aan Timotheüs, geliefd kind. 
Genade, barmhartigheid en 
vrede van God, de Vader, en 
van Christus Jezus, onze Heer
    
2 Timotheüs 1:2

God betoonde barmhartigheid
aan Zijn vijand Saulus. In plaats
van een gericht, betoonde God
hem genade. Hij ontfermde Zich
over de fanatieke vervolger van
de uitgeroepenen. Het warme
hart van liefde van God bleek
te kloppen voor hem, u, jou, mij.
Alles veranderde voor Saulus;
Ananias hief zijn blindheid op.
God gaf hem het juiste zicht, en
velen kregen dat daarna door
brieven die Paulus schreef.
Gods barmhartigheden voor de
mens zijn bekendgemaakt in de
Romeinenbrief. Op basis daarvan
roept God ons. Wij stellen onze
lichamen tot een levend, heilig
en God welgevallig offer!