Dank echter aan de God voor
Zijn onbeschrijflijke geschenk!
2 Korinthiërs 9:15
Paulus gebruikt het woord dat
met ‘om niet’ verband houdt:
geschenk. Zijn geliefde Zoon is
het allergrootste geschenk. En
door Hem leven wij nu in grote
genade, overstijgende genade
(9:14). Alle dank voor alles is
aan God, de Vader. Hij zorgde
voor gevende harten, gulle en
werkende handen.
Woorden schieten tekort om te
beschrijven wat Vader geeft en
doet. Een fijne afsluiting van dit
wat langere gedeelte over de
schenking van de Macedoniërs
en Korinthiërs en anderen voor
de arme heiligen. Het is alles
Gods rijke genade.