‘Prachtig, we leven in en door en uit Zijn genade.’
Geen ander evangelie laat dat zien. Het paulinische is uniek. Daar komt
in feite als enige naar voren, dat God alles doet. Dat Hij het is, die zowel
het willen als het werken bewerkt naar Zijn welbehagen. Dat Paulus een
dienaar was van het evangelie dat hij bracht, is duidelijk. Het betreft in
het bijzonder de gelovigen uit de natiën. Vandaar dat hij twee keer zegt
in Efeziërs 3:1,2 voor jullie. Enkelen uit Israël horen er ook bij, maar in
vergelijking met de natiën zijn dat er weinig.
‘Dat maakt het Efeze-geheimenis toch zo bijzonder?’
Het spreekt bijzonder over de gemeente die het lichaam van Christus is.
Daarom spreekt hij in Efeziërs 3:1-13 nog eens uitvoerig en ook samen-
vattend over de plaats van het lichaam van Christus en nog wat andere
aspecten. Bijvoorbeeld het plan van eonen wordt hier genoemd, verder
nergens in de Schrift. We gaan dit gedeelte in, en soms zal het best las-
tig zijn, maar we nemen er gewoon de tijd voor. Het gaat erom, dat het
duidelijk wordt. We lopen tegen vertalingen aan, die eigenlijk altijd in-
correct zijn omdat de vertalers het Efeze-geheimenis niet kenden.
‘Nou ik ben benieuwd. Maar we hebben de concordante vertaling in
het Nederlands beschikbaar.’
Paulus nam een aanloop als het waren in 3:1,2 door te zeggen dat hij
de gebondene van Christus Jezus is, voor jullie de natiën en dat hem het
beheer van de genade van God gegeven is voor jullie. En dan komt hij:
dat door onthulling het geheimenis aan mij bekendgemaakt is:
in de geest zijn de natiën gezamenlijk-lotgenieters, en gezamenlijk-li-
chaam en gezamenlijk-deelhebbers van de belofte in Christus Jezus
door het evangelie waarvan ik een dienaar werd….
In dit stukje is vers 3b-5 weggelaten. Het staat in de Nederlandse con-
cordante vertaling (tussen haakjes). Dat is gedaan om te laten zien, dat
het om een lange tussenzin gaat. Dat is voor alle duidelijkheid, omdat
Paulus terugwijst op wat hij eerder aangaf over het geheimenis van
Christus.