Woord vandaag

‘Oh dat vers 2 van Spreuken 16 zat een hoop in.’

We zagen het ook in het volle licht, door wat Paulus in Efeziërs schrijft.
Daar zien we hoe het ten diepste zit. Maar ook ontdek je, dat in Spreuken
al veel staat, dat zeer de moeite waard is te bekijken. In vers 3 ontmoeten
we weer een bijzondere levenswijsheid:

Vertrouw uw werken aan Jahweh toe

en uw plannen zullen bevestigd worden.

Voor ’toevertrouwen’ staat eigenlijk een vorm van het Hebreeuwse werk-
woord ‘galal’, dat ‘rollen, wentelen’ betekent. Het heeft te maken met het
rollen van de tijd, het omwentelen van de dingen doordat beloften van
Jahweh vervuld worden. Ze krijgen gestalte, vorm, door wat Jahweh ge-
sproken en beloofd heeft. Dat wat je doet en hoe je handelt kun je op Hem
wentelen, rollen, als het ware. ‘Wentel uw weg op Jahweh en Hij zal het doen’
zegt Psalm 37:5.

‘Je ontdekt gaandeweg, dat als je eigenwijs je eigen weg gaat, het nogal kan
mislopen.’

Daar wijst het tweede deel van deze Spreuk op:

en uw plannen zullen bevestigd worden

Het woord ‘plan’ heeft te maken met ‘ontwerp, idee, voornemen, dat wat je
bedacht had’. Die dingen worden bevestigd, vast gemaakt, als je ze met Jah-
weh bespreekt en in Zijn licht handelt en wandelt.
Met andere woorden: wees niet eigenwijs, maar wandel in de vrees van Jah-
weh, want dat is het begin van de wijsheid. Dat is werkelijk wijs, mensen
lopen vaak meer achter hun eigen ideeën aan, dan dat ze wachten op God,
en kijken hoe Hij het bedoelt.

‘De Heer zelf was daar toch het grote voorbeeld in?’

Absoluut. Hij deed geen eigen werken, maar die Hij van Zijn Vader zag. Hij
sprak ook alleen de woorden die Hij van Vader hoorde. Hij is de wijsheid van
God. In Hem zien wij Gods wijsheid tentoongespreid. En Hij is het hoofd van
het uitgeroepen lichaam. Omdat wij zo nauw met Hem verbonden zijn, wordt
Gods wijsheid en mildheid door de gemeente heen tentoongespreid, aan de
hemelingen en ook aan heel de schepping in de komende eonen!


Woord vandaag

‘Weer bijzonder zo’n spreuk van Salomo.’

Ja, het blijft onderwijzend, leerzaam en opbouwend om je daar mee
bezig te houden. Het woord ‘spreuken’ is in Hebreeuws: ‘masjal’. En
dat woord heeft te maken met ‘regeren’. Het gaat dus om spreuken, die
over het (dagelijks) leven regeren. Een spreuk werd ook geuit, om een
zekere waarheid weer te geven, maar vaak zit er ook een verborgen be-
tekenis in. Een parallellisme heeft vaak een diepere, verborgen beteke-
nis in zich. Daarom stuiten we met enige regelmaat op bijzondere zaken,
als we een laag (of een paar) dieper afsteken.

‘Wat wil vers 2 van hoofdstuk 16 dan zeggen?’

Al zijn wegen zijn iemand zuiver in zijn eigen ogen,
maar Jahweh toetst de geesten.

De mens kan menen, dat hij of zij zuivere wegen gaat of dat
het pad wat hij inslaat zuiver is, maar de mens weet echter
vaak niet wat zijn gedachten beïnvloed heeft om die weg te gaan.
Mensen kunnen ‘hun gedachten ordenen’ en dan een beslissing
nemen welke kant op te gaan, maar zij zijn zich vaak niet bewust,
dat zij door andere geesten, onzichtbare krachten en machten ge-
dachten ingegeven kunnen krijgen. Dat is een vaak onbekend ter-
rein waar veel te weinig bij stilgestaan wordt.

‘De mens  heeft kennelijk geen vrij wil?’

Dat is weer een onderwerp apart, maar om er antwoord op te geven:
nee, de mens heeft geen absoluut vrije wil, maar wel een eigen wil.
En die wil wordt dus door allerlei factoren bepaald. De mens denkt
dan weliswaar wel een vrij wil te hebben en een keuze uit eigen vrije
wil gemaakt te hebben, maar in de praktijk is dat niet mogelijk.

´Maar wat betekent het tweede deel van deze spreuk?’

Jahweh toetst de geesten, of Jahweh reguleert de geesten, dat wil zeg-
gen: Hij formeert de geest van de mens en bepaalt wat de mens in het
leven zal gaan doen, hoe de levensloop eruit ziet. Kortom: we hebben
als mens niet zoveel te vertellen tegenover God. Paulus drukt het later
helder uit: God is het, die alles bewerkt in overeenstemming met de raad
van Zijn wil. Iemand kan wellicht tijdelijk tegen Gods wil ingaan, maar
nooit tegen de raad van Zijn wil. Immers: Jahweh reguleert de geest van
de mens!

Woord vandaag

‘He wat een zegen hebben wij ontvangen in het evangelie he.’

