Opdat wij weten, wat God ons in genade schenkt!

‘Waarheid bij Paulus.’

Ja, we komen dat tegen in Romei-
nen 1 waar mensen de waarheid 
aangaande God neerdrukken. De 
mensen doen dat. Door de waar-
heid van God te vervangen door 
de leugen. Ze dienen de schepping
in plaats van de Schepper, God. 
Daar is veel van te zien in deze tijd.

‘Men dient de aarde, de natuur.’

En daarvoor moet de mens opzij.
Men zoekt het in allerlei ‘groene
doelen’ die maatstaf worden voor
het handelen. En dat heeft ook de
nodige financiële gevolgen. Men 
installeert zaken die het landschap
ingrijpend veranderen. Dat alles, 
om zaken te ‘redden’.

‘Men verwacht het niet van God.’

Naar de Schrift komt nog een pe-
riode van 1000 jaar. Zo lang zal de
aarde nog minstens mee gaan. De
enige ware God, de Vader, zal daar
Zelf voor zorgen. Dat is waar men 
volledig op kan vertrouwen. Naar
Zijn belofte ziet Petrus ook uit, hij
getuigt er in de tweede brief van:

nieuwe hemelen en de nieuwe aar-
de echter, overeenkomstig Zijn toe-
zeggingen, waar rechtvaardigheid
woont                     2 Petrus 3:13 

‘De Schriften = de waarheid.’

Paulus zegt dat onomwonden:

Heel de Schrift is God-geademd 
en nuttig tot onderwijzing, tot 
aantoning, tot terechtwijzing, 
tot de opvoeding in gerechtig-
heid              2 Timotheüs 3:16

De waarheid is een thema dat
we regelmatig in zijn brieven te-
rugvinden; hij gebruikt de term
maar liefst 44 keer.

‘Paulus kende de waarheid.’

In Romeinen 1 komt het begrip
twee keer voor:

want verontwaardiging van God
wordt onthuld van de hemel over
alle oneerbiedigheid van mensen,
die de waarheid neerhouden in
onrechtvaardigheid      1:18

Dit betekent, dat waarheid neer-
houden onrechtvaardig is. Want 
men laat wat waar is, weg.

‘God is de Bron van waarheid.’

Het ergste is wanneer men wat 
van God waar is neerhoudt, weg-
drukt of anderszins achterhoudt.
Daar komt de verontwaardiging 
van God over. Slechts weinigen 
maken zich nog echt druk om de
waarheid van en over God, de Va-
der van onze Heer Jezus Christus.
Die is de Redder van alle mensen,
inzonderheid van de gelovigen. 

‘De waarheid komt op tafel.’

Als het om Gods woord gaat, ja. 
En in de nabije toekomst gaat de
wereld zien, dat Openbaring pre-
cies vervuld wordt. In crisis situa-
ties zoals oorlog, is waarheid het
eerste slachtoffer. Dan wordt de
vijand gedwarsboomd, onder an-
dere door het onderdrukken van 
juiste informatie.

‘Dat gaat weleens zo, ja.’

In de tijd van de koude oorlog, in
de jaren 1949-1989, werd in het 
communistische Rusland en aan-
verwante staten (USSR) voortdu-
rend desinformatie en propagan-
da verspreid door de beschikba-
re media. Over ‘het Westen’ en 
het daar heersende kapitalisme.
De waarheid werd onderdrukt.

‘Ook van Gods woord.’

Door incorrecte vertalingen en
desinformatie over God, de Va-
der, werd waarheid onderdrukt.
Gelovigen die aankwamen met 
de feiten uit Gods woord werden
weggezet en regelmatig erger.
Mensen die opkwamen voor dat
woord, werden onderdrukt. On-
derzoekt alle dingen, houd het
goede vast. Weest nuchter en
waakzaam.   

‘Goede verwachting hebben we.’

Het uitzicht is onvoorstelbaar en
zeer groot. Onverdiende gunst. In
een wereld die sterk verandert in
korte tijd. Geloof in de uitspraken 
van God is heel fijn. God geeft de
groei. We zien uit, en blijven nuch-
ter en waakzaam. We hebben de 
helm van de verwachting van red-
ding op (1 Thessalonicenzen 5).

‘Alert zijn op de ontwikkelingen.’

We leven toe naar de eindtijd, we
zijn daar nog niet. Het bijbelboek
Openbaring moet nog in vervulling
gaan. De zeven gemeentes, Open-
baring 2 en 3, zijn Joodse christen-
gemeentes. Dat betreft niet het li-
chaam van Christus. Dat kun je, al
lezend en vergelijkend met Paulus’
brieven, niet volhouden.

‘Dat betreft Israël.’

Ook Openbaring is een voorname-
lijk Joods boek. In Openbaring lees
je, dat deze huidige boze eon uit-
loopt op dictatuur van de wettelo-
ze (het beest). Met name in hoofd-
stuk 13 wordt dat duidelijk. Men 
zal wereldwijd het beeld van het 
beest, en het beest zelf, én de ro-
de draak moeten aanbidden. Dan 
wordt het hoog tijd voor de komst
van de Koning van de koningen; 
de Heer Jezus Christus! 

‘Gisteravond weer Soest.’

Opnieuw de Tabernakel – Typolo-
gie met nu het gouden reukoffer-
altaar als onderwerp. Prachtig, in
het heilige opgesteld vlak bij het 
heilige der heiligen. In feite is ver-
bondenheid met de ark met het 
beschermdeksel aan de orde. Een 
gegeven, dat eens per jaar opviel
in wat de hogepriester deed.

‘Wat moest dan gebeuren?’

Dat is te beluisteren in deze stu-
die, ook nu online beschikbaar.
In al onze dagen, en hoe moei-
lijk kan een dag zijn!, is daar de
warmte van God, de Vader, Die 
ons aanzegt: ‘Ik heb je lief.’
Dat zegt Hij tegen u, jou en mij. 
In de Schrift ligt alles anders dan
wij denken.

‘Ik ben blij met het Woord.’

Dat is ons leven geworden. Zon-
der dat Woord kan het niet meer.
In deze onzekere tijden is daar 
het vaste baken: Zijn woorden, 
die geest en leven zijn. Hij is NB
de Enige Die onsterfelijk is. Hij is
de Ene onsterfelijke in de hemel.
Als het verder mensen betreft is
de hemel leeg. Daar gaat binnen-
kort verandering in komen!