Woord vandaag

Ja, je merkt, als je oren ervoor open staan, dat er veel prediking
op gericht is, de mensen bezig te doen zijn met van alles en nog wat.’

Precies. Laatst verzuchtte Klaas Goverts nog in een van zijn studies,
dat je in sommige gemeentes altijd zoveel moet. De ene keer moeten
we met zijn allen dit, de andere keer met zijn allen dat.

‘Klopt helemaal, het is mij de laatste jaren steeds meer gaan opvallen.’

De christenheid -ook de evangelische- wordt heen en weer bewogen met
allerlei wind van leer. Wie hoort ooit nog iets over ‘het koninkrijk van
kracht’ van wijlen John Wimber? Jaren geleden was hij gevierd in Nederland
en zijn boeken werden grif gelezen.
Of: ineens moesten we met zijn allen naar Toronto voor een speciale blessing.
Hoor je er nu nog wat van? Zou er nog heel wat gelachen en gevallen worden
‘in de geest’ – wat voor geest dat ook moge zijn?

‘Tsja, men komt met van alles opdagen wat wij wel of niet zouden moeten.’

Nog maar net hebben we de 40 dagen methodieken van Rick Warren gehad,
waarbij aangetoond is, dat hij putte uit New Age auteurs en dat heel slim
vermengde met dingen uit de Schrift.
Wie komt er nog met Gods woord alleen? Daar is steeds afkalvende belang-
stelling voor. Terwijl Gods woord ons juist zoveel fantastisch goed nieuws
te bieden heeft. Daar raak je nooit op uitgekeken.

‘Inderdaad, hoe langer hoe meer kom je steeds uit bij dat ene woord van God.
Dat is onveranderlijk en vast. Zijn beloften zal Hij vervullen.’

We zien uit naar de terugkeer van onze Heer Christus Jezus!

Woord vandaag

‘Bedoelde jij gisteren dat Christus te weinig centraal staat in veel
prediking? Maar wat komt er dan naar voren?’

 Veel prediking is erop gericht, de mens te verbeteren, of de mens
een beter mens te laten zijn, of dat de mens het beter doet voor God
en dat soort dingen.

‘Als je het zo zegt, klinkt het bijna humanistisch. Is het echt zo?’

Veel prediking, hoe goed bedoeld ook, legt het bij de mens neer. Je hoort
maar zo weinig over de opstandingskracht van Christus. Daar gaat het om.
Paulus verlangde ernaar
de kracht van Zijn opstanding in zijn leven van
alledag te ervaren. Daarom was het zijn passie,
Hem te kennen en de kracht
van Zijn opstanding
(Filippenzen 3:10)!

‘Dat is erg duidelijk ja. Maar is het verkeerd om je uit te strekken naar goede
werken? Kun je niets doen voor de Heer?’

Als je het zo benadert, wordt het eigen werken. Paulus schreef namelijk in
het vers daarvoor (Filippenzen 3:9): …en
in Hem gevonden worde, niet mijn
eigen gerechtigheid, die uit de wet is, te hebben, maar die
door het geloof van
Christus
is, de gerechtigheid uit God, op grond van het geloof’.

‘Mooi zeg, dat is helder. Het gaat op geen enkele manier om onze eigen werken.
Nooit. Het is Zijn werk en Gods gerechtigheid! Daar word ik blij van!’

En reken maar dat Paulus met vreugde in zijn hart door het leven ging.
Zodra je het als mens allemaal zelf moet presteren, verdwijnt de vreugde
snel. Omdat het dan jouw heerlijkheid wordt.

En het draait nu eenmaal om het evangelie van de onnaspeurlijke rijkdom
van Christus. Dit goede bericht was niet in de Tenach na te speuren totdat
Paulus het onthulde. Er was wel heerlijkheid van Christus bekendgemaakt
in de Tenach, maar de volle rijkdom van Christus wordt je eerst duidelijk
door de brieven van de apostel van de natiën.

Daarna ontdek je wat er aan heerlijkheid in de typen en beelden verscholen
lag;  de hele Schrift stond er al vol mee, door de onthullingen van Paulus ga
je die geweldige rijkdom van Christus zien!

Woord vandaag

‘Dat wordt nog wat he, die dag dat wij weggerukt worden van de aarde.
Soms denk ik dat het bijna té fantastisch is. Het gaat tegen alle wetten
van de natuur en de zwaartekracht en zo in.’

Zo is het ook met de hemelvaart van de Heer Jezus Christus geweest.
Dat moet voor de discipelen een hele wonderlijke ervaring geweest
zijn. Terwijl zij op de aarde bleven staan, ging de Heer omhoog en werd
uiteindelijk onttrokken aan hun ogen door een wolk.

‘Maar er was toch nog eerder iets? Wat de Heer tegen Maria zei?’

Ja, je bedoelt op de opstandingsdag? Toen zei Hij tegen Maria:
‘Raak Mij niet aan, want Ik ben nog niet opgevaren naar mijn Vader’
en: ‘Zie! Ik vaar op naar mijn Vader en jouw Vader, naar mijn God
en jouw God.’

Later op de dag mochten zij Hem wel aanraken (Mattheüs 28:9,10).
Dat betekent, dat Hij op die opstandingsdag opvoer naar God en dat
is een type van de wegvoering van het lichaam van Christus, dat
deel heeft aan de Eersteling, Christus.

