‘Wat een bijzonder iets hè, die genade van God. Je raakt er niet over uit-
gedacht. Het is zo wonderlijk allemaal.’
Ja het is een bevrijdende boodschap. Het verlost je van alle vormen van
slavernij. Een gelovige weet zich vrij onder de genade van God. DaaromÂ
is het goed, je steeds de woorden van Paulus in Galaten 5:1 in herinnering
te brengen: ‘Staat dan in de vrijheid waarmee Christus ons vrijgemaaktÂ
heeft en laat je niet opnieuw een slavenjuk opleggen’.
‘Het is een leerproces, maar we leren van Paulus, dat wij dood zijn voor de
zonde en levend voor God in Christus Jezus.’
Deze woorden uit Romeinen zijn uiterst belangrijk! Wij zijn levend voor
God, dáármee zouden wij rekenen, en tegelijk dood voor de zonde. Want
wij zijn in Christus Jezus. En God ziet ons altijd net zo volkomen als Hem,
Christus Jezus zelf! Dat heeft verstrekkende praktische gevolgen.
‘En als wij nu toch zondigen? Want we zijn toch nog met dat oude lichaam
hier op aarde?’
Nou? Wat verandert er dan? Is Gods genade minder geworden als wij iets
deden wat niet in de haak was? WÃj denken dat dan Gods glimlach plaats
maakte voor een boos gezicht. Het tegenovergestelde is waar: de genade
is weer toegenomen, want die blijkt groter te zijn dan ons tekortschieten!
‘Wat is dat toch geweldig hè, als dat echt goed tot je doordringt. Hier word
ik nou blij van in mijn hart. En ik denk, vele andere gelovigen net zo!’
Mooi he, het is dus écht een goed bericht wat wij van de apostel van de natiën
in onze schoot geworpen krijgen. Het evangelie is immers kracht van God
tot redding voor een ieder die gelooft, eerst de Jood en ook de Griek.
Denk erom, dat de genade van God hét werkzame middel is tot een waardige
wandel voor God. Er kan nooit meer iets tussen God en ons komen. Nooit meer.
‘Amen! Daar ga ik God voor danken!’
Dat lijkt mij een heel goed idee, ik doe mee!