Woord vandaag

‘En? Hoe zit het dan bij Paulus met de goddelozen?’

Bij Paulus lezen we over de rechtvaardiging van de goddeloze:

Hem echter, die niet werkt, maar zijn geloof vestigt op Hem,
die de goddeloze rechtvaardigt, wordt zijn geloof gerekend tot
gerechtigheid
Romeinen 4:5

Er staat nadrukkelijk bij, dat het gaat om degene, die niet werkt,
maar zijn geloof vestigt op God, die de goddeloze rechtvaardigt,
zijn geloof gerekend wordt tot gerechtigheid.

Daar waar onder de wet de goddelozen veroordeeld worden, wordt
bij Paulus de goddeloze die tot geloof komt, gerechtvaardigd!

‘Dat is wel bijzonder. Je bent er misschien zo aan gewend geraakt, maar
als je er opnieuw bewust stil bij staat, komt het bijzondere karakter
ervan weer naar voren en ben je onder de indruk van Gods liefde.’

Kijk hoe het onder de Thora was (Deuteronomium 25:1):

Wanneer er tussen lieden twist zal zijn, en zij tot het gerecht zullen
toetreden, dat zij hen richten, zo zullen zij den rechtvaardige recht-
vaardig spreken, en de onrechtvaardige verdoemen.

Principe: de rechtvaardige wordt gerechtvaardigd en de goddeloze
(onrechtvaardige) wordt verdoemd (veroordeeld).
Onder de genade (paulinische evangelie), wordt de goddeloze recht-
vaardig verklaard. Hoe? Door werken? Nee. Door geloof!


‘Tsja, dat is wel geweldig. Het hangt niet af van ons, maar van Zijn werk!’

Daarom staat er ook geschreven in Romeinen 4:16 :

daarom is het (alles) uit geloof, opdat het zou zijn naar genade

Wederkomst binnen 25 jaar volgens Bottenbley

Zoals afgelopen weekend gemeld verwacht Orlando Bottenbley (59),
voorganger van een groeikerk in Drachten, binnen nu en 25 jaar de
terugkeer van Jezus Christus naar de aarde.
In zijn brief in het EO-programmablad Visie ontvouwt hij vijf redenen
waarom hij tot zijn gedachte is gekomen.
Leidraad daarbij vindt hij in Mattheüs 24, alwaar gesproken wordt over
‘oorlogen en geruchten van oorlogen’, allerlei natuurverschijnselen
zoals aardbevingen en de milieuverslechtering door toedoen van de
mens, de wereldwijde verbreiding van het evangelie, het ontstaan in
1948 van de Joodse staat en de generatie waarbinnen ‘dit alles’ zal
plaatsvinden.

Met name de laatste twee punten hanteert hij om te komen tot zijn uit-
spraak dat binnen 25 jaar de Heer terugkeert naar de aarde. De Joodse
staat ontstond officieel in 1948. Volgens Bottenbley is een generatie in
de Bijbel 100 jaar (?!), dan zou uiterlijk in 2050 alles gebeurd moeten
zijn. Een andere voorwaarde die hij noemt is Mattheüs 24:14 :

en dit evangelie van het koninkrijk zal in de gehele wereld gepredikt
worden tot een getuigenis voor alle volken, en dan zal het einde
gekomen zijn.

Tussen 2025 en 2035 zal ‘het evangelie’ volgens Wycliffe bijbelvertalers
en Trans World Radio aan alle volken gepredikt en daarmee hebben zij
dus de voorwaarde van Mattheüs 24:14 vervuld. De Heer kan dan komen.

Een aantal vragen die hierbij te stellen zijn:

– geldt het evangelie van het koninkrijk voor nu?
– waar is de wegrukking (opname) van de gemeente gebleven?
– is een bijbelse generatie 100 jaar?
– is ‘dit geslacht’ (Mattheüs 24:33) begonnen in 1948?
– is de komst van de Heer afhankelijk van onze inspanningen
(om het koninkrijksevangelie te prediken aan alle volken)?

Woord vandaag

‘Er bestaat ook verschil in hoe er over de ‘goddelozen’ wordt gesproken
als je bij Petrus en Paulus kijkt?’

