5 december 2019
‘We onderschikken ons aan Hem.’
Dat is de lijn van Efeziërs 5:21-6:9. En
daarin lees je hoe dat uitwerkt in de
praktijk. In het eerste deel 5:22-33 is
het huwelijk aan de orde. Als je dat
gewoon leest, is het helder:
Christus heeft de gemeente lief, en
die onderschikt zich aan Christus; de
man heeft zijn vrouw lief en die on-
derschikt zich aan haar man. Zij res-
pecteert haar man; de man zou zijn
vrouw liefhebben.
‘Dat is het. Dat staat daar.’
Het vervolg is, dat kinderen de ouders
gehoorzamen (en zich dus onderschik-
ken). Werknemers (slaven) gehoorza-
men de heren naar het vlees (werkge-
vers) heren (bazen) kijken naar hun
Heer in de hemel en dreigen niet. Een
eenvoudige lijn, zou je zeggen. Andere
uitleggers menen echter, dat de tekst
van 5:21 anders uitwerkt –praktisch.
je aan elkaar onderschikkend in de
vrees van Christus
‘Hoe kun je dat zien?’
Dat geldt in gemeenteverband als je
elkaar in gemeentelijke samenkom-
sten tegenkomt. Het sluit aan, zo zou
je kunnen denken, op vers 2. Je leest
daar: wandelt in de liefde zoals ook
Christus jullie liefheeft en Zich ter wil-
le van ons heeft overgegeven
Wanneer wij zo met elkaar omgaan in
het lichaam van Christus is wederzijd-
se onderschikking een feit. Efeziërs 5:
21 zegt niet, dat de man en de vrouw
aan elkaar onderschikken in het huwe-
lijk; dat is strijdig met 5:22-33.