20 september 2018
‘Hebreeën is moeilijk.’
Zij die ver gaan in de leer van bedelin-
gen schuiven deze brief radicaal aan
de kant. Alleen voor Israël bestemd. Er
kan wel de opmerking bij gemaakt wor-
den dat in deze brief (op-)hemels staat.
Daardoor wordt dat aangegeven, wat
(ver) boven het aardse uit gaat. Niet al-
leen hemelse roeping, maar ook hemels
geschenk (6:4), en de goddelijke dienst
van de hemelsen (8:5), hemelse (…)n
zelf (9:23), zij verlangen naar een be-
ter, een hemels vaderland (11:16) en
het hemelse Jeruzalem (12:22).
‘Zes vindplaatsen.’
Ja, en in Efeziërs komt te midden van
de hemelsen vijf keer voor. Daar wel
als specifieke uitdrukking in een zelf-
de vorm in de grondtekst. Niettemin
een opmerkelijk gegeven. Daarom is
het niet zo eenvoudig, Hebreeën aan
de kant te schuiven als het om waar-
heid voor vandaag gaat. Je zult goed
moeten kijken waar de schrijver het
over heeft; aan wie de brief gericht is
en wat de bedoeling ermee is.
‘Veel waarheid over Christus.’
Absoluut! En daarom trekt ook deze
brief onze onverdeelde aandacht. Het
draait om Hem, Die alles voor de hele
schepping over heeft gehad. In overga-
ve aan Zijn God en Vader. Wel is waar,
dat Hij als Hogepriester naar de orde
van Melchizedek nadrukkelijk naar vo-
ren komt. Dat is, als je het mij vraagt,
om de gelovigen van Israël duidelijk te
maken welke hoge positie Hij heeft als
Middelaar en Redder van Israël, en de
hele mensheid.