19 december 2009

Een rooms-katholiek, een gereformeerde, een pinkstermens, een baptist, een kerklid van de Nazarener en een zevendedagsadventist komen in een samenkomst waar de Schrift geopend en gesproken wordt.
Zij delen met elkaar het geloof in de Opgestane. Zij bevinden zich in verschillende richtingen. Toch zijn zij één. De onderlinge verschillen in opvatting zijn er. Niettemin
bestaat er geen enkele hindernis om in zo’n samenkomst het geloof te laten opbouwen en te belijden. Wellicht moet er door de Schriften nog flink in de traditionele opvattingen geschoffeld worden, maar onkruid wieden is altijd goed!
Dan kunnen de planten en het gewas flink doorgroeien.

Paulus sprak op de Areopagus tegen pure heidenen. Hij haakte aan bij hun denken, wist hoe ze dachten en predikte hun de Opgestane. Daarna haakten onmiddellijk velen af, maar sommigen geloofden. Het gaat God om die enkelingen, die Hij roept.
Al die geroepenen ontvangen opbouw door rond het Woord samen te komen en het geloof in de opgestane Heer Jezus Christus te delen. Het woord wordt gesproken tot opbouw, en zet de gelovigen aan tot dienstwerk. Allen dienen, op een of andere manier. God bedoelt dat. Een van de grote hindernis, die dat dienstwerk vaak in de weg staat, is het vlees.

Paulus schrijft daarover: ‘ Met Christus ben ik gekruisigd, en toch leef ik, dat is niet meer ik, maar Christus leeft in mij. Voor zover ik nog in het vlees leef, leef ik door het geloof van de zoon van God, die mij liefheeft en zich voor mij overgeeft’
Galaten 2:20
Zo was het niet langer zijn eigen leven (het vlees), wat hij uitleefde, maar het leven van de Zoon zelf!

18 december 2009

De tegenwerker wil de gelovigen uit elkaar spelen, verwarring zaaien (duivel = diabolos = door elkaar werper!) en zo het bewaren van de eenheid van de geest verstoren. De successen die hij behaalde zijn ongekend.
Op minuscule punten zijn groepen gelovigen gesplitst. Nederland excelleert in splijtingen, schisma’s en splitsingen. Gereformeerd kent vele stromingen, pinksteren niet minder, baptisten kennen er ook een paar, en zo voorts.
En toch is er de eenheid van de geest. Alle gelovigen zijn één.

‘Want gelijk het lichaam één is en vele leden heeft, en al de leden van het lichaam, hoe vele ook, één lichaam vormen, zo ook Christus; want in één geest zijn wij allen tot (nb) één lichaam gedoopt, hetzij Joden, hetzij Grieken, hetzij slaven, hetzij vrijen, en allen zijn wij met één geest gedrenkt.’ (1 Corinthiërs 12:12,13)

Dit heeft absoluut niets te maken met plaatselijke groepen gelovigen. Hier staat, dat alle leden (wereldwijd, vanaf de roeping van Paulus tot nu toe) samen één lichaam vormen. Dát is het lichaam van Christus. Steeds wanneer gelovigen samenkomen, al is het in kleine kring, is dat een uitdrukking van het lichaam van Christus. Zij denken over alle onderwerpen verschillend, en toch zijn zij een eenheid en weten zij zich één met alle gelovigen. Rondom het Woord vinden de gelovigen elkaar, hoewel zij enorm van opvattingen kunnen verschillen. Kenmerk: die ene geest waarin allen gedoopt zijn op het moment dat zij tot geloof kwamen. Dát is de wijze waarop iemand lid wordt; alle vormen van lidmaatschap op papier zijn een ontkenning van de eenheid van de geest.
Al die gelovigen kennen één hoofd: Christus Jezus, die voor hen zorgt, hen voedt en koestert; het gaat om leden van Zijn eigen lichaam!
Binnen dat lichaam geeft God evangelisten, herders en leraars om de gelovigen op te bouwen door hun dienstwerk en toe te rusten in het geloof, tot dienstwerk.
Zij dienen de gelovigen en de gelovigen hebben ieder individueel geloof, naar de mate die God geeft.
Laten wij de eenheid van de geest bewaren met de band van de vrede!

17 december 2009

De eenheid van de geest omvat alle gelovigen van deze tijd, waarin het lichaam van Christus geroepen wordt.
De geroepenen zijn ook uitgekozen vóór de nederwerping van de wereld.
Zij zijn ook tevoren gekend en tevoren bestemd.
Waarvoor? Tot gelijkvormigheid aan het beeld van de Zoon!
Zij, wij, zullen dezelfde heerlijkheid uitstralen als de Zoon zelf! Dat is moeilijk voor te stellen, maar Gods woord zegt het en dat is voldoende.
Omdat Zijn geest nu al in ons woont, kunnen wij dezelfde trekken als de Zoon vertonen in liefde, vreugde, vrede, geduld, zachtmoedigheid, kortom: de vrucht van die geest in ons leven van elke dag!
God zet al die gelovigen bij elkaar in dat ene lichaam. Steeds waar gelovigen bij elkaar komen (vanzelfsprekend rondom Gods woord) is er een uitdrukking van het lichaam van Christus, de uitgeroepenen. Al die gelovigen zijn één. God zij dank hoeven zij die eenheid niet van buitenaf te fabriceren of op te leggen.
Wij bewaren de eenheid van de geest met de band van de vrede, ongeacht de verschillen van inzicht over diverse onderwerpen. Die verschillen zijn er nu eenmaal,
maar die verstoren de eenheid van de geest niet. Alle pogingen om in een geloofs-groep leerstellingen te handhaven om zo (naar buiten toe) een eenheid te vormen, zijn bij voorbaat gedoemd te mislukken. Zulke pogingen ontkennen juist de eenheid van de geest!

