‘Eigenlijk geeft het heel erg te denken, dat in een land als Nederland, waar
de Bijbel zo veel geopend en gelezen wordt op zondag in vele diensten, dat
woord van God ook kostbaar is geworden.’
Je moet echt zoeken naar plaatsen waar men dat woord écht serieus neemt en
het boven alles uit het allerbelangrijkst is. Men zal dat vaak wel met de mond
belijden, maar in de praktijk overheerst het verstand (vrijzinnigheid), de leer
(reformatorische en evangelische kringen), of het gevoel (bevindelijk gere-
formeerden/hervormden en charismatische- en pinksterrichtingen) de Schrift.
‘Nou nou, je zegt nogal wat met zo’n uitspraak.’
Wat je aan het hart gaat, is dat o zo snel de Schrift minder belangrijk wordt dan
de plaats die het verdient: gezaghebbend boven alles uit als woord van Gód en
niet van mensen.
‘Je hebt wel vaker gezegd, dat men al snel zelf óver het woord spreekt, in plaats
van dat men het woord zélf aan het woord laat.’
En dan komt steeds die tong van de slang om de hoek om dat woord op welke
manier dan ook in de gedachten en harten van de mens van kracht te beroven.
‘Daarom ging de Heer Jezus ook zo tekeer tegen de gevestigde elite van zijn dagen?’
Zij maakten door hun inzettingen (mondelinge Thora) het woord van God krach-
teloos. Zij wilden daarbij graag eer van mensen ontvangen en zochten niet de eer
van God alleen. Dat laatste blijkt, als je de woorden van God boven alles eert, omdat
het spreekt van die grote God, van wie alle ware genade afkomstig is en die alles in
Zijn hand heeft!