door de beproefdheid van
deze dienst, God
verheerlijkend over de
onderschikking van jullie
belijdenis voor het
evangelie van Christus,
en, in de edelmoedigheid
van de bijdrage voor hen
en voor allen
2 Korinthiërs 9:13
Veel wordt hier gezegd over
de gelovigen. Zij werden wel
beproefd; zij hadden weinig
en er werd een beroep op
hen gedaan. Zij gaven boven
hun vermogen. Paulus stelt
vast, dat zij God verheerlijkten
door onderschikking. Dat is
ook dé plaats voor ons: die
van onderschikking. Dat is
de houding waarin de mens
zich gelukkig weet, als die
zich zo opstelt.
De geest van God werkt in
de mens uit, dat die lief gaat
hebben en gaat geven.
Wat is nodig tot verandering?
Dat mensen het evangelie
van Christus horen, en leren
kennen. Zo leren zij de liefde
van God kennen; en kan de
liefde door Zijn geest in het
hart werken.
De brieven van Paulus ziet u
wanneer u bovenaan in de zwarte
‘balk’ Concordante vertaling aanklikt.
Op uw smartphone ziet u het in het
menu staan als u rechtsboven in
uw scherm de drie horizontale
streepjes aanklikt.
De brieven kunt u per brief lezen
als u erop klikt. Er wordt nog steeds
aan gewerkt; updates volgen.
omdat de dienst van deze
bediening niet alleen is:
opvullende het ontbrekende
van de heiligen maar ook
overvloeiend door veel dank
aan God
2 Korinthiërs 9:12
Het gaat niet alleen om een
stuk gerechtigheid; de arme
heiligen krijgen materieel hulp.
Het is een dienstbetoon, en de
gelovigen in Christus Jezus zijn
daarin dienend en ootmoedig.
Dat is kostbaar in Gods ogen.
Het leidt tot veel dank bij de
heiligen in Jeruzalem. En de
dankbaarheid van de gelovigen
aan God, de Vader, spreekt uit
het zeer milde geschenk.
Het leidt evenzeer tot diepe
dankbaarheid bij Paulus én
medewerkers. Dat alles stijgt
op naar God, als welriekende
reuk, een aangenaam offer.
in alles verrijkt, tot alle
edelmoedigheid, die
bewerkt wordt door onze
dank aan God
2 Korinthiërs 9:11
Wij als gelovigen, zijn rijk.
God koos ons in Christus
uit vóór de nederwerping
van de wereld.
Alle schatten van wijsheid
en kennis zijn in Hem, Die
ons Hoofd is. Dat geeft de
ruimte in je hart, zoals de
Macedoniërs; zij gaven
veel, boven vermogen.
Niet omdat zij materieel
veel bezaten, zij waren rijk
in Hem. Daarom kon veel
gegeven worden. Niet uit
dwang, maar uit dank aan
de grote God en Vader.
Hoe zit het met de ‘gaven van de geest’?
Welke standpunten zijn er?
Waarom somt Paulus enkele rijen met
‘geestelijke inwerkingen’ op in 1 Korinthe 12?
Wat is ‘het volmaakte’ of ‘de rijpheid’ in
1Korinthe 13? Als de Heer terugkomt?
Of ligt het anders?
Naluisteren: deel A en deel B
Copyright © All rights reserved.