Woord vandaag

‘We dwaalden wel af gisteren, maar toen ik er over nadacht drong
het tot mij door dat het allemaal in elkaar grijpt. Leven in geloof
is leven uit en op grond van de beloften die God geeft.’

Het feit, dat wij uitzien naar de bazuin van God is ook leven in geloof.
Het is geen zaak van zenuwachtigheid, maar van uitzien naar wat God
gaat doen. Dat geldt voor het hele wereldgebeuren. We zien hoe God
alles uitwerkt. Druk op Israël zal alleen maar toenemen, dat staat er.
En alle pogingen die druk weg te nemen, zullen stranden. Er staat het
volk nog heel wat te wachten.

‘Je doelt nu op de grote verdrukking waar de Heer Jezus van spreekt?’

Zeker! Dat zal moeten komen, het is onontkoombaar, God gaat Zijn
voorgenomen weg niet wijzigen. Het staat geschreven, dus zal het
gebeuren ook. Niet prettig, maar het moet.

‘Wij leven ons leven met Hem en wachten af? Is dat niet erg passief?’

Je vergeet kennelijk, dat zo’n leven heel erg actief kan zijn! In die drukte
zijn we in ons hart gerust, omdat wij weten, dat God alle dingen doet
meewerken tot het goede. Het is Zijn hand, die wij zien in alle dingen.
Dat is iets wat je leert gaandeweg. Daarop vertrouw je en tegelijk zit je
niet stil, ben je actief.

‘Het leven in geloof is eigenlijk heel mooi, omdat je niets moet of hoeft,
je leeft ontspannen uit de hand van God.’

Er komen onderweg best problemen op je af, maar je hoeft niet zelf alles
op te lossen, vaak kan dat ook niet en ben je gehouden te wachten op God,
hoe Hij het uitwerkt. Dat geldt voor het wereldgebeuren, voor je familie,
je eigen leven, het is allemaal in Zijn hand!

Woord vandaag

‘He dat van gisteren gaf wel wat houvast. Het is een kwestie van de
principes van Gods woord volgen.’

Dat deden die gelovigen uit Hebreeën 11 ook. Zij leefden op de beloften
die God gegeven had. Dát was hun kracht om zo te kunnen leven.
Overigens worden alleen specifieke illustraties uit hun leven genoemd
terwijl wel heel hun leven in geloof geleefd werd.

‘We leven in verwachting van de vervulling van al die beloften. Als je
langer op weg bent lijkt het soms dat God de vervulling uitstelt.’

Dat lijkt zo. We zouden het liefst willen, dat vandaag de bazuin van God
zou klinken en dat wij de Heer ontmoeten in de lucht. Iemand zei eens
tegen mij, dat er pakweg 30 jaar geleden ook met vuur over de spoedige
terugkeer van Jezus Christus werd gepredikt. Daarmee bedoelde hij, dat
het misschien nog wel 30 jaar kan duren voordat het zo ver is.

‘Ja dat soort opmerkingen hoor je regelmatig. Je proeft er soms een beetje
cynisme in. Al die mensen uit Hebreeën 11 zijn gestorven zonder dat zij de
vervulling van de beloften meemaakten.’

Daarmee is de vervulling dus nu veel en veel dichterbij dan toen! En als er
al 200 jaar gesproken wordt over de terugkeer van Jezus Christus en het
herstel van Israël, dan zitten we er nu helemaal dicht bij! Bovendien waren
de landen als Irak, Iran, Turkije, Egypte, Libanon, de Filistijnen en zo voorts
niet zo op de kaart als dat nu het geval is. Je moet wel heel wat profetie weg-
redeneren als je de huidige samenstelling van landen rondom Israël niet als
vervulling van profetie ziet.

‘Dat is wel zo, het wordt steeds spannender daar. De dingen kunnen van de
ene op de andere dag ingrijpend wijzigen. Als je naar 9/11 kijkt, had dat een
enorme impact in de wereld, waardoor Afghanistan en Irak werden aange-
vallen.’

