23 oktober 2018
‘We zijn geliefd.’

De liefde van de Vader ging naar ons
uit vóór de eonen. Daarom, de Jood-
se wortels van het lichaam van Chris-
tus: niet aan de orde. Men is in chris-
tenheid op zoek naar die wortels en
men meent Romeinen 11:16-24 daar-
voor te kunnen gebruiken. Maar dan
maakt men een denkfout. Men rede-
neert naar het vlees.

‘Dat klonk in Soest.’

Ja we waren aan het einde van de af-
gelopen avond (19 oktober 2018) be-
zig in Romeinen 11, de olijfboom.
Daar gaat het om Israël als volk en de
natiën
en niet om individuele mensen.

Wanneer je beweert dat het wel om
individuen gaat, wat moet je dan met
de opmerking, dat takken uitgehouw-
en worden (11:23)? We zijn als leden
van het lichaam verzegeld.

‘Het gaat dus om volkeren.’

Dat is ook het tekstverband; heel Ro-
meinen 9:1-11:32 gaat over Israël en
de natiën. Daarom kunnen christenen
niet volhouden dat hun wortels Joods
zijn. Dat is naar het vlees geredeneerd.
Nee, onze komaf is geestelijk, want in
Christus 
vóór de neerwerping van de
wereld 
(Efeziërs 1:4).

Onze wortels zijn in God, in Zijn liefde.