want wij zijn voorbedacht op
het uitstekende, niet alleen
voor het aangezicht van de
Heer, maar ook voor het
aangezicht van mensen.
2 Korinthiërs 8:21
Dit is het ideaal, nu, nu wij
nog op aarde zijn.
Voorbedacht zijn op dat wat
uitstekend is, de geest werkt
dat uit. Geen voorbedenking
maken voor het vlees, zoals
Paulus in Romeinen 13:14
zegt. De apostel wilde deze
rijke gift voor de armen heel
goed, maximaal, behandelen.
Hij deed dat biddend, maar
wilde ook voor de mensen
het uitstekende doen. Geen
eigen voordeel, liever eigen
nadeel, gebrek lijden, ook al
zou dat ten onrechte zijn.
Als dat wat de gelovigen in
grote genade gaven, maar in
helemaal op de juiste plaats
terechtkomt.