Bij Petrus lezen we in 2 Petrus 2:5,6:

…en de wereld van de voortijd niet gespaard heeft, maar Noach, de prediker
van de gerechtigheid, met zeven anderen bewaard heeft, toen Hij de grote vloed
over de wereld van de goddelozen bracht;
en de steden Sodom en Gomorra tot as verbrand, tot omkering gedoemd en tot
een voorbeeld gesteld heeft voor hen, die goddeloos zouden leven…

Hier lees je een dreigend gericht voor hen die goddeloos leven. Petrus spitst
zich in zijn brieven toe op de gelovigen uit Israël en is vooral van toepassing
op de situatie van hen tijdens de laatste jaarweek van Daniël 9:24-27.

‘Dat is wel anders dan Paulus ja, en die wereld van de voortijd, dat is de wereld
voor de grote vloed van Genesis 6-8?’

Noach wijst daarop, hij was een prediker van de gerechtigheid, dat werd geïllu-
streerd doordat hij de ark bouwde terwijl het nog nooit geregend had. Maar
hij had Gods woord gehoord, geloofde dat en handelde daarop. Hij ging niet
een groter huis bouwen of zich op welke manier dan ook ingraven in die
wereld, want hij wist dat het einde van die eon nabij was!

‘Dan is Noach een groot voorbeeld voor ons, wij die leven naar het einde van
deze boze eon toe, met voor ons de geweldige wegrukking van de gemeente
voor ogen.’

Zeker, wij gaan ons niet uitgebreid ingraven in deze aarde. Als je dat doet zeg je
in feite dat de Heer nog wel even weg kan blijven want je hebt het hier best
goed. Laten we Paulus’ woorden in ons hart opslaan en daaruit leven:

Want zelf verhalen zij van ons, hoe wij bij u ontvangen zijn en hoe gij u van de
afgoden tot God bekeerd hebt, om de levende en waarachtige God te dienen,
en uit de hemelen zijn zoon te verwachten
, die Hij uit de doden opgewekt heeft,
Jezus, die ons verlost uit het komen van de toorn.

Woord vandaag

‘Wat is bij Paulus kenmerkend, in plaats van vergeving van zonden?’

Dat lezen wij in onder andere Romeinen 5:1,2 :

Wij dan, gerechtvaardigd uit geloof, hebben vrede naar God toe door
onze Heer Jezus Christus, door wie wij ook de toegang hebben verkregen
in het geloof tot in deze genade, waarin wij staan, en roemen in de
verwachting van de heerlijkheid van God.

Het geweldige is, dat Paulus, hier terugkijkend naar Romeinen 3 en 4,
aangeeft dat God ons rechtvaardig verklaart door het geloof van Jezus
Christus. Ook ons is geloof geschonken in de bevrijdende woorden van
het evangelie, dat spreekt van onze rechtvaardiging om niet in Zijn
genade, door de vrijkoping in Christus Jezus (Romeinen 3:24).

‘Ja, heel fijn, en wat betekent dan die rechtvaardiging?’

Dat God ons in Christus Jezus ziet als net zo rechtvaardig als Christus
Jezus zelf. Geen spoor van zonde(n) meer. Zó ziet God ons. Als we ons
dat bewust zijn -door geloof- dan wekt dat een buitengewoon diepe vrede
in ons hart. God is niet -en nooit meer- boos of toornig op ons!

‘He, wacht even, dat kan dus nooit meer teruggedraaid worden zoals dat
bij vergeving van zonden wel kan?’

Zo is het. Als God ons rechtvaardig verklaart door geloof (van Jezus Christus)
kan er niets mis gaan. Bovendien gaat er bij God niets mis. Nooit.
Hij heeft alles wat tegen ons kon getuigen weggenomen, want Christus Jezus
heeft alles voor ons gedragen. Met Hem is dat alles het graf ingegaan en uit het
graf kwam de levendgemaakte Eersteling van de nieuwe schepping. En omdat
wij in Hem zijn, zijn wij net zo onaantastbaar voor welke veroordeling dan ook.
Daarom schrijft de apostel van de natiën in Romeinen 8:

Wat zullen wij dan van deze dingen zeggen?

Als God vóór ons is, wie zal tegen ons zijn?

Hoe zal Hij, die zelfs zijn eigen zoon niet gespaard, maar voor ons allen
overgegeven heeft, ons met Hem ook niet alles in genade schenken?
Wie zal uitverkorenen van God beschuldigen?
God is het, die rechtvaardigt; wie zal veroordelen?
Christus Jezus is de gestorvene, wat meer is: de opgewekte, die aan de
rechter(hand) van God is, die ook voor ons pleit.