Laat iedere ziel zich aan de 
boven hem gestelde autoriteiten 
onderschikken, want er is geen 
autoriteit tenzij door God. Die 
er echter zijn, zijn er gezet 
door God
 
Romeinen 13:1

De tekst 12:21 kan ook boven
dit gedeelte staan. Het kwade
is: je actief verzetten tegen de
autoriteiten. En al wat Paulus
verder gaat noemen. Het kern
begrip is hier: onderschikken.
De gestelde autoriteit is onder
God
(staat twee keer letterlijk
zo in de grondtekst). Natuurlijk,
God zet ze daar neer, zoals de
Heer tegen Pilatus zei: jij zou
over mij geen volmacht hebben
als jou die niet van boven af
gegeven was (Johannes 19:11).
Je kan zeggen dat Hij daarmee
de keizer in Rome bedoelde,
maar in wezen is het God, Die
dat bepaalde.