22 juni 2019

‘Fijn te weten dat Hij voor ons bidt.’

Dat heeft te maken met het lijden dat
wij ondergaan. Misschien omdat wij in
elk geval de eenheid van de geest wil-
len bewaren. En dat zal niet iedere ge-
lovige waarderen of begrijpen. Om te-
gen alle verdeeldheid in eraan vast te
houden (het is de waarheid), is kracht
nodig. Dat is het vermogen van Gods
liefde om de eenheid van de geest uit
te leven. In vervolging die dat met zich 
mee kan brengen, kan de gelovige blij-
ven liefhebben.

‘Door Zijn geest in ons.’

Dat is de enige krachtbron die ons in
staat stelt te blijven liefhebben. Het 
gaat niet anders. De heerlijkheid van
God wordt daar zichtbaar, waar men
de vijanden liefheeft. We kunnen on-
ze tegenstanders in diepste zin zien 
als toekomstige vrienden. Verzoening
is een feit, en dat kunnen wij tegen al
de vijandschap in laten zien. Hoe? In
onze houding. De Heer was ook zeer
verzoenlijk naar Zijn medegekruisig-
den toe. 

‘Hij was buitengewoon anders.’

Hij toonde de liefde van de Vader, en
dat is de Vader van de heerlijkheid. In
Efeziërs 1:17 gebruikt Paulus deze uit-
drukking, die verder niet voorkomt.
In één zin lezen we de twee hoogste
aanduidingen voor Zijn God en Vader:

de God van onze Heer Jezus Christus,
de Vader van de heerlijkheid

Hij bidt, dat deze God aan de gelovi-
gen uit Zijn liefde geeft:

een geest van wijsheid en onthulling
in erkenning van Hem