4 augustus 2019
‘Met Hem een hoge plaats.’
Ja, het hele lichaam van Christus zal in
en met Hem zeer hoog verheven zijn.
Niet nu, maar in komende eonen. Als
mens kun je het verlangen koesteren
om nu vol aanzien te zijn en hoog te
reiken. Het zicht op de bema zal je er-
van genezen. Je wéét, dat ootmoedig
dienen en lijden je weg op aarde is.
En dat levert na de bema grote heer-
lijkheid op. De bema is -zo gezien- een
grote genade, nu al.
‘Zo heb ik dat nog nooit gezien.’
Omdat je blijft luisteren en nadenken
over Zijn woord, kom je verder. Beter
zicht op de bema zorgt voor meer licht
op je toekomst. En in die komende pe-
riodes, tijdperken, zal God door ons in
mildheid Zijn overstijgende rijkdom van
genade tonen. Aan de hemelse wezens
die wij nu niet kunnen waarnemen. Zij
zitten ons wel dwars en schieten vurige
pijlen af. Via mensen komen de aanval-
len, zowel van links als van rechts.
‘We leven in en van Zijn genade.’
Zeker, en Gods genade is niet uitgeput
wanneer wij gered zijn. God blijft in ge-
nade met ons omgaan terwijl Hij ons in
Zijn dienst gebruikt. Hoe meer we dat
bewust zijn, hoe meer zal genade ons
spreken en doen kenmerken. Mensen
rondom de Heer Jezus merkten dat Hij
genadig was. Wij verdienden Zijn gena-
de net zo min als die rovers en misdadi-
gers die met Hem gekruisigd waren.
Ja, dán waarderen we Zijn gunst dieper,
beter, en anderen merken dat op.