‘Dit is voor veel mensen onbekend, lijkt mij.’

Dat is het ook, het maakt dan ook deel uit van de verborgenheid,
het beheer van het geheimenis, zoals Paulus dat in Efeziërs 3:9
noemt. Men luistert veel naar anderen, maar te weinig naar Paulus,
is mijn stellige overtuiging. Want wat horen wij maar heel weinig
gepredikt worden?

Het evangelie van de onnaspeurlijke rijkdom van Christus. Dát zou
veel meer gepredikt en dus gehoord worden!

Want Hém zal heel het universum als hoofd erkennen!  (Efeziërs 1:10)

Woord vandaag

‘Nou? En hoe zit dat nu met het woord wat je gisteren noemde?’

Je bedoelt: wegrukken (harpazo)? Dat wordt gebruikt in de volgende
vindplaatsen: Matt.11:12; Luc.16:16; Matt.13:19; Joh.6:15; 10:12,28,29;
Ha.8:39; 2 Cor.12:2,4; 1 Thess.4:17; Judas:23; Openb.12:5.
Het heeft te maken met plotseling gegrepen worden en daarna weg-
gevoerd, zoals een wolf een schaap pakt (Joh.10:12).
Het weggevoerd worden van Paulus tot in de derde hemel (2 Cor.12:2,4)
is een type geweest van de wegvoering (wegrukking) van de gemeente.

Zo bekeken heeft het niet altijd met een snelheid te maken. Het kan ook
betekenen dat het op tijd voor dreigend gevaar is geweest.

‘Dan hoeft het ook niet supersnel te volgen op de opstanding en
de verandering van de nog levenden daarna.
Altijd gedacht dat dat alles binnen enkele seconden zou gebeuren.’

Dat hoeft niet zo te zijn. Er wordt geen tijdsduur genoemd vanaf het
de opstanding van de ontslapen gelovigen tot de verandering van de
levenden. Tussen die momenten kan misschien wel enkele uren zitten.
Hoe lang het dan nog duurt voordat wij allemaal samen tegelijk wegge-
voerd naar Hem in de lucht, is ook niet uit de teksten op te maken.
Er kan best weer een paar uur of misschien wel een uur of 8 of zo tussen zitten.

‘Zo lijkt het alsof de Heer er alle tijd voor neemt en wacht totdat het hele
lichaam er als het ware klaar voor is.’

Misschien krijgen wij op die dag wel van de Heer te horen dat we
ons eerst kunnen verzamelen, als dat praktisch gezien mogelijk is.

‘En dan allemaal samen tegelijk Hem ontmoeten in de lucht!’

Precies. En wat voor een ontmoeting zal dat zijn! Overstromende genade
blijkt dan pas echt in de heerlijkheid die wij dan ontvangen!

Dit is een onderdeel van het evangelie van de heerlijkheid van de gelukkige
God, zoals Paulus dat noemt in 1 Timotheüs 1:11!

Woord vandaag

‘He denk jij dat die wegrukking heel erg snel zal gaan?’

Altijd wel gedacht ja. Bij nader inzien lijkt het ietsje anders te liggen.
Paulus heeft het in 1 Thessalonicenzen 4 en 1 Corinthiërs 15 over dat
gebeuren. Als je Thessalonicenzen leest, wordt het gebeuren van de bazuin als
iets ordelijks beschreven. Eerst worden de doden die in Christus ontslapen zijn,
opgewekt. Zij zijn dan direct levendgemaakt en dat is in onverderfelijkheid,
zo schrijft Paulus in 1 Corinthiërs 15:52.
Daarna, en er wordt dan nergens een tijdsbepaling gebruikt, worden de levenden
veranderd en doen onsterfelijkheid aan, zij worden ook levendgemaakt.
Hoe je dat precies moet zien, is lastig te zeggen.

Maar de Schrift laat ruimte te denken, dat alle gelovigen zich eerst kunnen verzamelen
op een of andere manier. Voor sommigen zal de afstand te groot zijn om te overbruggen,
maar voor anderen die in de buurt van elkaar wonen zou de mogelijkheid kunnen bestaan
elkaar op te zoeken als reactie op het klinken van de eerste bazuin(stoot). Zij, die al gestorven
waren en weer opgewekt zijn, zullen in dezelfde buurt waar zij stierven opnieuw
tevoorschijn komen.
Dat ligt voor de hand, als je het mij vraagt.

‘Dit is voor mij helemaal nieuw. Zo heb ik het nog nooit bekeken.’

Dat begrijp ik, sinds kort denk ik er ook dieper over verder en als je de teksten vergelijkt,
zal blijken, dat er tijdruimte lijkt te zijn tussen het opstaan van de doden van de gemeente
en het werkelijke weggerukt worden. De tweede fase is dat de mensen die leven als zij de
bazuin horen, veranderd zullen worden.
Zij zullen niet sterven, niet doodgaan.
Die verandering zal snel gaan. In een flits.

‘Oke, dat is duidelijk ja. Maar het woord ‘wegrukken’ wordt toch gebruikt?
Dat lijkt te wijzen op snelheid.’

Ja. Het gaat om het Griekse begrip harpazo en dat wordt verschillende keren gebruikt.
Laten we er morgen verder over spreken. Goed?

‘Ja, ik kan bijna niet wachten!’