Woord vandaag

‘Het gaat om de volheid van het geheimenis van Christus.’

Nou en of. Als je vers 10 tot je laat doordringen, besef je ineens
waarom in 1:3 al klonk: te midden van de hemelingen. Het gehei-
menis van Christus was voor een deel bekendgemaakt in Tenach.
Het aardse aspect. Vooral in het boek Daniël lees je over de vorst
die komen zou en Heerser zal zijn over het volk dat de heerschap-
pij zal krijgen over de aarde. Na de ondergang van het wereldrijk
van de wetteloze.

‘Israël zal onder hun Vorst, de Messias Jezus, regeren?’

Dat is terug te lezen in Tenach (OT). Maar het hemelse aspect van
het geheimenis van Christus was nog niet bekend. En dat wordt in
Efeziërs bekendgemaakt. Vandaar te midden van de hemelingen;
de gemeente is hét instrument in Gods hand om de hemelse mach-
ten tot onderschikking aan Christus Jezus te brengen. 

‘Hier op aarde zou de gemeente Israël in de weg lopen.’

Nu blijkt, waarom de gemeente een aparte roeping en eigen be-
diening heeft. In de hemelen, te midden van al die hemelse mach-
ten en krachten is de toekomst van het lichaam van Christus
.

Daarom schrijft hij in 3:4 over zijn inzicht in het geheimenis van
Christus. Hij had tevoren in het kort (Efeziërs 1:9,10) daarover ge-
schreven. Zijn inzicht was in andere generaties niet bekendgemaakt.
De aarde, maar ook de hemelingen hebben verlossing nodig! 

Woord vandaag

‘Je ziet nu meer van Gods doel met de gemeente.’

Ook in 3:10 geldt dat het helder is wanneer je te midden van de
hemelingen
leest. De tekst zou zonder dat onzinnig zijn. Alsof de

gemeente sinds de Efezebrief aan aardse soevereiniteiten en ge-
volmachtigden Gods veelvuldige wijsheid bekendmaakt! Natuur-
lijk niet. Juist het geestelijke aspect blijkt door die toevoeging.

‘En in 6:12 blijkt het ook zonneklaar.’

Het draait om geestelijke machten, onder meer in de lucht, want
de tegenwerker is de vorst van het volmachtsgebied van de lucht
(Efeziërs 2:2). Dat zijn onze ware vijanden en tegenstanders. Zij ge-
bruiken mensen (vlees en bloed) om de gemeente te hinderen.
Tegenwerken vindt plaats in het geestelijk bereik. Juist omdat de
veelvuldige wijsheid door de gemeente bekendgemaakt wordt.

‘Vandaar dat de boodschap van Efeziërs bestreden wordt.’

Het evangelie van Paulus wordt bestreden. Woord voor woord
moet afgestreden worden. In Efeziërs klinkt de volheid van het
geheimenis van Christus. We lezen bijvoorbeeld 1:10 :

om het al te culmineren in de Christus, zowel wat in de hemelen
als wat op de aarde is, in Hem

Dat woord culmineren is moeilijk. Het heeft het Griekse woord
voor hoofd in zich. Het lijkt in te houden, dat het al (alle intelligen-
te schepselen) onder dat ene Hoofd, Christus, gebracht wordt.

Woord vandaag

‘Ik heb ze nagelezen, en nu zie je wat je hebt.’

In Efeziërs 1:3 zou je het kunnen lezen als was je Israël. Maar nu er
bij staat: te midden van de hemelingen (of mogelijk: in de hemelse..)
wordt de sfeer anders. Het is niet langer op aarde. Dat is de lijn voor
het volk Israël. Nu blijkt, dat de sfeer van zegen voor het lichaam
van Christus niet op aarde is.

‘En in 1:20 is het ook duidelijk.’

