Noodzakelijk dan acht ik het
de broeders aan te spreken,
dat zij vooruit gaan naar jullie
en de tevoren beloofde zegen
van jullie tevoren toebereiden,
zodat deze zo gereed is, als
zegen en niet als hebzucht
2 Korinthiërs 9:5
Zeer zorgvuldig is Paulus met
het gereedmaken van het
geschenk dat voor de armen
in Jeruzalem bedoeld is.
Titus ging vooruit naar de
stad Korinthe om dit mee
voor te bereiden.
Dit is te zien in het kader van
de ‘vleselijke goederen’ die
de natiën aan het volk van
God (behoren) te geven.
De wisselwerking beschrijft
Paulus in Romeinen 15:27.
Dat is een afgeleide uit TNCH.
Israël wordt door de profeten
genoemd als het uitgekozen
volk om licht van de natiën te
zijn. Dat zullen zij zeker in het
komende rijk van de Messias
Jezus zijn.
De natiën zullen in de 1000
jaren opgaan naar Jeruzalem
om het loofhuttenfeest te
vieren, Zacharjah 14:16, dan
zullen zij ongetwijfeld veel
geschenken bij zich hebben
om Jahweh van de menigten,
dé Koning Jezus Christus te
eren.