Romeinen studie 2012

Deze bloemen zijn vernoemd naar
iemand uit de oudheid; zo ook een van de heiligen in Rome.
Paulus doet groeten aan heel wat mensen daar. Boeiend te
zien wie hij allemaal met name kent. Soms hebben men-
sen in de Schrift geen naam…. Luister naar deze avond
die afgelopen dinsdag 13 november 2012 werd gehouden.
Deel A en deel B kunt u downloaden en beluisteren en de
presentatie is handig om mee te lezen.

Woord vandaag

‘Prachtig, die betekenissen van de materialen van de tabernakel
en de tempel.’

Ja, werkelijk schitterende typologie zit erin verborgen. Hebreeën is
er vol van. Alles heeft zijn geestelijke betekenis. Daar zouden wij naar
zoeken in de Schrift. Wat zegt het ons? Wat heeft het te betekenen?
Wat zegt het van de Heer? Dat laatste zouden wij ons allereerst afvra-
gen. Het gaat uiteindelijk om Hem in de Schriften.

‘Men is vaak gewend de Schrift anders te lezen: op de mens gericht, zo
van wat heb IK eraan?’

De vraag is anders he: Wat zegt het over Hem? Wat is er in dit gedeelte
tot Zijn eer? Verheerlijkt het God, Christus? En hoe dan?
Want dat is het werk van de heilige geest: ‘die zal uit het Mijne nemen
en het jullie verkondigen; die zal Mij verheerlijken’ (Johannes 16:14).
Het werk van de heilige geest is: troosten door het Woord, want de Heer
zei tegen Zijn discipelen, dat Hij een andere trooster zou sturen. De Heer
zelf was dus op dat moment de vertrooster van Israël.

‘En de heilige geest spreekt niet over en van zichzelf.’

Het werk van de heilige geest is de toekomende dingen verkondigen.
Die geest zal God en Jezus Christus verheerlijken en de mens echt
troosten zoals niemand dat kan. Het is veelomvattend wat de Heer van
het werk van de heilige geest vertelde aan Zijn discipelen.
Wij zijn verzegeld met de geest van de belofte, de heilige, schrijft Paulus
aan de Efeziërs. En dat zelfs tot in de dag van de vrijkoping, die dag dat
ons lichaam veranderd zal worden en gelijkvormig aan Zijn heerlijk-
heidslichaam. Die dag, dat de onze Redder, de Heer Jezus Christus zal
komen en ons zal redden!

Opmerkelijk

PKN blijft bij artikel 37 NGB

Het kerklid Daaf Bokhout uit Haarlem diende enige tijd geleden
een gravamen (bezwaarschrift) in tegen artikel 37 NGB, dat stelt:

“Ten laatste geloven wij, volgens het Woord Gods, dat, als de tijd, door de
Heer bepaald (die alle schepselen onbekend is), gekomen, en het getal van
de uitverkorenen vol zal zijn, onze Heer Jezus Christus uit de hemel zal
komen, lichamelijk en zichtbaar, gelijk Hij opgevaren is, met grote heerlijk-
heid en majesteit, om Zich te verklaren een Rechter te zijn over levenden en
doden; en deze oude wereld in vuur en vlam te stellen om haar te zuiveren.
En dan zullen persoonlijk voor deze grote Rechter verschijnen: alle mensen,
zowel mannen als vrouwen en kinderen, die van het begin van de wereld
af tot het einde toe geweest zullen zijn, gedagvaard door de stem van de aarts-
engel en door de klank van de bazuin van God…….
Dan zullen de boeken (dat is: de gewetens) geopend, en de doden geoordeeld
worden, naar hetgeen zij in deze wereld gedaan zullen hebben, hetzij goed of
kwaad……
…zij (de uitverkorenen) zullen de schrikkelijke wraak zien die God tegen de
goddelozen doen zal, die hen getiranniseerd, verdrukt en gekweld zullen
hebben in deze wereld. Die overwonnen zullen worden door het getuigenis
van hun eigen geweten, en zullen onsterfelijk worden, maar zo, dat het zal
zijn om gepijnigd te worden in het eeuwige vuur, dat voor de duivel en zijn
engelen bereid is…… “

Terecht, dat een kerklid hiertegen bezwaar maakt. Artikel 37 NGB houdt in,
dat de ongelovigen onsterfelijk gemaakt zullen worden met de bedoeling
hen te pijnigen in het eeuwige vuur. Oftewel: eeuwige pijniging.

Nadat een commissie (….) zich hierover had gebogen, gaf de commissie het
advies aan de algemene synode (kerkvergadering) van de PKN (de op 1 mei
2004 opgerichte Protestantse Kerk in Nederland) om het bezwaarschrift af
te wijzen, omdat er onvoldoende grond in de Bijbel zou zijn voor een alge-
mene verzoening van de mensen. Dit advies is door de synode van de PKN
op zaterdag 10 november 2012 overgenomen.
Het kerklid wilde een aanvullende verklaring bij dit artikel.
Het oordeel van de synodecommissie luidde, … ‘dat er geen bijbelse onder-
bouwing voor de stelling is, dat God elk mens vergeeft en iedereen naar de
hemel gaat, oftewel de alverzoening’.
De synode was het daarmee eens. Sechts drie van de 113 aanwezige leden
stemden tegen. Door het rapport te aanvaarden, wees de synode het be-
zwaar af.

