Woord vandaag

Vandaar mijn bereidwilligheid
ook aan jullie die in Rome zijn 
het evangelie te verkondigen.
              Romeinen 1:15

Hoewel de mensen aan wie de
apostel schrijft, gelovig waren,
hadden ze toch de brief nodig.
Zij geloofden kennelijk de Heer
Jezus, die als Messias van Israël 
een tragische dood stierf. Maar
als groot wonder uit de doden 
opgewekt was door Zijn Vader.
Dat hadden ze gehoord. Echter,
veel was nog onduidelijk. 
Paulus was bereidwillig om aan
hen het evangelie te brengen. 
Romeinen geeft ook het geheim 
van het evangelie 
aansluitend 
op het evangelie van God. Het 
laatste was (deels) bekend in 
Tenach; rechtvaardiging door 
geloof
. Dan zie je Abraham en 
Sarah; bij verzoening (en dat is:
het geheim van het evangelie) 
zie je Adam en Christus.

Woord vandaag

Zowel van Grieken als barbaren, 
zowel van wijzen als onnadenken-
den ben ik schuldenaar
            Romeinen 1:14

Griek is de gecultiveerde mens,
tegenover de barbaar die geen
Grieks kon spreken. Soms wordt
het woord Griek gebruikt door 
de apostel als tegenstelling tot 
Jood, dan is het religieuze aspect
meer op de voorgrond. De missie
van de apostel was voor allen; in
Gods ogen is ieder gelijk. Bij Hem
is geen aanneming van persoon.
God ziet ons hart aan; buitenkant
van de mens telt in wezen niet.
God heeft ieder lief; Zijn liefde is
voor allen gelijk. God houdt niet
van zonde, wél van de zondaar.
Paulus is schuldenaar; evangelie
was op en in hem gelegd om uit 
te dragen, ook naar de wijzen en 
niet-wijzen van zijn dagen. Met 
passie en bereidwilligheid, door 
de genade van God, trok hij rond. 

Woord vandaag – extra

En het bewerkt voor alle kleinen 
en groten en rijken en armen en 
vrijen en slaven, dat zij aan hen 
een merkteken geven op hun 
rechterhand of hun voorhoofd, 
en dat niemand kan kopen of 
verkopen, behalve zij die het 
merkteken hebben van het wilde
beest, of zijn naam, of het getal 
van naam. Hier is wijsheid. Wie 
denkzin heeft, laat hij het getal 
van het wilde beest uitrekenen, 
want het is het getal van de 
mens, en zijn getal is 
zeshonderd zes en zestig.
        Openbaring 13:16-18

In de christelijke wereld houdt
dit de gelovigen erg bezig. Al 
heel wat jaren. Veel theorieën
over wat dat dan is, doen de
ronde. Ook binnen het kader 
van de inentingscampagne die
wereldwijd gaande is. Paulus 
roept ons als gelovigen op (in
1 Thessalonicenzen 5) nuchter
en wakend te zijn. In genoemd
gedeelte (Op.13:16-18) zitten 
we midden in de eindtijd, die
strikt genomen begint nádat
de gemeente, het lichaam van 
Christus, snel weggenomen is. 
Dát zal dus eerst gebeuren; de
boekrol Openbaring gaat in op
wat daarna gebeurt op aarde.
De verontwaardiging van God
staat in Openbaring vermeld. 
Die moet komen, maar nadat 
de gemeente weggenomen is.
De gemeente is niet gesteld tot
verontwaardiging, maar tot de
toeëigening van redding door
onze Heer Jezus Christus
, zegt 
Paulus, 1 Thessalonicenzen 5:
9-11. De tijd die Openbaring 
13:16-18 bedoeld wordt, komt 
nádat de gemeente weg is. 
Het merkteken zal dán pas op 
de mensen (rechterhand of 
voorhoofd) gezet worden, en 
níet nu. Vele gedachten gaan 
rond en maken ook gelovigen 
onrustig. Alleen de Schrift is 
betrouwbaar
 en laat ons zien 
hoe het werkelijk is.
De aanbidding van het beest 
en het beeld van het beest zal
pas verplicht worden in de tijd
die Openbaring aangeeft; niet 
eerder, dus niet in de tijd van 
de genade waar wij nu in leven.
Laten wij nuchter blijven – bij 
dat wat de Heer ons liet weten 
via 1 Thessalonicenzen 5:9-11
en 1 Thessalonicenzen 4:13-18!

NB: hieronder leest u Woord
Vandaag over Romeinen.

Woord vandaag

opdat ik ook onder jullie enige
vrucht heb, zoals ook onder 
de overige natiën.
          Romeinen 1:13b

Paulus wist als geen ander, dat 
de vrucht nooit resultaat van zijn
werk kon zijn, maar wel van God.
De vrucht is dan te zien in levens
van mensen, die in Gods genade
geroepen zijn. En: ieder die erbij
komt, is tevoren gekend, tevoren
bestemd. Helemaal Gods kiezen,
Zijn voornemen. De apostel zag 
zijn zware arbeid in zijn evangelie
van genade ‘beloond’ met velen 
die tot geloof kwamen. Helaas is
het zo, dat de mens steeds neigt 
naar rituelen, organisatie, dingen
waaraan men zich (vleselijk) vast
kan houden. Om die reden zijn er
velen van Paulus afgekeerd. Toch 
was hij de optimist, want God zal
het alles uitwerken tot het goede. 

Woord vandaag

Nu wil ik niet, dat jullie niet 
weten, broeders, dat ik me 
vaak voornam naar jullie toe 
te komen (en ik werd tot nu 
toe belet), opdat ik ook onder 
jullie enige vrucht heb, zoals 
ook onder de overige natiën.
          Romeinen 1:13

Paulus kwam uiteindelijk wel 
in Rome (Handelingen 28). Dat
was op Gods tijd. Hij nam zich 
vaak voor, en, schrijft hij:

    ik werd tot nu toe belet

zodat hij pas veel later dan zijn
eigen plan was, in Rome kwam.
Om duidelijk de situatie uiteen 
te zetten, liet hij ook dit weten.
De wil van God was bepalend.
Het verlangen was geestelijk, 
en de genadegave eveneens. 
In plaats van de rituelen in de
grote stad Jeruzalem, deelde
de apostel hét grote Offer met
de gelovigen in Rome. Goed 
nieuws draait om Hem, onze
Heer Christus Jezus.