Jahweh heeft alles gemaakt omwille van Zichzelf,
ja, zelfs de goddeloze voor de dag van het kwaad.

Zo, ja, over deze moet ik wel even diep nadenken, heel wat om
te verwerken.’

De eerste regel spreekt van een waarheid, die op heel wat Schrift-
plaatsen bevestigd wordt. Het ‘omwille van Zichzelf’ lijkt vanuit
het Hebreeuws te wijzen op dat alles gemaakt is met een speciale
bedoeling, dat alles er is om iets tot stand te brengen naar Gods
bedoeling, dat het Gods plan uitwerkt.

‘Maar, heb jij dan geen moeite met het tweede deel van het vers?’

Het is een bijzondere uitspraak, die bevestigt wat het eerste deel
in feite al aangeeft. God maakt alles zodat het Zijn plan en doel dient.
Dan moet je ook de gevolgtrekking maken, dat het kwaad -dat is er-
ook een speciale rol in Gods plan toebedeeld is. Velen hebben daar
moeite mee, en de Schrift geeft voldoende houvast om deze conclu-
sie te rechtvaardigen.

‘Maar we hebben het over ‘de goddeloze/slechte’; die zou dan door
Jahweh ook zo gemaakt zijn dat hij op de dag van het kwaad het kwade
doet!’

Ja, en zelfs móet doen! Anders kan het niet. Hitler was er zo eentje, hij
moest er zijn om dat vreselijke werk te doen. Zelfs de tegenstander zelf
is door God zo geschapen, dat hij niet anders kan dan tegenstand bieden
en tegen God ingaan. Ook was er ‘een boze geest van Jahweh’ die koning
Saul verschrikte.

‘Je weet ook iets bij Paulus te vinden wat in deze richting wijst?’

Paulus wijst erop in Romeinen 9, dat er vaten (instrumenten, Grieks:
skeuos) zijn tot eer en tot oneer. De Farao in de tijd van de uittocht was
zo’n vat tot oneer. En Paulus merkt op, dat God met veel geduld de vaten
tot oneer draagt. Dat schrijft hij in Romeinen 9:22. Heel dat hoofdstuk
zit prachtig in elkaar en geeft een verklaring van de geschiedenis met
Israël in de tijd van de Exodus en van de aartsvaders en zo voorts. Als je
dat gaat ontdekken, wordt het iets geweldigs en geeft het zekerheid, rust
en vrede in je hart!