17 augustus 2018
‘Boeiende lijnen in de Schrift.’
Profetisch gezien heeft de geschiede-
nis van Jozua veel te zeggen. We zien
een parallel van Christus en Zijn gees-
telijke lichaam, de gemeente. Het is
óók een profetische heenwijzing naar
de Messias Jezus, Die het volk zal aan-
voeren als zij -definitief- het beloofde
land binnentrekken. Wanneer zij dat
in bezit genomen hebben zullen zij er
niet meer uit verdreven worden.
‘Prachtig, daar word je blij van.’
Wanneer je gelovige bent, zul je net
als Paulus een hartepijn hebben over
het volk Israël. Grotendeels leven zij
in ongeloof, ook in het kleine stukje
land waar zij nu wonen en wat zo he-
vig betwist wordt. We bidden voor dit
volk, dat zo onder zware pressie is van
vele, vele volkeren. De relatief weinig-
en van hen die Jezus als hun Messias
kennen, leven daar ook onder druk.
We bidden ook voor hen.
‘We kennen de beloften.’
Dat weten zij ook. De beloften gaan
vanaf Abraham, Isaäk, Jakob, Jozef,
Efraïm naar degenen die dan onder
de zegen van het eerstgeboorterecht
vallen. Via de eerstgeborenen wordt
dan weer heel het volk gezegend. Al-
les op grond van de belofte die God
met een eed zwoer aan Abraham. Dit
zijn de beloften die in en door Jezus
Christus vervuld worden, het Zaad
(Galaten 3:16) van deze oude aartsva-
der. Wij als gemeenteleden ondervin-
den de vervulling van de belofte in
Christus Jezus (Efeziërs 3:6,7a), door
het evangelie waarvan de apostel Pau-
lus dienaar werd.