Ja en met name dat laatste (Irak) is van groot belang, in verband met Babel,
dat in dat land ligt. Babel speelt een prominente rol in de eindtijd; het was
altijd al de hoofdstad van wereldrijken en zal dat ook van het laatste wereld-
rijk zijn. Maar liefst 3 hoofdstukken worden in Openbaring aan de ondergang
van Babel gewijd, omdat het tevens de ondergang van het laatste wereldrijk
inhoudt.

‘Zo gezien, is het allemaal brandend actueel wat er geschreven is in de profetiën
van de Bijbel!’

Daarachter staan de onwrikbare beloften van de grote God van Israël, Jahweh,
die ál Zijn beloften zal waarmaken! Maar eerst moet de gemeente, het lichaam
van Christus, weggerukt worden, en dat is wat mij betreft: binnenkort!

Woord vandaag

‘Een leven door of in geloof, dat is best lastig soms. Je hoort dat
woord, maar het is niet tastbaar. We zien nu niet wat ons wacht.’

De gelovigen die in Hebreeën 11 genoemd worden, keken uit naar
iets beters. Dat deden zij door de beloften die zij ontvingen.
Abraham verwachtte de stad met fundamenten, hij heeft die in zijn
leven nooit aan kunnen raken. Hij ging op weg in zijn leven, met het
woord dat God hem gaf. Hij leefde in geloof.

‘Dat klopt ja, maar wat doe je ermee? Het geeft een verwachting. Maar
je leest niet hoe je moet handelen elke dag.’

De Bijbel is geen kookboek a.h.w. met kant-en-klare recepten voor ieders
persoonlijke leven van dag tot dag. Paulus schrijft wel gericht op de prak-
tijk, maar houdt dat toch algemeen. Hij heeft het over gehoorzaamheid en
onderschikking als een logisch gevolg van de ontvangen beloften.
Het is logisch dat een werknemer zich onderschikt aan een werkgever, het
is voor de gelovige normaal.

‘Ja, ok. Maar wat nou als die werkgever fraudeert? En jij ziet dat en werkt in
dat bedrijf?’

Allereerst is dat een zaak van die werkgever tegenover andere bedrijven en/of
tegenover de overheid. Als het naar jouw inzicht de spuigaten uitloopt en je
kunt er niet langer tegen, dan kun je een andere baas gaan zoeken die dat niet
doet. Maar dat is altijd jouw verantwoording en beslissing in afhankelijkheid
van de Heer,
niet omdat een andere gelovige dat gezegd of aangeraden heeft.

‘Maar kun je die werkgever er dan niet op wijzen dat hij echt goed fout zit?’

Denk je dat die werkgever dat niet weet? Die er bewust mee bezig. Als hij de
belastingdienst wil oplichten, dan draagt ooit de overheid dat zwaard niet
zomaar, maar zal die werkgever dat ondervinden.

‘Oke, duidelijk. Maar wat nou als je werkgever een onmogelijk mens is?’

Wat denk je zelf? Wat staat er dan? Wat schrijft Paulus?

‘Nou ja, dat wij ons als werknemers zouden onderschikken.’

Dat lijkt mij ook. En dat klopt met de leer van God. Uiteindelijk leidt
Gods plan ertoe, dat elk schepsel, inclusief de Zoon zelf, zich onderschikt
aan God, de vader. Wij kennen dat einddoel al. Daarom lopen wij voor die
muziek uit en onderschikken ons nu al. Simpel toch?

Woord vandaag

‘Nu sprak jij zondag over Kaïn en Abel. Een moeilijke geschiedenis, ook
wel weer eigenaardig, dat de eerste doodslag al op de eerste bladzijden
van Zijn woord te vinden is.’

Het gaat zelfs om eigen familie! Broers die elkaar doodslaan; het gebeurt
in geestelijk opzicht vandaag net zo goed, binnen groepen gelovigen.
Daar waar de een de ander haat, staat dat gelijk aan elkaar ombrengen.

‘Ligt dat echt zo scherp?’