Waar een groep gelovigen al te veel één persoon (en de conclusies die hij uit het woord trekt) gaat volgen, bestaat het gevaar, dat de eenheid van de geest niet langer bewaard wordt. De gelovige is zelf verantwoordelijk, het gesprokene uit de Schrift te toetsen aan de Schrift zelf en wat die Schrift zelf zegt, te geloven. Op die manier volg je geen mens meer, maar de Heer, Christus Jezus.

Wij geloven God op Zijn woord!

16 december 2009

Paulus schreef als apostel en leraar van en voor de natiën zijn brieven. Een knip aanbrengen in dat geheel van brieven (13 of 14, als je Hebreeën als een brief van Paulus beschouwt) zoals sommigen doen, is een hachelijke zaak.
In feite kun je dat op basis van de inhoud van die brieven niet doen.

De brieven van de apostel doen je groeien van baby tot kind en tot volwassene in het geloof. De eerste levensbehoefte van een mens is eten en drinken. Het geestelijke voedsel, dat wij ontvangen, is te allen tijde Gods woord. Voor de gelovige vandaag spitst zich dat toe op de genoemde brieven. Dat is ons rijke geestelijke voedsel, naast al het andere, dat Gods woord ons biedt.

Daarom is het ondenkbaar, dat gelovigen samen kunnen komen zonder dat daarbij het Woord opengaat en gesproken wordt. Zonder dat is gemeenschap van de heiligen onmogelijk! Andersom gezegd: alleen zó is er waarachtige opbouw. De eenheid van de geest ís er, en die mogen wij bewaren met de band van de vrede.

In kerken en geloofskringen wordt regelmatig geopperd, om gesprekskringen te hebben, om met elkaar over het Woord te praten. Als je leest wat Paulus doet in Handelingen, dan zie je, dat hij uit het Woord spreekt. Dat geeft voeding, opbouw en bevordert het geestelijk leven. Dan is niet de vraag: wat vind jij of ik, maar wat zegt Gód. Hij is machtig genoeg om zichzelf uit te drukken in woorden die een mens kan begrijpen, Hij is God en dus spreekt Hij! Laten wij Bereëers zijn en dagelijks nagaan in de Schriften of de dingen zijn zoals de spreker het heeft gezegd!

Dan gaat het niet om mensen, want de een (Paulus) kan planten, de ander (Apollos) kan begieten, maar God geeft de groei!

15 december 2009

God zal tijden van verademing voor Israël geven. Daarvoor doet Hij het eerst door een zware druk heengaan; de grote verdrukking. De Heer Jezus spreekt daarover in Mattheüs 24; het hoort bij al die gebeurtenissen, die moeten gebeuren. Het kan niet anders.
Ook voor de gelovige vandaag ligt verdrukking op de weg, die God met je gaat. In Romeinen 5:3-5 lezen wij zelfs, dat wij kunnen roemen in de verdrukkingen. Dat zegt ervaringsdeskundige Paulus, en hij geeft een duidelijke lijn: de verdrukking werkt volharding uit, en die volharding beproefdheid en de beproefdheid verwachting.  En die verwachting beschaamt niet; de liefde van God is in onze harten geschonken door Gods geest. Het diepe besef van Gods liefdevolle hand in ons leven, geeft kracht in verdrukkingen, volharding in beproevingen. Hij doet alles samenwerken en brengt daaruit het goede voort. Daarbij is Hij bij machte veel meer te doen dan wij verzoeken of bidden!
Ook wij laten soms ons hoofd neerzakken en kijken omlaag. Omhoog kijken met je hart en je gedachten, naar God opzien, dát is werkelijk kracht hebben om in je om-standigheden te kunnen staan. Het is Zijn genade in je, Hij geeft de kracht, Hij zal het doen, ook vandaag!
En zo gaan wij door verdrukkingen heen naar heerlijkheid, die God absoluut zeker zal geven. Het licht, dat wij straks lijfelijk zullen uitstralen, zal overweldigend sterk zijn. Zo is voor ons Zijn woord het licht, dat Hij in ons geeft, om te leven, bezig te zijn tot Zijn eer. Onmisbaar: Gods woord, dat geest en leven en licht is!

‘De Heer is mijn licht en mijn redding, voor wie zou ik vrezen?’ Psalm 27:1