16 januari 2019
‘God heeft alles in Zijn hand.’

Alle tegenstand, weerspannig-, onge-
zeglijkheid; het is er en moet er zijn, in
Zijn plan. De uiterst verbazende of
verbijsterende uitspraak van Jesaja de
profeet is: God is de schepper van het
kwaad
. Jesaja 45:7 is niet zomaar uit-

gesproken. Geen losse, gekozen tekst
om je gelijk te bewijzen. Daarom, kijk
naar het tekstverband. In dat hoofd-
stuk zie je: volkeren (45:1), Israël (45:
3,4). Heel de wereld (45:6).

‘Dat is heel wat.’

De tekst is verheven, Jahweh doet
uitspraak over Zichzelf. Bij monde van
de profeet Jesaja, diens naam is mooi
en betekent: Redder-zal-zijn-Jah(weh).
Dat komt in die boekrol helemaal uit.
Eerst allerlei uitspraken waarin de zon-
de(n) van het volk naar voren komen.
Ook komt de heerlijke toekomst, die
door de beloften van God zeker is, in
Jesaja 40-66 met name in beeld.

‘De zegen zal groot zijn.’

God maakt duidelijk, dat Hij via Kores
kwaad brengt over het volk. Ja, zelfs
zegt Hij, dat Hij Zelf de Schepper van
het kwaad is. Als een vaststaand gege-
ven. Hij doet dat om het contrast met
het goede helder te krijgen. Schepse-
len moeten leren wat goed is door de
ervaring met het kwaad. Daarom is in
deze oude wereld het kwaad aanwe-
zig om het ultieme goede te bereiken
nadat het definitief buiten werking is
gesteld – door God, de Vader.