Daardoor wordt opnieuw duidelijk, dat de sfeer niet op aarde,
maar te midden van de hemelingen is. Jezus is aan Gods rechterhand
gezet nadat Hij was opgewekt uit de doden. Dat gebeurde door de
enorme kracht van God. Paulus gebruikt extra woorden om te laten
zien hoe bijzonder de plaats van Christus Jezus en de gemeente is.
Boven alles. En blijkt, dat soevereiniteiten en dergelijke hemelse,
geestelijke
machten zijn. Dat is de omgeving voor de gemeente.

‘Dat is nog sterker in Efeziërs 2:6 te lezen.’

Toen we dat te midden van de hemelingen weglieten, werd in feite
niets nieuws gezegd. In Romeinen en Korinte klint dat ook. Maar de
toevoeging van de hemelse sfeer waarin de gemeente geplaatst is,
vormt juist de extra dimensie in Efeziërs. Die lees je niet in eerdere
brieven. God wekt ons op en zet ons te midden van de hemlingen
in Christus Jezus! 

Woord vandaag

‘Nu de vijfde vindplaats, Efeziërs 6:12.’

Daar gaat het over de strategieën van de tegenwerker, want het
is voor ons geen worsteling met bloed en vlees, maar standhou-
den tegen de gevolmachtigden, tegen de wereldmachten van
deze duisternis, tegen de geestelijke machten van de boosheid

Uit het woord geestelijke blijkt, dat het niet om mensen gaat,
daarbij zegt de tekst, dat wij geen worsteling met bloed en vlees
hebben. Evenmin worstelen wij met geestelijke machten, het
gaat om staan, standhouden tegen deze geestelijke machten.

‘Nu is wel duidelijk, dat het om een geestelijke strijd gaat.’

Het betreft dat wat wij niet kunnen zien. Die willen ons graag
beïn
vloeden, sterker nog, zij bestrijden, ons domein in de
hemelen is.
 Want zij zijn daar. De hemelse machten en krachten
zijn
niet zo ver weg als wij denken. Zij willen de mensheid beïn-
vloeden
en van de enig ware God -die van de Schriften- en van
onze
Heer Jezus Christus, afhouden.

‘We hebben de teksten bekeken.’

Daarbij bewust het te midden van de hemelingen weggelaten.
Je kunt deze teksten zonder dit zinsdeel behandelen. En blijkt, dat
je een belangrijk punt in deze brief weglaat. Wanneer je nog eens
de dagstukjes doorleest vanaf 1 juni, en het er wel bij 
leest, wat valt
je dan op? Wat is het gevolg? Daar kijken we morgen 
naar.


Woord vandaag

‘Nu kijken we naar Efeziërs 3:10?’

Het beheer (huishouding) van het geheimenis was weggehouden
in God, Die alles schept, opdat nu door de uitgeroepen gemeen-
te aan de soevereiniteiten en gevolmachtigden de veelvuldige wijs-
heid van God bekendgemaakt wordt.
Dat zegt Efeziërs 3:9,10. Het woordje nu in 3:10 betekent van nu
af aan
. Dus vanaf het moment dat Efeziërs geschreven werd.

‘Toch wel apart he, vanaf het schrijven van Efeziërs?’

Deze brief moet wel iets bijzonders aangeven over de uitgeroe-
pen gemeente, die het lichaam van Christus is. Als de apostel zegt,
dat nu (van nu af aan) aan die machten zoveel wijsheid van God
bekendgemaakt wordt en dat door de uitgeroepen gemeente, zegt
veel over het belang van de gemeente.

‘Ik ben heel benieuwd wie dan die machten zijn.’

De apostel moet bijzonder inzicht hebben ontvangen om deze
dingen te schrijven. Ja, wie die machten zijn, het zullen belangrijke
zijn, gezien de woorden die hij gebruikt. Een soevereiniteit is wat
rangorde betreft de eerste, de hoogste. Een gevolmachtigde is een
lagere, want die ontleent zijn macht aan een hoger geplaatste.
We kijken morgen verder.