Heel bijzonder, dat dat hele woord van God zegt wie Hij is en dat Hij het is,
die de mens geschapen heeft, gezegend heeft en een geweldige toekomst
geeft. Dat hele woord is tot onze onderwijzing geschreven, zegt de apostel
in Romeinen 15:4,5. Heel bijzonder dat heel de Bijbel door God geïnspireerd
is, door Hem doorademd is.

‘Geweldig hoor, en wij mogen daar dagelijks uit putten.’

We gaan nog verder in Spreuken, het 16e hoofdstuk geeft ook weer veel om
te overdenken, vers 1:

een mens heeft overleggingen in het hart,
maar het antwoord van de tong komt van Jahweh

Het hart van de mens, is de kern, daaruit komt de levenswandel tot stand.
Dat uit zich allereerst in wat hij zegt. wat uit de mens komt in woorden, zegt
alles over wat in het hart is. In Romeinen 3 geeft de apostel een bloemlezing
van wat er zoal de mond van de ongelovigen verlaat (en helaas soms ook bij
gelovigen):

..allen zijn zij afgedwaald, samen zijn zij nutteloos geworden. Er is niemand
die goed doet, er is er zelfs niet één.
Hun keel is een geopend graf, met hun tong plegen zij bedrog,  slangenvenijn
is onder hun lippen. Hun mond is vol vervloeking en bitterheid….

We kunnen niet zeggen, dat Paulus onduidelijk is. Wellicht is hij daarom niet
bepaald populair bij de meeste gelovigen.
Mensen vinden het vaak nodig, te pas en te onpas hun mening te ventileren, en
daar komt nogal eens een bedenkelijke reuk vanaf. De reden is helder: als het
hart vol is van allerlei bedenkelijke zaken, komt er uit de mond niet veel goeds.

‘Ja, Paulus is helder. Hij zegt hoe het zit.’

Spreuken 16:1 spreekt over wat de mens aan overwegingen in het hart kan hebben,
en zich misschien bij zichzelf voorstelt wat hij kan zeggen in die of die situatie, het
blijkt altijd weer anders te zijn hoe het er uit komt. Dat wordt door God bepaald:

maar het antwoord van de tong komt van Jahweh

Wat mensen uiteindelijk wel of niet zeggen, wordt door God, door Jahweh, bepaald.
In het bijzonder blijkt het, als mensen door heilige geest geleid worden, woorden
van God te spreken. Dat deden de profeten van Tenach en de apostelen later. Het
antwoord dat een mens geeft, komt van Jahweh! Als onze tong geleid wordt door een
hart dat van God is, komen er Psalmen, lofzangen en geestelijke liederen uit. Dan zal
het spreken anders zijn dan het bedenkelijke niveau van de wereld.
Laten wij onderling elkaar opbouwend spreken!

Romeinen studie 2012

Op 7 februari 2012 kwam 15:4,5 naar voren.
Al wat tevoren geschreven werd, werd tot onze onderwijzing
geschreven, schrijft de apostel, die zo goed ingevoerd was in
de Tenach. En daarin zit volharding en vertroosting, en dat
is inderdaad rijk aanwezig. Dat leidt ook tot verwachting!
U kunt deze avond deel A hier en deel B hier beluisteren.
Ten slotte kunt u hier de presentatie downloaden.

Woord vandaag

‘He best mooi dat we een heel hoofdstuk uit Spreuken hebben
bekeken. Gaan we door?’

Hoofdstuk 16 is op zich ook weer zeer de moeite waard. We kunnen
kijken, het geeft mensen wel rust, in deze tijd waarin in de wereld alles
steeds chaotischer wordt. De hele wereld ligt in het boze en daarom
hoeven wij het van de wereld niet te verwachten. Wel van de God van
de volharding en de vertroosting, die ons een geweldige verwachting
geeft. Dat geeft moed in ogenschijnlijk uitzichtloze situaties.

‘Ook Abram leefde in hoge verwachting van wat God zou gaan geven.’

Abram verwachtte de stad met fundamenten. Die grote stad, die neer
zal dalen op de nieuwe aarde, met pleinen van goud en allerlei kostbare
edelstenen. Ongelooflijk, wat een stad zal dat zijn, badend in het licht van
het Lam (de Heer zelf) en Zijn gemeente, Zijn lichaam.

‘Weet je, dat ik me dat nauwelijks voor kan stellen?’

We hebben de enorme verzekering, dat als onze Heer Jezus Christus komt,
Hij komt als redder. Hij zal dan ons vernederd lichaam veranderen zodat
het gelijkvormig zal worden aan Zijn verheerlijkt lichaam, waarmee Hij de
latere apostel Paulus tegemoet kwam in Syrië waardoor hij 3 dagen blind
was, een licht omscheen hem, feller dan de middagzon.

‘Dat licht gaan wij dus ook uitstralen?’

Ja, hoe moeilijk wij dat nu ook kunnen voorstellen. Nu al kunnen wij op
een andere manier licht geven; doordat wij wandelen in deze donkere en
duistere wereld als zonen van het licht en zonen van de dag, die komt.
Paulus wijst daarop in 1 Thessalonicenzen 5, als hij over de toekomstige
dingen spreekt. Juist in het licht van die grote toekomst bemoedigt hij ons
om zo te wandelen! Hij komt, en in dat licht wandelen wij vandaag!