27 maart 2019
‘Hij werd verzocht door de farizeeën.’

Ja, in Mattheüs 19:1-12. De Heer laat
aan hen zien hoe het huwelijk is. Eén
man met één vrouw, en zij zijn dan in
het huwelijk één vlees. God voegt sa-
men; dat zou de mens niet scheiden.
Natuurlijk kwam de strikvraag uit de
wet, want daarin wordt scheiding aan-
gegeven (Deuteronomium 24). Hij ant-
woordde, dat dit zo was omdat de har-
ten van de Israëlieten zo hard waren.

‘Het was vanaf het begin niet zo.’

De Heer citeert Genesis 2:24; dat is
duidelijk genoeg. In verband met het
koninkrijk noemt de Heer één mogelijk-
heid: hoererij. Onder de genade zou
echter verzoening leidend zijn tussen
twee gelovigen, en als het kan tussen
gelovige en ongelovige (ongelijk juk),
zie 1 Corinthiërs 7. Waarom Deutero-
nomium 24 in de Thora staat? Het is 
in wezen voor Jahweh en Zijn volk.
Hij gaf haar de scheidbrief, nadat zij
ontrouw was geworden.

‘Hij zal opnieuw trouwen.’

Ja, een nieuw (huwelijks)verbond tus-
sen Israël (de bruid) en Jahweh. Zij zal,
als gelovig Israël met Hem huwen, de
bruiloft in Kana was daar een type van.
Hij stierf en zo kon zij een Ander huwen,
dat is opnieuw Jahweh. Opvallend ge-
noeg zegt de Schrift zegt dit; Paulus,
Romei
nen 7:1-6, spreekt daarvan. Een
ongedachte wending door God zo vast-
gelegd. In liefde en genade zal Hij, Jah-
weh, de Heer, haar tot bruid werven.