Want ik weet, dat het goede 
geen woning maakt in mij 
(dat is, in mijn vlees), want 
het willen is voorhanden in 
mij, het uitstekende 
effectueren echter niet.

             Romeinen 7:18

Mensen zijn wel in staat om bij
gelegenheid goed te doen. En
het punt is hier: woning maken.
Het vlees verhindert, dat het 
goede ook woning maakt in de
mens. En daarmee zit de mens
klem, want als men de principes 
van Thora hoort wil men goed
zijn en het goede doen. Maar in
de praktijk lukt het niet. 
Men is goedwillend, de praktijk
is anders. Wat uitstekend is 
ook doen? Dat gaat niet lukken. 
Romeinen 5:5 zegt: liefde van
God is in ons hart uitgegoten
door heilige geest.
 Paulus zal in
Romeinen 8 terugkomen op de
geest van God. Die maakt wel 
woning in ons.