Niet alleen het christendom staat bol van de tradities, ook het Jodendom kent ze. Waar in de Torah (Leviticus 23) gesproken wordt van de ‘feesten des Heren’ (‘de gezette hoogtijden des HEEREN’), wordt in de evangeliën gesproken van ‘het feest der Joden’. Dan gaat het om een tot traditie verworden gebeuren, waarbij men op eigen manier de dingen doet. Daarmee is de kracht en de geestelijke bedoeling en betekenis (typologie!), die Jahweh er oorspronkelijk aan gaf, verloren gegaan. De Torah is immers geestelijk (Romeinen 7:14)! Daarom nam de Heer Jezus tegen de Joodse (judaïstische) gebruiken geen blad voor de mond.
Leest u eens het stukje omtrent het eten met gewassen handen in Marcus 7:1-13.
Wij zouden het niet passend vinden, als iemand zó tekeer zou gaan…