 30, waar
het gaat over ‘de benauwdheid van Jakob‘. De grote ver-
drukking, die
vindt plaats in de tweede helft van de 70e
jaarweek van Daniël 9:24-27. En die jaarweken waren be-
stemd voor ‘uw volk en uw heilige stad’, daar valt de ge-
meente die het lichaam van Christus is, helemaal buiten.

‘Is duidelijk zo. De gemeente kan nooit door de grote ver-
drukking gaan, steeds gaat het dan om Israël.’

De grote verzoendag was op Golgotha. De leden van het
lichaam van Christus zijn al verzoend, zij hebben Hem,
de Verzoener al ontmoet en weten zich verzoend met
God en zijn nabij Zijn hart. Daarom zal Hij hen tot Zich
roepen vóór Hij met Israël in het gericht gaat, want de
grote verdrukking is de verontwaardiging (toorn) over
Jakob, en daarna redding als hun Messias Jezus Zijn
voeten op de Olijfberg zet!

 

 

 

 

Woord vandaag

‘He, wel fijn dat stukje in ‘geciteerd’ over de verschillen
in bazuinen.’

Ja, er bestaat oneindig veel verwarring over die bazuinen,
omdat men de tekstverbanden vergeet. In het ene gaat
het om waarheden voor het lichaam van Christus, in het
andere om Israël en de volkeren. Als Paulus in zijn brieven
spreekt over ‘bazuin’ en ‘bazuinen’, dan gebruikt hij een
bekend gegeven uit de inzettingen voor Israël. Als leraar
van de natiën spreekt hij tot het lichaam van Christus.

‘En uit Numeri 10:9 blijkt, dat het bazuingeschal ook moest
klinken bij een oorlog die Israël voerde.’

Ja, dus niet alleen bij de feesten van Jahweh. Maar bij Paulus
gaat het specifiek om Zijn (voor de wereld verborgen) komst
in de lucht voor het lichaam van Christus. Dan zullen wij
levenden veranderd worden bij de laatste bazuin(stoot) en
de doden niet voorgaan, zoals dat bij Israël wel het geval is
als zij het aardse koninkrijk binnentrekken. Dan zal pas later
de opstanding van de rechtvaardigen plaatsvinden.

‘En in 1 Thessalonicenzen 4 wordt juist gezegd dat wij alle
maal gezamenlijk tegelijk weggerukt worden van de aarde.’

In een volgend stukje ‘geciteerd’ zal het vervolg aan de
orde komen van wat broeder Knoch erover schreef. Dat is
erg verhelderend, zeldzaam nauwkeurig als hij was. Eigen-
lijk ken ik geen uitlegger die zó diepgaand en zó nauwgezet
te werk is gegaan. Zonder een mens op een voetstuk te wil-
len plaatsen, overigens. Maar gewoon het tekstverband te
volgen verduidelijkt veel. Eerst de directe tekstomgeving
en daarna wat er verderop in de brief/brieven staat.

‘Ja dat heeft voor mij veel duidelijkheid gebracht. Veel
‘studies’ plukken overal lukraak teksten weg.’

Precies. Men brengt ‘studies’ waarin men vooral het eigen
denkbeeld of de eigen theologie wil benadrukken. Of hun
eigen gedachten over wat de gelovigen moeten doen naar
voren brengen. Gelukkig hebben wij de mogelijkheid alles
te toetsen aan de Schrift zelf, wat er geschreven staat.
Dan blijven de brieven van dé apostel van de natiën over-
eind staan als dat wat mensen uitroept tot het lichaam van
Christus!

Woord vandaag

‘Petrus zegt ook iets over het verdraaien van de brieven van
zijn geliefde broeder Paulus.’

Ja, dat schrijft hij in 2 Petrus 3. Juist als het gaat om de dingen
van de laatste dagen en de eindtijd, verwijst hij naar de brieven
die zijn geliefde broeder schreef. Als het gaat om het wereldwijde
heil en hoe de laatste fasen van Gods plan verlopen, wijst hij
naar de leraar van de natiën, die schreef ‘met de hem gegeven
wijsheid’. En zoals sommigen erg graag naar Petrus willen luis-
teren (liever dan naar zijn geliefde broeder), zouden zij dat zeer
zeker hier in 2 Petrus 3 doen en de bladzijden met die brieven
waar Petrus naar verwijst, opslaan.

‘En de woorden laten staan zoals ze er staan en die nauwgezet
bestuderen.’

Zonder ze te verdraaien, want als men dat doet, slaat men de wijze
raad van Petrus in de wind (van hun eigen leer), tot hun eigen
schade. En ze laten zich tegelijkertijd gebruiken door de tegenwer-
ker, die maar al te graag gebruik maakt van hun spitsvondigheden
om de gelovigen in verwarring te brengen. Geen genade meer, de
werken moeten erbij komen anders ben je geen echte gelovige.
Geen geloof meer, maar geloof + werken, in weerwil van de krach-
tige uitspraken in de brieven van Paulus.

‘Ja maar zo houd je helemáál geen evangelie meer over!’

Precies. Als je echter de woorden van de brieven van de apostel
nauwgezet volgt, heb je een machtige boodschap, die zo doordrong-
en is van Gods genade, dat je er altijd een diepe vreugde van hebt.
Een diepe vreugde in je hart, die niemand je kan afnemen. Zodra
je er een boodschap van noodzakelijke werken aan toevoegt, wordt
die vreugde door dat zuurdeeg sterk verminderd, of glijdt uit je hart
weg. Galaten 4 en 5 spreken daarover. Laat dat evangelie van de gena-
de van Christus Jezus ons hart beheersen!