We zien hier de officiële leer van de PKN, en heel wat andere kerken, die
ook dit belijden. Merkwaardig genoeg stelde synodeadviseur Klaas Spronk
dat het lastig is op basis van de Bijbel een besluit te nemen. ‘Alsof het mo-
gelijk is een beslissende lijn te trekken. Er zijn nu eenmaal veel stemmen
in de Bijbel’….

En uit meer reacties bleek de verlegenheid over dit onderwerp. Heel voor-
zichtig is men om artikel 37 te veranderen, terwijl artikel 37 zelf wel ge-
handhaafd blijft. Het artikel trekt wél een beslissende lijn (eeuwige pijn
voor de ongelovigen); men wil het niet veranderen. Het zou goed zijn, als
alle synodeleden het boek ‘Het ene doel van God’ van wijlen ds. Jan Bonda
zouden lezen en bestuderen. Graag met open Bijbel erbij, om te ontdekken
wat de apostel Paulus in Romeinen eigenlijk schrijft…..

Woord vandaag

‘Dat hout in de tabernakel en tempel spreekt van het
mens-zijn van de Heer Jezus, en het goud?’

Het goud spreekt van het blijvende, onvergankelijke, on-
verderfelijke. Je kunt zeggen: het opstandingsleven van de
Heer. Hij is gesteld als hogepriester naar de ordening van
Melchizedek, en dat volgens een onvernietigbaar leven, zo
schrijft Hebreeën dat. Hij zal in de komende eon als hoge-
priester naar deze ordening functioneren.

‘Dat is dus niet voor altijd?’

In deze functie blijft Hij niet eindeloos. Hebreeën gebruikt
woorden die wijzen op een eindigheid ervan. De functie van
een hogepriester is er een van bemiddeling; mensen doen na-
deren tot God. Dat zal zo zijn in de duizend jaren en daarna,
als Israël eerst functioneert als koninklijk priestervolk onder
leiding van de Heer Jezus Christus en daarna als koningen in
de tijd van de nieuwe aarde, de laatste eon.

‘Maar priesterschap is toch niet langer nodig op de nieuwe
aarde?

Nee, want dan woont God zelf te midden van de mensen. Het
koningschap is nog wel nodig. Er is dan kennelijk nog weer-
stand, niet allen onderschikken hun leven dan aan de Messias
Jezus, de Zoon van God. Zolang die onderschikking nog niet
volkomen is, is koningschap noodzakelijk.
Maar er zal een moment aanbreken, als de onderschikking op
aarde van de volkeren een feit is, dat de tweede dood (de poel
van vuur) zal worden opgeheven, en de hemelingen ook tot vol-
ledige onderschikking zijn gebracht, dat ook de Zoon zelf zich
zal onderschikken aan Vader, opdat God zij alles in allen!

Woord vandaag

‘Het einde van het judaïstische systeem wordt ingeluid door
de terugkeer van Jezus Christus?’

Exact ja, de Joden weten het zelf ook. De rabbijnen weten heel goed,
dat als de Messias komt, dat het einde betekent van het judaïsme,
trouwens van alle religie. In het prachtige boek Daniël wordt dat
beschreven. Niet alleen de koninkrijken van de aarde, maar ook alle
religies zullen verdwijnen als de Messias Jezus komt en alle vijanden
zal uitschakelen, uiteindelijk ook Babel.

‘Vanuit Babel komt alle religie?’

Het begrip ‘religie’ heeft volgens de Bijbel te maken met sidderen
van angst voor demonen. Religie en religieuze systemen kenmerken
zich doordat zij van de mens eisen. Mensen moeten dingen doen, ri-
tuelen volbrengen, zich houden aan conventies, voorschriften, regels
en anders komt men ‘er’ niet. Dat ‘er’ kan van alles zijn: God, nirvana,
walhalla, de 7e hemel, opgaan in het niets, het paradijs, et cetera.

‘Maar het geloof van Jezus Christus is dan toch de uitzondering?’

Ja, het evangelie is Gods kracht (dus niet die van de mens) tot redding
voor eenieder die gelooft (en geloof is eerst Zijn geloof). Het is in genade

omdat ook het geloof volgens Romeinen 4:16 overeenstemt met genade.
En dat kenmerkt een echte geloofsgemeenschap.Een plaatselijke ekkle-
sia (gemeente), die leeft uit geloof is dan per definitie géén religieuze
groep. Heel eenvoudig gezegd: een groep die werkt met wetten en regels
is religieus en een groep waarin alleen genade geldt, is een
geloofsge-
meenschap
.

‘Als ik het goed begrijp gaat het erom: wat wordt van de mens verwacht
en wat wordt van God verwacht?’

Als er iets van de mens als aanvullende ‘prestatie’ verwacht wordt, zit je
in de religieuze sfeer, misschien erg humaan (mensgericht), maar toch.
Als alles van God verwacht wordt, is het wandelen door geloof, zoals een
Abraham leefde, volledig het verwachtend van en vertrouwend op de be-
loften van God. En dít is het voorbeeld voor de niet-religieuze gelovige,
die leeft -net als Abraham- op de beloften van God!