Volgens de apostel Johannes wel ja. Die refereert aan de geschiedenis
tussen Kaïn en Abel en merkt daarbij op, dat het elkaar liefhebben van
God is en het elkaar ombrengen uit de diabolos, de tegenwerker. Die is
een mensenmoorder vanaf het begin. En: hij staat niet in de waarheid.

‘Kaïns werken waren boos, staat er bij he in 1 Johannes 3:11,12. Dat heeft
dan met de boze te maken?’

Precies. Die is er op uit tweespalt, twist en nijd aan te wakkeren, vooral
tussen broeders. Hij is daar voortdurend op uit. Doet zich voor als een
boodschapper van het licht, maar spreekt als de slang. En probeert zo
gedachten te verwarren en daardoor de gelovigen tegen elkaar op te
zetten.

‘Best wel akelig, dat ie zo bezig is. Hoe kun je dat herkenen?’

Steeds het woord er bij houden! Het woord van God laat zien hoe het zit!
Als je steeds blijft luisteren naar wat God uitspreekt, en je volgt de bijbelse
principes, dan zul je goed uitkomen. Kaïn deed dat bijvoorbeeld niet. Hij
volgde zijn eigen weg en handelde niet naar wat God gezegd had. Abel wel.

‘Kun je zeggen dat Kaïn een eigen idee had van hoe je God dient?’

Ja, en zo zijn er velen vandaag. Zij volgen in hun religieuze beleving, met
vage, mystieke dingen hun eigen gevoel en denken. ‘Ik heb er een goed
gevoel bij’ wordt dan de norm in plaats van wat Gód zegt.
Of men richt de diensten in naar de mens, met veel nadruk op gevoel,
beleving; soms denk je weleens dat men een zondagse dienst tot een
‘event’, een belevenis wil maken. Met moet iets meemaken, het moet
oor en oog strelen.

‘Terwijl het toch zou draaien om het woord van God. dat moet klinken,
althans wat mij betreft. Ik kom voor het woord. Dat staat ver bovenaan.’

Je ziet steeds weer, als een soort golfbeweging, dat het woord terugge-
drongen wordt, en er andere dingen voor in de plaats komen. Je zou
een uitgebreide lijst kunnen samenstellen, maar dat voert te ver.
Steeds gaat het om: Gods woord alleen!

Woord vandaag

‘He, het is erg fijn te lezen dat Paulus zoveel heeft kunnen doen en
dat toeschrijft aan de genade van God die met hem was’.

Absoluut. En die genade in het licht van 1 Korintiërs 15 is de kracht
van Zijn opstanding die ons werkt! Dié kracht gaf de apostel de energie
om zoveel te kunnen reizen, spreken, genade te schenken, geduld te
hebben met broeders, gemeentes en te volharden daarin!

‘Zo past die uitspraak in dat hoofdstuk inderdaad. Dat was dus het
geheim van Paulus: de kracht van de opstanding van Christus.’

Ja, en dat bedoelt hij ook in Filippenzen 3, als hij schrijft over de uit-
opstanding uit de doden; dat is de kracht van Zijn opstanding nú in
ons leven ervaren. En Paulus strekte zich ernaar uit, Hém te kennen,
Christus, de verheerlijkte Heer aan Gods rechterhand.

‘Die kracht kan het enige zijn waardoor wij echt alle roem aan Hem
geven; het sluit je eigen kracht uit.’

Dan heb je het ook nooit meer over werken als voorwaarde op welke
manier dan ook; het is een uitwerking van Zijn kracht (Zijn woord en
geest dus) in ons. Dán wandel je in de goede werken die God tevoren
bereid heeft, opdat wij daarin zullen wandelen (Efeziërs 2:10).

‘Toch weer fijn om het zo te horen. Je hebt het elke keer weer nodig
om te lezen en tot je te laten doordringen.’

Daarbij de grote verwachting die de beloften in Zijn woord wekken in
je. Het geeft uitzicht op een geweldige toekomst die helemaal in Gods
hand is en die leidt tot volkomen heerlijkheid van God!